Daan Van Sande 2016-2017 2B121
Gezins- en contextbegeleiding: een eerste situering
1. Het gezin poging tot definitie
Van Dale:
- Ouders met hun kinderen; vrouw of man en kinderen.
- Twee generaties met bloedverwantschap, het kan ook gaan over een één-oudergezin
Ruimere definitie van gezin:
Alle samenwerkingsvormen die een herkenbare sociale eenheid vormen op microniveau,
met al dan niet verwante personen die duurzame en affectieve banden hebben en elkaar
onderling steun en verzorging verlenen.
Waar wij in het Nederlands twee begrippen gebruiken die duidelijk maken dat er een
verschil is tussen je gezin en je familie, is het opvallend dat heel veel talen geen
onderscheid maken tussen deze twee begrippen.
2. De geschiedenis van het gezin
De geschiedenis van het gezin bestaat niet. De ontwikkeling van en het denken over het
gezin is sterk bepaald door religie, politiek en beeldvorming van de maatschappij.
1875-1945: Het gezin is de hoeksteen van de samenleving
Het gezin wordt gezien als het fundament van de samenleving. Het traditionele gezin
was de hoeksteen van de samenleving, de hele samenleving stond of viel met dit
gezin. Echtscheiding was een echt taboe. Het christelijk geloof bepaalt sterk het
dagelijkse leven van en in gezinnen.
1945-1960: Het gezin in wederopbouw
Er was een wederopbouw van de samenleving nodig, men moest beter gaan zorgen
voor de gezinnen. Voor de eerste keer in de geschiedenis gaf men financiële hulp aan
die gezinnen die het moeilijk hadden. Meer en meer komt het gezinsgericht werken
stilaan op gang.
1960-1980: Het gezin onder druk
Het gezin werd uitgedaagd door de seksuele revolutie. Het functioneren van de
gezinnen veranderde zeer sterk. Oorspronkelijk had men heel veel schrik voor het
instorten van de samenleving.
Het is de oorsprong voor de eerste gezinstheorieën.
Vanaf 1990: Het gezin terug een hoeksteen?
De gezinsvormen veranderen, de alternatieve gezinsvormen blijven groeien en
worden steeds meer aanvaard.
3. Gezinskenmerken:
- Socio-demografische kenmerken
Gezinsgrootte, gezinssamenstelling, etnische achtergrong
- Affectieve kenmerken
Opvoedingsstijlen, risico-en protectieve factoren, gebruik medische zorg
- Cultuurpedagogische kenmerken
Gesproken thuistaa, mediagebruik, betrokkenheid van ouders bij school
1
Gezins- en contextbegeleiding: een eerste situering
1. Het gezin poging tot definitie
Van Dale:
- Ouders met hun kinderen; vrouw of man en kinderen.
- Twee generaties met bloedverwantschap, het kan ook gaan over een één-oudergezin
Ruimere definitie van gezin:
Alle samenwerkingsvormen die een herkenbare sociale eenheid vormen op microniveau,
met al dan niet verwante personen die duurzame en affectieve banden hebben en elkaar
onderling steun en verzorging verlenen.
Waar wij in het Nederlands twee begrippen gebruiken die duidelijk maken dat er een
verschil is tussen je gezin en je familie, is het opvallend dat heel veel talen geen
onderscheid maken tussen deze twee begrippen.
2. De geschiedenis van het gezin
De geschiedenis van het gezin bestaat niet. De ontwikkeling van en het denken over het
gezin is sterk bepaald door religie, politiek en beeldvorming van de maatschappij.
1875-1945: Het gezin is de hoeksteen van de samenleving
Het gezin wordt gezien als het fundament van de samenleving. Het traditionele gezin
was de hoeksteen van de samenleving, de hele samenleving stond of viel met dit
gezin. Echtscheiding was een echt taboe. Het christelijk geloof bepaalt sterk het
dagelijkse leven van en in gezinnen.
1945-1960: Het gezin in wederopbouw
Er was een wederopbouw van de samenleving nodig, men moest beter gaan zorgen
voor de gezinnen. Voor de eerste keer in de geschiedenis gaf men financiële hulp aan
die gezinnen die het moeilijk hadden. Meer en meer komt het gezinsgericht werken
stilaan op gang.
1960-1980: Het gezin onder druk
Het gezin werd uitgedaagd door de seksuele revolutie. Het functioneren van de
gezinnen veranderde zeer sterk. Oorspronkelijk had men heel veel schrik voor het
instorten van de samenleving.
Het is de oorsprong voor de eerste gezinstheorieën.
Vanaf 1990: Het gezin terug een hoeksteen?
De gezinsvormen veranderen, de alternatieve gezinsvormen blijven groeien en
worden steeds meer aanvaard.
3. Gezinskenmerken:
- Socio-demografische kenmerken
Gezinsgrootte, gezinssamenstelling, etnische achtergrong
- Affectieve kenmerken
Opvoedingsstijlen, risico-en protectieve factoren, gebruik medische zorg
- Cultuurpedagogische kenmerken
Gesproken thuistaa, mediagebruik, betrokkenheid van ouders bij school
1
