Praktijk: MST:
Heup:
Heup Flexie:
Spieren PM: m. Iliopsoas
SM: m. rectus femoris, m. sartorius, m. tensor fascia latae, m. pectineus, m. adductor
brevis, m. adductor longus, m. adductor magnus
ROM 0°-120°
Zenuwwortelniveau L2-L3-L4
Test GRAAD 3: Heupflexie gebogen knie
GRAAD 4-5: |w| tegen ventrale zijde bovenbeen juist boven kniegewricht
GRAAD 2: Heupflexie in zijlig -> starten met knie extensie en eindigen met
knieflexie
GRAAD 1-0 Ruglig, je ondersteunt de kuit en knieholte in 90° heupflexie en knie flexie
Palpatie: → Palperen distaal van het lig. inguinale aan de mediale zijde sartorius (Vanuit SIAS
naar mediaal en distaal gaan)
Fixatie / -> gewicht romp = voldoende
Uitgangshouding zit, benen over rand van tafel (handen mogen steunen als rompstabiliteit)
3-4-5
Uitgangshouding 2 Zijlig met het te testen been bovenaan en ondersteund + fixatie bekken
Opmerkingen - In het begin bij graad 2: niet starten in knieflexie -> Rectus Femoris komt op
rek
- Op het einde bij graad 2: niet eindigen in knie extensie -> hamstrings komt op
rek
- Sartorius: abductie en exorotatie heup
- Tensor Fasciae latae: abductie en endorotatie → In ruglig: Fz gaat het been
exoroteren
- Rompspieren te zwak = in ruglig testen
Flexie, abductie, exorotatie heup met knieflexie
Spieren PM: m. Sartorius
SM: Flexoren van de knie en de heup, Exorotatoren van de heup, Abductoren van de
heup
ROM Bi-articulaire beweging, onvolledige ROM in beide gewrichten
Zenuwwortelniveau L2-L3
Test GRAAD 3: Bovenbeen heffen, knie buigen en bovenbeen naar buiten draaien → been
mag NIET rusten op andere been
, GRAAD 4-5:
- Vingers geven weerstand naar extensie
- Handpalm geeft weerstand naar adductie
- Andere hand op het onderbeen geeft weerstand naar endorotatie
GRAAD 2: Met de hiel (te testen been) over het scheenbeen en bovenbeen (niet te
testen been) omhoog te schuiven → Knie MOET in abductie
GRAAD 1-0 aan de mediale zijde van de dij of net onder de SIAS
Palpatie:
Fixatie /
Uitgangshouding Zit, benen van tafel, knieholte tegen de tafel, handen steunen naast lichaam
3-4-5
Uitgangshouding 2 Ruglig
Opmerkingen - Rectus Femoris en Iliopsoas: buigen van de heup zonder abductie en
exorotatie
Extensie heup
Test voor alle heupflexoren
Spieren PM: m. gluteus maximus en hamstrings (m. semitendinosus, m. semimembranosus,
m. biceps femoris)
SM: /
ROM 0°-20°
Zenuwwortelniveau L5-S2
Biceps Femoris: S1-S3
Test GRAAD 3: Been van de tafel heffen met gestrekte knie
GRAAD 4-5: |w| juist boven de enkel (lange hefboom, zwaarder) of juist boven de
knie (korte hefboom, minder zwaar)
→ Been ven therapeut tegen tafel duwen om meer grip te krijgen
GRAAD 2: patiënt brengt de been naar achter met een gestrekte knie + therapeut
ondersteunt de gestrekte knie
GRAAD 1-0 Buiklig, billen aanspannen
Palpatie: - Hamstrings → Tuber ischiadicum, via distaal gaan voelen
- Gluteus maximus → diep op de billen
Fixatie stabiliseert de bekken distaal van het rotatiepunt op de tafel
Uitgangshouding Buiklig, Knieën gestrekt
3-4-5
Uitgangshouding 2 Zijlig, therapeut staat achter patiënt
Opmerkingen - Test kan ook in stand uitgevoerd worden → Nadelen: veel compensaties romp
+ lastarm = korter
