LICHT / EXAMEN JUNI
BASISBEGRIPPEN
- Lichtstroom in lumen
-
- Specifieke lichtstroom in lumen/Watt
- Lichtsterkte
lichtsterkte is een maat voor de hoeveelheid licht die wordt uitgestraald door een lichtbron in
een specifieke richting.
- Verlichtingssterkte
Verlichtingssterkte meet de hoeveelheid licht die per oppervlakte-eenheid op een bepaald
punt terechtkomt.
Afhankelijk van de lichtstroom (uitgestraalde hoeveelheid licht) van de lichtbron en de
afstand tussen de lichtbron en het oppervlak. Hoe dichter het oppervlak bij de lichtbron is,
des te groter is de verlichtingssterkte.
- Luminantie
-
-
, de hoeveelheid licht die door een oppervlak wordt uitgezonden, gereflecteerd of
doorgelaten, per oppervlakte-eenheid en per hoekseenheid in een bepaalde richting
verschil verlichtingssterkte en luminantie :
verlichtingssterkte is een maat van licht dat op het oppervlak valt, luminantie is een
objecteigenschap computerbeeld moet hoog genoeg luminantie hebben om leesbaar te zijn
- Kleurtemperatuur
kleurtemperatuur een maatstaf voor de kleurtoon van wit licht, uitgedrukt in kelvin. Het
varieert van warm wit (geelachtig) tot koel wit (blauwachtig) en kan de sfeer en het uiterlijk
van een verlichte omgeving beïnvloeden.
Bij verhitting straalt een oject kleur, hoger = blauwachitg, lager = geel achtig, verwijst dus
naar de perceptie van kleur, vergelijkbaar met de kleur van een verwarmd object
Warm wit 2700-3000K
Neutraal wit 3500-4000K
Koel wit 5000-6500K
VERSCHIL KWALITATIEVE EN KWANTITIATIEVE LICHTSIMULATIE
twee verschillende benaderingen om de impact van licht op een omgeving te analyseren en
visualiseren, vullen elkaar aan
Kwalitatief :
- De beleving van de ruimte, de sfeer
- De richting, intensiteit en kleur
- Voldoen aan de norm
- Perceptie georiënteerde verlichting : lichtniveau, de kleurtemperatuur en de verdeling van
het licht aan te passen aan de behoeften van individuen en de omgeving, bijvoorbeeld door
principe van zonering (gebaseerd op ons slaapwaakritme, negatieve effecten van
kunstverlichting zoveel mogelijk beperken)
Bv gebruikt bij het onwerpen van architecurale verlichitng zoals op podia, etc
Kwantitatief :
- Numerieke resultaten
- Voldoen aan eisen
bv gebruikt bij het ontwerpen van verlichtingssystemen voor kantoren, winkels of straten, waarbij de
nadruk ligt op het bereiken van de juiste verlichtingsniveaus en uniformiteit
CRITERIA LICHTONTWERP
Licht moet voldoen aan 3 menselijke noden
1) Visual comfort: mensen hebben een gevoel van comfort, draagt indirect bij aan de
productiviteit
2) Visual performance : mensen in staat om hun taken uit te voeren
BASISBEGRIPPEN
- Lichtstroom in lumen
-
- Specifieke lichtstroom in lumen/Watt
- Lichtsterkte
lichtsterkte is een maat voor de hoeveelheid licht die wordt uitgestraald door een lichtbron in
een specifieke richting.
- Verlichtingssterkte
Verlichtingssterkte meet de hoeveelheid licht die per oppervlakte-eenheid op een bepaald
punt terechtkomt.
Afhankelijk van de lichtstroom (uitgestraalde hoeveelheid licht) van de lichtbron en de
afstand tussen de lichtbron en het oppervlak. Hoe dichter het oppervlak bij de lichtbron is,
des te groter is de verlichtingssterkte.
- Luminantie
-
-
, de hoeveelheid licht die door een oppervlak wordt uitgezonden, gereflecteerd of
doorgelaten, per oppervlakte-eenheid en per hoekseenheid in een bepaalde richting
verschil verlichtingssterkte en luminantie :
verlichtingssterkte is een maat van licht dat op het oppervlak valt, luminantie is een
objecteigenschap computerbeeld moet hoog genoeg luminantie hebben om leesbaar te zijn
- Kleurtemperatuur
kleurtemperatuur een maatstaf voor de kleurtoon van wit licht, uitgedrukt in kelvin. Het
varieert van warm wit (geelachtig) tot koel wit (blauwachtig) en kan de sfeer en het uiterlijk
van een verlichte omgeving beïnvloeden.
Bij verhitting straalt een oject kleur, hoger = blauwachitg, lager = geel achtig, verwijst dus
naar de perceptie van kleur, vergelijkbaar met de kleur van een verwarmd object
Warm wit 2700-3000K
Neutraal wit 3500-4000K
Koel wit 5000-6500K
VERSCHIL KWALITATIEVE EN KWANTITIATIEVE LICHTSIMULATIE
twee verschillende benaderingen om de impact van licht op een omgeving te analyseren en
visualiseren, vullen elkaar aan
Kwalitatief :
- De beleving van de ruimte, de sfeer
- De richting, intensiteit en kleur
- Voldoen aan de norm
- Perceptie georiënteerde verlichting : lichtniveau, de kleurtemperatuur en de verdeling van
het licht aan te passen aan de behoeften van individuen en de omgeving, bijvoorbeeld door
principe van zonering (gebaseerd op ons slaapwaakritme, negatieve effecten van
kunstverlichting zoveel mogelijk beperken)
Bv gebruikt bij het onwerpen van architecurale verlichitng zoals op podia, etc
Kwantitatief :
- Numerieke resultaten
- Voldoen aan eisen
bv gebruikt bij het ontwerpen van verlichtingssystemen voor kantoren, winkels of straten, waarbij de
nadruk ligt op het bereiken van de juiste verlichtingsniveaus en uniformiteit
CRITERIA LICHTONTWERP
Licht moet voldoen aan 3 menselijke noden
1) Visual comfort: mensen hebben een gevoel van comfort, draagt indirect bij aan de
productiviteit
2) Visual performance : mensen in staat om hun taken uit te voeren