Samenvatting informatiemanagement
Hoofdstuk 1; organisaties werken dankzij informatie:
1.1
Organisatie: is een samenwerkingsverband waarin mensen, met beschikbare hulpmiddelen,
een of meer gemeenschappelijke doelen realiseren.
Je hebt verschillende organisaties bijvoorbeeld profit en non-profit organisaties.
In een organisatie heb je over het algemeen 3 verschillende stromen
1. De goederen- en/of dienstenstroom
2. Een geldstroom
3. Een gegevensstroom
1.2
Een bedrijfsproces is een op het realiseren van een specifiek doelgerichte aaneenschakeling
van activiteiten die in een organisatie worden uitgevoerd.
Een impuls is het begin van een bedrijfsproces.
Er zijn 2 soorten processen, het bestuurlijke proces en het operationele proces. Bij het
operationele proces kan je de processen weer onderverdelen in het primaire en het
secundaire proces.
1.3
Informatie als verbindende schakel: activiteiten en processen genereren informatie die
vervolgens weer gebruikt wordt in een andere activiteit of proces. Het is dus cruciaal dat
deze informatie goed wordt doorgegeven.
1.4
Informatievoorziening: het proces dat ervoor zorgt dat de juiste informatie met de juiste
gegevens op het goede moment beschikbaar komen voor degenen die het nodig hebben.
Gegevens: feiten of gebeurtenissen die vastgelegd zijn en de werkelijkheid weergeven.
Informatie: de betekenis die iemand geeft aan de gegevens.
Handelingen van informatievoorziening:
Het verzamelen en vastleggen van gegevens.
Het bewaren van de gegevens in gegevensverzamelingen.
Het verwerken van de gegevens.
Het verstrekken van de verwerkte gegevens aan diegene voor wie het bestemd is en
voor wie de bruikbare informatie is.
1.5
Operationele informatie: informatie die nodig is bij het uitvoeren van dagelijkse activiteiten.
,Managementinformatie: informatie die nodig is voor de diverse managementactiviteiten,
denk dan aan: het besturen van operationele activiteiten, strategische en tactische
beslissingen etc.
Informatie wordt gebruikt bij:
1. Het uitvoeren van routinematige activiteiten.
2. Het nemen van beslissingen op uitvoerend of managementniveau.
3. Het besturen van de uitvoerende activiteiten.
Kentgetal: is een weergave van een complexe werkelijkheid in een getal, op basis waarvan
een rationele beslissing kan worden genomen. Voorbeelden hiervan zijn bijvoorbeeld:
gemiddeld benzine gebruik van een auto.
Streefgetal: is een waarde die het doel aangeeft dat met de uitvoerende activiteiten bereikt
moet worden.
1.6
Globalisering: de steeds verdergaande integratie van de wereldwijde economie, politiek en
cultuur. Dit wordt mogelijk gemaakt door informatie- en communicatietechnologie.
Bedrijven investeren heel veel in ICT om de volgende strategische doelen te realiseren:
1. Operational excellence
Hierbij is het doel om de operationele processen effectiever en efficiënter te maken.
Hiervoor speelt informatiemanagement een hele grote rol.
2. Relaties met klanten, partners en leveranciers verbeteren.
Het is belangrijk om je klanten goed te kennen en hun informatie op te slaan zodat je
ze zo goed mogelijk kan bedienen en ze de volgende keer bij je terugkomen.
3. Besluitvorming verbeteren
Als je niet alle goede informatie op de juiste plek hebt is het erg moeilijk om een goed
besluit te nemen.
4. Nieuwe producten en/of diensten ontwikkelen.
Hierbij kan je denken aan ontwikkelingen zoals ApplyPay dit is puur door
informatieontwikkeling ontstaan.
Hoofdstuk 2; informatievoorziening:
2.1
Indirecte waarneming: iets wat je waarneemt via gegevens die je iets vertellen over de
werkelijkheid.
Gegevensrepresentatie: als de gegevens de werkelijkheid op bevredigende wijze weergeven.
Dit is nodig voor de activiteiten op de werkvloer, voor de administratie en voor
besluitvorming en besturing. Voordelen hiervan is dat je doormiddel van die gegevens
verbanden kan leggen die in de directe waarneming toe te passen zijn.
Voordelen van gegevensrepresenatie zijn:
1. Het vormt een schakel tussen activiteiten binnen bedrijfsprocessen en ze vormen een
schakel tussen bedrijfsprocessen.
2. Je kunt het verleden en het heden vastleggen door de gegevens op te slaan.
3. Je kunt hiermee verantwoording afleggen
4. Je kunt de gegevens analyseren.
, Gestructureerde gegevens: een gegeven waarvan de gegevenswaarde verdeeld kunnen
worden in groepen is een gestructureerd gegeven. Een gestructureerd gegeven kent een
afgesproken samenstelling en opbouw. Getallen en codes zijn altijd gestructureerd.
Ongestructureerde gegevens: hier kunnen geen bewerkingen op losgelaten worden.
