Hoeveel tijd het kost om het geleerde opnieuw te
leren na een bepaalde periode
Besparingmethode
Het geleerde verdwijnt niet helemaal uit het
Bevindingen van Ebbinghaus geheugen
Relatie tussen de mate van vergeten en het
Vergeetcurve
tijdsinterval sinds het leren
Problemen met het oproepen van gebeurtenissen
van voor het ongeval
Retrograde amnesie
Onmogelijkheid om gebeurtenissen uit de eerste
Kinderamnesie
kinderjaren te herinneren
Geheugen voor recente gebeurtenissen en
Problemen met het onthouden van nieuwe
gedachten
informatie
Geheel of gedeeltelijk
Anterograde amnesie Amnesie Primaire geheugen
geheugenverlies Kortetermijngeheugen (KTG)
Hersenbeschadiging door een jarenlang verkeerd
Syndroom van Korsakoff
eetpatroon
Werkgeheugen
Geheugenverlies ten gevolge van specifieke
Geheugentypes
Organische amnesie
schade aan de hersenen
Geheugen Geheugen voor vroegere gebeurtenissen en
ervaringen
Secundaire geheugen
Geheugenverlies ten gevolge van stressende
Functionele amnesie
omstandigheden
Langetermijngeheugen (LTG)
Als oproepingsaanwijzingen niet volstaan, dan Geheugen voor de bewuste herinneringen van
kunnen herinneringen actief geconstrueerd Declaratieve geheugen
Organisatieschema’s feiten en gebeurtenissen die men kan vewoorden
worden op basis van de onthouden
elementen
Geheugen voor de onbewuste vaardigheden die
tot uiting komen in het gedrag
Herinneringen aan gebeurtenissen die nooit Niet-declaratieve geheugen
gebeurd zijn of die heel anders gebeurd zijn
Impliciete geheugen
Herinneringen
Geen goede verwerving en organisatie van de
informatie Geheugen voor gebeurtenissen die we zelf
Valse herinneringen hebben meegemaakt
Episodische geheugen
Gebeurtenis wordt gevolgd door veel informatie Oorzaken
Altijd gerelateerd aan een tijd en een plaats
Beïnvloeding van geheugensporen door foutieve
suggesties tijdens het oproepen Semantische geheugen Geheugen voor feiten en algemene kennis
Oproepingsaanwijzingen zijn efficiënt in de mate Verwerving Leren van informatie
dat hun informatie overeenstemt met de
Hypothese van de codeerspecificiteit
informatie die in het geheugenspoor opgeslagen
is Onthouden van informatie
Herinneringsproces Bewaring
Oproepingsaanwijzingen zijn vooral effectief Oproepingsaanwijzigingen Geheugenspoor
wanneer ze slechts met één geheugenspoor
verbonden zijn
Oproeping Gebruiken van opgeslagen informatie
Wel van toepassing LTG
Gebeurtenissen tussen 10 en 30 jaar worden
Reminiscentiebult
beter onthouden dan tussen 30 en 60 jaar
Fysiologische veranderingen in het neurale
spoor van de ervaring, die het
Geheugens die voor een zeer korte tijd
geheugenspoor onherroepelijk uitwissen
zintuigelijke informatie vasthouden
Wel van toepassing Sensorische geheugens
Verval Iconische geheugen Visuele stimuli
Sensorische geheugens
Wel van toepassing KTG Voor elk zintuig één geheugen Echoïsche geheugen Auditieve stimuli
H7 - Onthouden en vergeten
Informatie oproepen
Niet van toepassing LTG Haptische geheugen Tactiele stimuli
Obstructie die wordt uitgevoerd van een Geheugen dat de informatie vasthoudt waar
herinnering bij het ophalen van een andere we ons bewust van zijn
herinnering
Kortetermijngeheugen Beperkte capaciteit Zeven betekenisvolle gehelen
Moeilijkheden om een gebeurtenis op te roepen
ten gevolge van activiteiten die aan de opslag Proactieve interferentie Interferentie
van de gebeurtenis voorafgingen Geheugenmodel van Atkinson en Centrale rol in de overgang van informatie
Shiffrin van de sensorische geheugens naar het LTG
Moeilijkheden om een gebeurtenis op te roepen
ten gevolge van activiteiten die na de opslag van Retroactieve interferentie Geheugen dat de informatie vasthoudt voor
de gebeurtenis plaatsgevonden hebben een langere tijd
Gebeurtenis die distinctief is ten opzichte van Onbeperkte capaciteit
andere, gelijktijdige gebeurtenissen wordt beter Isolatie-effect
onthouden
Distinctie Door middel van herhaling kan informatie
worden overgebracht van het KTG naar het
Levendige herinneringen aan onverwachte, Langetermijngeheugen
Flitslicht-herinneringen LTG
emotioneel geladen momenten
Eerste stimuli in een reeks kunnen beter worden
Nauwkeurigere detectie van een stimulus Voorrangseffect