Heup:
Heup Flexie:
Spieren PM: m. Iliopsoas
SM: m. rectus femoris, m. sartorius, m. tensor fascia latae, m. pectineus, m. adductor
brevis, m. adductor longus, m. adductor magnus
ROM 0°-120°
Zenuwwortelniveau L2-L3-L4
Test GRAAD 3: Heupflexie gebogen knie
GRAAD 4-5: |w| tegen ventrale zijde bovenbeen juist boven kniegewricht
GRAAD 2: Heupflexie in zijlig -> starten met knie extensie en eindigen met
knieflexie
GRAAD 1-0 Ruglig, je ondersteunt de kuit en knieholte in 90° heupflexie en knie flexie
Palpatie: → Palperen distaal van het lig. inguinale aan de mediale zijde sartorius (Vanuit SIAS
naar mediaal en distaal gaan)
Fixatie / -> gewicht romp = voldoende
Uitgangshouding zit, benen over rand van tafel (handen mogen steunen als rompstabiliteit)
3-4-5
Uitgangshouding 2 Zijlig met het te testen been bovenaan en ondersteund + fixatie bekken
Opmerkingen - In het begin bij graad 2: niet starten in knieflexie -> Rectus Femoris komt op
rek
- Op het einde bij graad 2: niet eindigen in knie extensie -> hamstrings komt op
rek
- Sartorius: abductie en exorotatie heup
- Tensor Fasciae latae: abductie en endorotatie → In ruglig: Fz gaat het been
exoroteren
- Rompspieren te zwak = in ruglig testen
Flexie, abductie, exorotatie heup met knieflexie
Spieren PM: m. Sartorius
SM: Flexoren van de knie en de heup, Exorotatoren van de heup, Abductoren van de
heup
ROM Bi-articulaire beweging, onvolledige ROM in beide gewrichten
Zenuwwortelniveau L2-L3
Test GRAAD 3: Bovenbeen heffen, knie buigen en bovenbeen naar buiten draaien → been
mag NIET rusten op andere been
, GRAAD 4-5:
- Vingers geven weerstand naar extensie
- Handpalm geeft weerstand naar adductie
- Andere hand op het onderbeen geeft weerstand naar endorotatie
GRAAD 2: Met de hiel (te testen been) over het scheenbeen en bovenbeen (niet te
testen been) omhoog te schuiven → Knie MOET in abductie
GRAAD 1-0 aan de mediale zijde van de dij of net onder de SIAS
Palpatie:
Fixatie /
Uitgangshouding Zit, benen van tafel, knieholte tegen de tafel, handen steunen naast lichaam
3-4-5
Uitgangshouding 2 Ruglig
Opmerkingen - Rectus Femoris en Iliopsoas: buigen van de heup zonder abductie en
exorotatie
Extensie heup
Test voor alle heupflexoren
Spieren PM: m. gluteus maximus en hamstrings (m. semitendinosus, m. semimembranosus,
m. biceps femoris)
SM: /
ROM 0°-20°
Zenuwwortelniveau L5-S2
Biceps Femoris: S1-S3
Test GRAAD 3: Been van de tafel heffen met gestrekte knie
GRAAD 4-5: |w| juist boven de enkel (lange hefboom, zwaarder) of juist boven de
knie (korte hefboom, minder zwaar)
→ Been ven therapeut tegen tafel duwen om meer grip te krijgen
GRAAD 2: patiënt brengt de been naar achter met een gestrekte knie + therapeut
ondersteunt de gestrekte knie
GRAAD 1-0 Buiklig, billen aanspannen
Palpatie: - Hamstrings → Tuber ischiadicum, via distaal gaan voelen
- Gluteus maximus → diep op de billen
Fixatie stabiliseert de bekken distaal van het rotatiepunt op de tafel
Uitgangshouding Buiklig, Knieën gestrekt
3-4-5
Uitgangshouding 2 Zijlig, therapeut staat achter patiënt
Opmerkingen - Test kan ook in stand uitgevoerd worden → Nadelen: veel compensaties romp
+ lastarm = korter