Hoofdstuk 10 - Voeding en vertering
§1 - Je lichaam en je voedsel
darmflora = de 500-1000 verschillende bacteriën in je darmkanaal
- in totaal ong 100.000 miljard
- belangrijk voor je vertering, ontlasting en afweer
probiotica = bacteriën die je gezondheid bevorderen
- in karnemelk en yoghurt
prebiotica = onverteerbare plantencellen
- hier leven de probiotica van
ook schadelijke bacteriën en schimmels komen je lichaam binnen, maar de meeste gaan
dood in je maagzuur
voedingsstoffen:
- koolhydraten
- brandstof en bouwstof
- bijvoorbeeld voor de bouw van receptoreiwitten
- ook opgespaard als reservestof (koolhydraat glycogeen)
- vetten
- brandstof en bouwstof
- bijvoorbeeld voor de bouw van membranen en hormonen
- dienen als isolatie en worden opgeslagen onder je huid
- eiwitten
- bouwstoffen
- bijvoorbeeld voor de bouw van hemoglobine en antistoffen
- ook brandstof, maar je kan ze niet opslaan
- water
- bouwstof, transportmiddel en isolatie
- mineralen
- bouwstof
- bijvoorbeeld voor de stevigheid van je botten
- spelen ook een rol in het zenuwstelsel
- spoorelementen = mineralen waar je weinig van nodig hebt
- vitaminen
- bijvoorbeeld voor afweer
- bij te weinig inname ontstaan er gebreksziektes zoals nachtblindheid
voedingsvezels = plantaardige koolhydraten die je niet kan verteren
muizen hebben een allel dat vetcellen laat delen
bij uitschakeling van dit gen werden muizen weer slanker
mensen hebben ook allelen die het eetgedrag beïnvloeden
additieven = toegevoegde stoffen die eten aantrekkelijker of langer houdbaar maken
§1 - Je lichaam en je voedsel
darmflora = de 500-1000 verschillende bacteriën in je darmkanaal
- in totaal ong 100.000 miljard
- belangrijk voor je vertering, ontlasting en afweer
probiotica = bacteriën die je gezondheid bevorderen
- in karnemelk en yoghurt
prebiotica = onverteerbare plantencellen
- hier leven de probiotica van
ook schadelijke bacteriën en schimmels komen je lichaam binnen, maar de meeste gaan
dood in je maagzuur
voedingsstoffen:
- koolhydraten
- brandstof en bouwstof
- bijvoorbeeld voor de bouw van receptoreiwitten
- ook opgespaard als reservestof (koolhydraat glycogeen)
- vetten
- brandstof en bouwstof
- bijvoorbeeld voor de bouw van membranen en hormonen
- dienen als isolatie en worden opgeslagen onder je huid
- eiwitten
- bouwstoffen
- bijvoorbeeld voor de bouw van hemoglobine en antistoffen
- ook brandstof, maar je kan ze niet opslaan
- water
- bouwstof, transportmiddel en isolatie
- mineralen
- bouwstof
- bijvoorbeeld voor de stevigheid van je botten
- spelen ook een rol in het zenuwstelsel
- spoorelementen = mineralen waar je weinig van nodig hebt
- vitaminen
- bijvoorbeeld voor afweer
- bij te weinig inname ontstaan er gebreksziektes zoals nachtblindheid
voedingsvezels = plantaardige koolhydraten die je niet kan verteren
muizen hebben een allel dat vetcellen laat delen
bij uitschakeling van dit gen werden muizen weer slanker
mensen hebben ook allelen die het eetgedrag beïnvloeden
additieven = toegevoegde stoffen die eten aantrekkelijker of langer houdbaar maken