STANDPUNTEN ARGUMENTEN, TEGENARGUMENTEN, WEERLEGGINGEN
Signaalwoorden : ik vind, volgens Signaalwoorden : want, omdat, namelijk, aangezien, immers
mij, ik denk dat, mijn conclusie is Feitelijk argument : als iemand zijn standpunt ondersteunt met een feitelijke
dat, dus, daarom, kortom uitspraak
Positief standpunt Waarderend argument : waarderende uitspraak geeft aan dat iet (on)wenselijk,
Negatief standpunt (on)gepast, goed of slecht, mooi of lelijk is meningsverschil mogelijk
Standpunt van twijfel Met een tegenargument ontkracht je een standpunt
Met een weerlegging ontkracht je een argument
ARGUMENTATIESCHEMA’S
Argumentatie op basis van oorzaak en gevolg : feit / gebeurtenis leidt tot een ander feit / andere gebeurtenis
Argumentatie op basis van kenmerk of eigenschap : als alle onderdelen van een groep hetzelfde kenmerk hebben, dan heeft één
onderdeel van de groep dat kenmerk ook
Argumentatie op basis van voor- en nadelen : de voordelen worden vergeleken met de nadelen en op basis daarvan wordt er een
conclusie getrokken
Argumentatie op basis van voorbeelden : als een standpunt wordt ondersteund door argumenten die voorbeelden zijn
Argumentatie op basis van vergelijking : als er een vergelijking wordt gemaakt tussen twee gevallen en er een overeenkomst herkend
wordt
Argumentatie op basis van autoriteit : als een standpunt wordt ondersteund door een uitspraak van een deskundige/gezaghebbende
bron
ARGUMENTATI
ARGUMENTATIESTRUCTUREN
Enkelvoudige argumentatie : als er maar één argument gegeven wordt bij een standpunt
Nevenschikkende argumentatie : als er bij een standpunt twee of meer argumenten gegeven worden (onafhankelijk of afhankelijk)
Onderschikkende argumentatie : als een argument wordt ondersteund door een ander argument
Signaalwoorden : ik vind, volgens Signaalwoorden : want, omdat, namelijk, aangezien, immers
mij, ik denk dat, mijn conclusie is Feitelijk argument : als iemand zijn standpunt ondersteunt met een feitelijke
dat, dus, daarom, kortom uitspraak
Positief standpunt Waarderend argument : waarderende uitspraak geeft aan dat iet (on)wenselijk,
Negatief standpunt (on)gepast, goed of slecht, mooi of lelijk is meningsverschil mogelijk
Standpunt van twijfel Met een tegenargument ontkracht je een standpunt
Met een weerlegging ontkracht je een argument
ARGUMENTATIESCHEMA’S
Argumentatie op basis van oorzaak en gevolg : feit / gebeurtenis leidt tot een ander feit / andere gebeurtenis
Argumentatie op basis van kenmerk of eigenschap : als alle onderdelen van een groep hetzelfde kenmerk hebben, dan heeft één
onderdeel van de groep dat kenmerk ook
Argumentatie op basis van voor- en nadelen : de voordelen worden vergeleken met de nadelen en op basis daarvan wordt er een
conclusie getrokken
Argumentatie op basis van voorbeelden : als een standpunt wordt ondersteund door argumenten die voorbeelden zijn
Argumentatie op basis van vergelijking : als er een vergelijking wordt gemaakt tussen twee gevallen en er een overeenkomst herkend
wordt
Argumentatie op basis van autoriteit : als een standpunt wordt ondersteund door een uitspraak van een deskundige/gezaghebbende
bron
ARGUMENTATI
ARGUMENTATIESTRUCTUREN
Enkelvoudige argumentatie : als er maar één argument gegeven wordt bij een standpunt
Nevenschikkende argumentatie : als er bij een standpunt twee of meer argumenten gegeven worden (onafhankelijk of afhankelijk)
Onderschikkende argumentatie : als een argument wordt ondersteund door een ander argument