onthouden
Herinneringen worden opgeslagen in de
Minder kans op een verlies van de informatie bij een verbindingen tussen een groot aantal
verlies van een neuron
Gracieuze degradatie
neuronen uit verschillende delen van de
Gedistribueerde opslag Laatste stimuli in een reeks kunnen ook beter
Recentheidseffect
worden onthouden
hersenen
Generalisatie van de opgeslagen informatie
Informatie opslaan en bewaren
Verworpen Adresgebaseerde opslag
Aangenomen Inhoudgebaseerde opslag
Codetype voor willekeurige symbolen en
Verbale code
woorden
Codetype voor zintuigelijke aspecten van een
Sensorische code Van het KTG naar het
gebeurtenis Werkgeheugen
werkgeheugen
Codetype voor lichamelijke vaardigheden Motorische code
Informatie verwerven Centrale verwerker Controlesysteem
Opslaan van de stimulus in twee verschillende
Tweevoudige-codeertheorie
codes Tijdelijk opslagsysteem voor woorden in de
gesproken vorm
Fonologische lus
Verbanden leggen tussen de verschillende stimuli Informatie organiseren
Optimalisatie van de verwerving Ontwikkelingen in de Komt overeen met het KTG
geheugenmodellen
Actieve betrokkenheid bij het verwerven van de
Tijdelijk opslagsysteem voor visuele en ruimtelijke
informatie zorgt voor het beter kunnen Genereereffect Visuospatiale schetsblad
informatie
herinneren van de informatie
Beperkte capaciteit Vier betekenisvolle gehelen
Werkgeheugen als een onderdeel
Werkgeheugen
van het LTG Geen tussenstation tussen de sensorische
geheugens en het LTG
Computermodel dat de werking van de hersenen
Men vermoedt dat op deze manier de informatie ligt
Neuraal netwerk nabootst door eenvoudige knopen (neuronen)
opgeslagen in het LTG
met elkaar te verbinden
Nieuwe informatie overschrijft bestaande
Catastrofale interferentie
informatie in een neuraal netwerk
Informatieoverdracht van het KTG
naar het LTG
1. Informatie wordt snel opgeslagen (catastrofale
interferentie mag optreden)
Informatie van het KTG naar het LTG Twee stappen
2. Informatie wordt overgeschreven van het eerste
netwerk naar het tweede netwerk (catastrofale
interferentie mag niet optreden)
leren na een bepaalde periode
Besparingmethode
Het geleerde verdwijnt niet helemaal uit het
Bevindingen van Ebbinghaus geheugen
Relatie tussen de mate van vergeten en het
Vergeetcurve
tijdsinterval sinds het leren
Problemen met het oproepen van gebeurtenissen
van voor het ongeval
Retrograde amnesie
Onmogelijkheid om gebeurtenissen uit de eerste
Kinderamnesie
kinderjaren te herinneren
Geheugen voor recente gebeurtenissen en
Problemen met het onthouden van nieuwe
gedachten
informatie
Geheel of gedeeltelijk
Anterograde amnesie Amnesie Primaire geheugen
geheugenverlies Kortetermijngeheugen (KTG)
Hersenbeschadiging door een jarenlang verkeerd
Syndroom van Korsakoff
eetpatroon
Werkgeheugen
Geheugenverlies ten gevolge van specifieke
Geheugentypes
Organische amnesie
schade aan de hersenen
Geheugen Geheugen voor vroegere gebeurtenissen en
ervaringen
Secundaire geheugen
Geheugenverlies ten gevolge van stressende
Functionele amnesie
omstandigheden
Langetermijngeheugen (LTG)
Als oproepingsaanwijzingen niet volstaan, dan Geheugen voor de bewuste herinneringen van
kunnen herinneringen actief geconstrueerd Declaratieve geheugen
Organisatieschema’s feiten en gebeurtenissen die men kan vewoorden
worden op basis van de onthouden
elementen
Geheugen voor de onbewuste vaardigheden die
tot uiting komen in het gedrag
Herinneringen aan gebeurtenissen die nooit Niet-declaratieve geheugen
gebeurd zijn of die heel anders gebeurd zijn
Impliciete geheugen
Herinneringen
Geen goede verwerving en organisatie van de
informatie Geheugen voor gebeurtenissen die we zelf
Valse herinneringen hebben meegemaakt
Episodische geheugen
Gebeurtenis wordt gevolgd door veel informatie Oorzaken
Altijd gerelateerd aan een tijd en een plaats
Beïnvloeding van geheugensporen door foutieve
suggesties tijdens het oproepen Semantische geheugen Geheugen voor feiten en algemene kennis
Oproepingsaanwijzingen zijn efficiënt in de mate Verwerving Leren van informatie
dat hun informatie overeenstemt met de
Hypothese van de codeerspecificiteit
informatie die in het geheugenspoor opgeslagen
