Hoofdstuk 1 zakelijke klanten
Paragraaf 1.1 klanttypen
Banken hebben 2 typen klanten. Ten eerste zijn er particuliere klanten. hiertoe behoren
consumenten. Daarnaast heb je ook zakelijke klanten. Dit zijn vooral de ondernemingen. De
rechtsvorm is hierbij niet van belang. De beoordeling van kredietaanvragen van zakelijke klanten is
veel arbeidsintensiever.
Paragraaf 1.2 natuurlijke personen en rechtspersonen
Zakelijke klanten komen voor in 2 juridische verschijningsvormen: natuurlijke personen en
rechtspersonen. Dit onderscheid is bepalend voor de kredietverlening.
Paragraaf 1.3 natuurlijke personen
Een natuurlijk persoon is een mens die zelfstandig drager is van rechten en verplichtingen. Dit gaat
om eensmanszaken, vof, cv of de maatschappen.
Paragraaf 1.4 rechtspersonen
Een rechtspersoon is een juridische constructie die zelfstandig drager is van rechten en
verplichtingen. Privaatrechtelijke rechtspersonen zijn; BV, NV, vereniging en stichting.
Publiekrechtelijke rechtspersonen zijn: Staat der Nederlanden, provincies, gemeenten,
waterschappen en uitvoerders van overheidstaken voortkomend uit de wet. (belastingdienst)
Paragraaf 1.5 compliance aspecten
Iedere klant van de bank moet zich bij het aangaan van een zakelijke relatie identificeren. Hij moet
bewijzen wie hij is. de bank controleert dit met een geldig paspoort, ID of een rijbewijs. Ook de
vertegenwoordiger van de rechtspersoon moet zich zo identificeren. In het openbare handelsregister
registreert de KvK alle ondernemingen en rechtspersonen in Nederland.
De Wwft geeft regels die moeten voorkomen dat bankrekeningen en het betalingsverkeer worden
misbruikt voor criminele doeleinden. De wet verplicht banken om bij het aangaan van een zakelijke
relatie een klantenonderzoek te doen. Dit houdt onder andere in:
- Vaststellen van de identiteit van de klant en de natuurlijke personen die deze
vertegenwoordigen.
- Vaststellen van de identiteit van de uiteindelijke belanghebbenden.
- Bij vof, maatschap of cv: vaststellen van de personen die meer dan 25% winstgerechtigd zijn
of die bij ontbinding van de personenvennootschap recht hebben op meer dan 25% van het
vermogen.
- Het doel van de zakelijke relatie vast te stellen en een continue controle uit te oefenen.