Voorbeelden hiervan zijn: documenten, paragrafen in een boek, brieven en afbeeldingen.
2.2
Informatiebehoefte: de informatie die de gebruiker nodig heeft om zijn activiteit uit te
voeren. De informatievoorziening geeft niet altijd informatie waar de gebruiker behoefte aan
heeft:
1. Er moet een prijs betaald worden om alle gegevens te verzamelen en op te slaan om
daaruit de benodigde informatie te maken.
2. De medewerkers zijn niet in staat om al een
informatiebehoefte goed onder woorden te
brengen.
3. Degene die de informatieanalyse doet, vraagt niet
altijd voldoende door bij het achterhalen van de
informatiebehoefte of denkt zelf wel voldoende te
weten om het in te kunnen vullen.
4. Soms is het gewoonweg niet mogelijk de
gewenste informatie vooraf te leveren.
Informatieanalyse: het vaststellen van de
informatiebehoefte en het daaruit afleidingen welke
opgeslagen gegevens en invoergegevens nodig zijn, wordt
informatieanalyse genoemd. Het is van belang dat de
informatiebehoefte zo nauwkeurig mogelijk moet worden
verwoord. Voor een informatieanalist is het volgende van belang:
Hoe concreter de gebruiker de informatiebehoefte verwoord, hoe beter hierin te
voorzien is.
Informatiebehoeften zijn niet stabiel, maar veranderen in de tijd.
De gebruiker krijgt steeds meer zicht op de mogelijkheden van de moderne
geautomatiseerde hulpmiddelen en leert van de informatie die hij al krijgt.
Niet alle informatiebehoeften komen voort uit de onderneming zelf.
Kerntaak van de informatievoorziening: de taakuitvoering met informatie te ondersteunen,
op zowel operationeel als managementniveau.
Informatievoorziening is een proces dat bestaat uit de volgende stappen:
1. Gegevens verzamelen en invoeren.
2. Gegevens vastleggen in gegevensverzamelingen.
3. Gegevens verwerken, waarbij zowel nieuwe als opgeslagen gegevens gebruikt
worden.
4. Verwerkte gegevens verstrekken aan diegenen voor wie ze informatie zijn.
Definitie informatievoorziening: de informatievoorziening omvat het systematisch
verzamelen, vastleggen, bewaren en verwerken van gegevens, gericht op het verstrekken van
informatie voor de uitvoering van activiteiten, besturing, besluitvormingen en het realiseren
van ondernemingsdoelen.
Hoofdstuk 1; organisaties werken dankzij informatie:
1.1
Organisatie: is een samenwerkingsverband waarin mensen, met beschikbare hulpmiddelen,
een of meer gemeenschappelijke doelen realiseren.
Je hebt verschillende organisaties bijvoorbeeld profit en non-profit organisaties.
In een organisatie heb je over het algemeen 3 verschillende stromen
1. De goederen- en/of dienstenstroom
2. Een geldstroom
3. Een gegevensstroom
1.2
Een bedrijfsproces is een op het realiseren van een specifiek doelgerichte aaneenschakeling
van activiteiten die in een organisatie worden uitgevoerd.
Een impuls is het begin van een bedrijfsproces.
Er zijn 2 soorten processen, het bestuurlijke proces en het operationele proces. Bij het
operationele proces kan je de processen weer onderverdelen in het primaire en het
secundaire proces.
1.3
Informatie als verbindende schakel: activiteiten en processen genereren informatie die
vervolgens weer gebruikt wordt in een andere activiteit of proces. Het is dus cruciaal dat
deze informatie goed wordt doorgegeven.
1.4
Informatievoorziening: het proces dat ervoor zorgt dat de juiste informatie met de juiste
gegevens op het goede moment beschikbaar komen voor degenen die het nodig hebben.
Gegevens: feiten of gebeurtenissen die vastgelegd zijn en de werkelijkheid weergeven.
Informatie: de betekenis die iemand geeft aan de gegevens.
Handelingen van informatievoorziening:
Het verzamelen en vastleggen van gegevens.
Het bewaren van de gegevens in gegevensverzamelingen.
Het verwerken van de gegevens.
Het verstrekken van de verwerkte gegevens aan diegene voor wie het bestemd is en
voor wie de bruikbare informatie is.
1.5
Operationele informatie: informatie die nodig is bij het uitvoeren van dagelijkse activiteiten.
,Managementinformatie: informatie die nodig is voor de diverse managementactiviteiten,
denk dan aan: het besturen van operationele activiteiten, strategische en tactische
beslissingen etc.
Informatie wordt gebruikt bij:
1. Het uitvoeren van routinematige activiteiten.
2. Het nemen van beslissingen op uitvoerend of managementniveau.
3. Het besturen van de uitvoerende activiteiten.
Kentgetal: is een weergave van een complexe werkelijkheid in een getal, op basis waarvan
een rationele beslissing kan worden genomen. Voorbeelden hiervan zijn bijvoorbeeld:
gemiddeld benzine gebruik van een auto.