is Onthouden van informatie
Herinneringsproces Bewaring
Oproepingsaanwijzingen zijn vooral effectief Oproepingsaanwijzigingen Geheugenspoor
wanneer ze slechts met één geheugenspoor
verbonden zijn
Oproeping Gebruiken van opgeslagen informatie
Wel van toepassing LTG
Gebeurtenissen tussen 10 en 30 jaar worden
Reminiscentiebult
beter onthouden dan tussen 30 en 60 jaar
Fysiologische veranderingen in het neurale
spoor van de ervaring, die het
Geheugens die voor een zeer korte tijd
geheugenspoor onherroepelijk uitwissen
zintuigelijke informatie vasthouden
Wel van toepassing Sensorische geheugens
Verval Iconische geheugen Visuele stimuli
Sensorische geheugens
Wel van toepassing KTG Voor elk zintuig één geheugen Echoïsche geheugen Auditieve stimuli
H7 - Onthouden en vergeten
Informatie oproepen
Niet van toepassing LTG Haptische geheugen Tactiele stimuli
Obstructie die wordt uitgevoerd van een Geheugen dat de informatie vasthoudt waar
herinnering bij het ophalen van een andere we ons bewust van zijn
herinnering
Kortetermijngeheugen Beperkte capaciteit Zeven betekenisvolle gehelen
Moeilijkheden om een gebeurtenis op te roepen
ten gevolge van activiteiten die aan de opslag Proactieve interferentie Interferentie
van de gebeurtenis voorafgingen Geheugenmodel van Atkinson en Centrale rol in de overgang van informatie
Shiffrin van de sensorische geheugens naar het LTG
Moeilijkheden om een gebeurtenis op te roepen
ten gevolge van activiteiten die na de opslag van Retroactieve interferentie Geheugen dat de informatie vasthoudt voor
de gebeurtenis plaatsgevonden hebben een langere tijd
Gebeurtenis die distinctief is ten opzichte van Onbeperkte capaciteit
andere, gelijktijdige gebeurtenissen wordt beter Isolatie-effect
onthouden
Distinctie Door middel van herhaling kan informatie
worden overgebracht van het KTG naar het
Levendige herinneringen aan onverwachte, Langetermijngeheugen
Flitslicht-herinneringen LTG
emotioneel geladen momenten
Eerste stimuli in een reeks kunnen beter worden
Nauwkeurigere detectie van een stimulus Voorrangseffect
onthouden
Herinneringen worden opgeslagen in de
Minder kans op een verlies van de informatie bij een verbindingen tussen een groot aantal
verlies van een neuron
Gracieuze degradatie
neuronen uit verschillende delen van de
Gedistribueerde opslag Laatste stimuli in een reeks kunnen ook beter
Recentheidseffect
worden onthouden
hersenen
Generalisatie van de opgeslagen informatie
Informatie opslaan en bewaren
Verworpen Adresgebaseerde opslag
Aangenomen Inhoudgebaseerde opslag
Codetype voor willekeurige symbolen en
Verbale code
woorden
Codetype voor zintuigelijke aspecten van een
Sensorische code Van het KTG naar het
gebeurtenis Werkgeheugen
werkgeheugen
Codetype voor lichamelijke vaardigheden Motorische code
Informatie verwerven Centrale verwerker Controlesysteem
Opslaan van de stimulus in twee verschillende
Tweevoudige-codeertheorie
codes Tijdelijk opslagsysteem voor woorden in de
gesproken vorm
Fonologische lus
Verbanden leggen tussen de verschillende stimuli Informatie organiseren
Optimalisatie van de verwerving Ontwikkelingen in de Komt overeen met het KTG
geheugenmodellen
Actieve betrokkenheid bij het verwerven van de
Tijdelijk opslagsysteem voor visuele en ruimtelijke
informatie zorgt voor het beter kunnen Genereereffect Visuospatiale schetsblad
informatie
herinneren van de informatie
Beperkte capaciteit Vier betekenisvolle gehelen
Werkgeheugen als een onderdeel
Werkgeheugen
van het LTG Geen tussenstation tussen de sensorische
geheugens en het LTG
Computermodel dat de werking van de hersenen
Men vermoedt dat op deze manier de informatie ligt
Neuraal netwerk nabootst door eenvoudige knopen (neuronen)
opgeslagen in het LTG
met elkaar te verbinden
Nieuwe informatie overschrijft bestaande
Catastrofale interferentie
informatie in een neuraal netwerk
Informatieoverdracht van het KTG
naar het LTG
1. Informatie wordt snel opgeslagen (catastrofale
interferentie mag optreden)
Informatie van het KTG naar het LTG Twee stappen
2. Informatie wordt overgeschreven van het eerste
netwerk naar het tweede netwerk (catastrofale
interferentie mag niet optreden)