Streefgetal: is een waarde die het doel aangeeft dat met de uitvoerende activiteiten bereikt
moet worden.
1.6
Globalisering: de steeds verdergaande integratie van de wereldwijde economie, politiek en
cultuur. Dit wordt mogelijk gemaakt door informatie- en communicatietechnologie.
Bedrijven investeren heel veel in ICT om de volgende strategische doelen te realiseren:
1. Operational excellence
Hierbij is het doel om de operationele processen effectiever en efficiënter te maken.
Hiervoor speelt informatiemanagement een hele grote rol.
2. Relaties met klanten, partners en leveranciers verbeteren.
Het is belangrijk om je klanten goed te kennen en hun informatie op te slaan zodat je
ze zo goed mogelijk kan bedienen en ze de volgende keer bij je terugkomen.
3. Besluitvorming verbeteren
Als je niet alle goede informatie op de juiste plek hebt is het erg moeilijk om een goed
besluit te nemen.
4. Nieuwe producten en/of diensten ontwikkelen.
Hierbij kan je denken aan ontwikkelingen zoals ApplyPay dit is puur door
informatieontwikkeling ontstaan.
Hoofdstuk 2; informatievoorziening:
2.1
Indirecte waarneming: iets wat je waarneemt via gegevens die je iets vertellen over de
werkelijkheid.
Gegevensrepresentatie: als de gegevens de werkelijkheid op bevredigende wijze weergeven.
Dit is nodig voor de activiteiten op de werkvloer, voor de administratie en voor
besluitvorming en besturing. Voordelen hiervan is dat je doormiddel van die gegevens
verbanden kan leggen die in de directe waarneming toe te passen zijn.
Voordelen van gegevensrepresenatie zijn:
1. Het vormt een schakel tussen activiteiten binnen bedrijfsprocessen en ze vormen een
schakel tussen bedrijfsprocessen.
2. Je kunt het verleden en het heden vastleggen door de gegevens op te slaan.
3. Je kunt hiermee verantwoording afleggen
4. Je kunt de gegevens analyseren.
, Gestructureerde gegevens: een gegeven waarvan de gegevenswaarde verdeeld kunnen
worden in groepen is een gestructureerd gegeven. Een gestructureerd gegeven kent een
afgesproken samenstelling en opbouw. Getallen en codes zijn altijd gestructureerd.
Ongestructureerde gegevens: hier kunnen geen bewerkingen op losgelaten worden.
Voorbeelden hiervan zijn: documenten, paragrafen in een boek, brieven en afbeeldingen.
2.2
Informatiebehoefte: de informatie die de gebruiker nodig heeft om zijn activiteit uit te
voeren. De informatievoorziening geeft niet altijd informatie waar de gebruiker behoefte aan
heeft:
1. Er moet een prijs betaald worden om alle gegevens te verzamelen en op te slaan om
daaruit de benodigde informatie te maken.
2. De medewerkers zijn niet in staat om al een
informatiebehoefte goed onder woorden te
brengen.
3. Degene die de informatieanalyse doet, vraagt niet
altijd voldoende door bij het achterhalen van de
informatiebehoefte of denkt zelf wel voldoende te
weten om het in te kunnen vullen.
4. Soms is het gewoonweg niet mogelijk de
gewenste informatie vooraf te leveren.
Informatieanalyse: het vaststellen van de
informatiebehoefte en het daaruit afleidingen welke
opgeslagen gegevens en invoergegevens nodig zijn, wordt
informatieanalyse genoemd. Het is van belang dat de
informatiebehoefte zo nauwkeurig mogelijk moet worden
verwoord. Voor een informatieanalist is het volgende van belang:
Hoe concreter de gebruiker de informatiebehoefte verwoord, hoe beter hierin te
voorzien is.
Informatiebehoeften zijn niet stabiel, maar veranderen in de tijd.
De gebruiker krijgt steeds meer zicht op de mogelijkheden van de moderne
geautomatiseerde hulpmiddelen en leert van de informatie die hij al krijgt.
Niet alle informatiebehoeften komen voort uit de onderneming zelf.
Kerntaak van de informatievoorziening: de taakuitvoering met informatie te ondersteunen,
op zowel operationeel als managementniveau.
Informatievoorziening is een proces dat bestaat uit de volgende stappen:
1. Gegevens verzamelen en invoeren.
2. Gegevens vastleggen in gegevensverzamelingen.
3. Gegevens verwerken, waarbij zowel nieuwe als opgeslagen gegevens gebruikt
worden.
4. Verwerkte gegevens verstrekken aan diegenen voor wie ze informatie zijn.
Definitie informatievoorziening: de informatievoorziening omvat het systematisch
verzamelen, vastleggen, bewaren en verwerken van gegevens, gericht op het verstrekken van
informatie voor de uitvoering van activiteiten, besturing, besluitvormingen en het realiseren
van ondernemingsdoelen.
