4: SOMESTHESIE
4.1 INLEIDING
De somesthesie omvat meerdere somatosensoriële systemen
bv. tast-, pijn-, temperatuurzin en proprioceptie
Die systemen detecteren stimuli op bepaalde locatie, intensiteit en kwaliteit = discriminatieve tastzin
daarnaast ook affectieve tast
Receptoren verspreid over lichaam
Tast
Pijn
Jeuk
Temperatuur
Proprioceptie
DRG neuron = primire sensorische cel
Meerdere zintuigen
Exteroceptie
Interoceptie
Proprioceptie
1
,4.2 TASTZIN
4.2.1 HUIDRECEPTOREN
De cutane (low threshold) mechanoreceptoren (LTM’s)
Gevoelig voor vervorming via Piezo2-mechanosensitieve ionenkanalen
Figuur 4.1. Mechanosensitieve ionenkanalen (Piezo2) staan in voor tast en proprioceptie.
Figuur 4.2. Tactiele innervatie van de behaarde versus onbehaarde huid.
2
,Huid v hand bevat gespecialiseerde mechanoreceptoren
Verbonden via primaire afferente axonen
4 groepen
Ø RA = snel adapterend aan constante mechanische prikkel
Reageren op ‘moving’ stimuli
Ø SA = traag (SA) aan constante mechanische prikkel
Reageren op contante stimulatie.
Ø Type 1 = oppervlakkig
Verbonden met lichaampjes v Meissner of schijfjes v Merkel
Kleinste RV (paar mm)
Ø Type 2 = diep
Verbonden met lichaampjes v Pacini of uiteinden v Ruffini
Grootste RV, zowel spatiaal als temporaal
Figuur 4.3. Tast-mechanoreceptoren, hun receptieve velden (type 1, type 2) en mate van adaptatie (SA, RA).
3
, Lichaampjes v Pacini (RA2)
Diep gelegen
Tot > 1 mm groot
Ajuinvormige lamellaire kapsel snel adapterend en extreem gevoelig aan ∆ in mechanische
stimulatie
RA2-vezels vuren bij hoogfrequente vibraties rond 300 Hz een selectiviteit die bepaald w door
de prereceptorstructuur
Staan in voor vibratiezin (klinisch getest met stemvork)
Figuur 4.4. Rol van de prereceptorstructuur bij het detecteren van drukveranderingen.
Selectiviteit R bepaald door prereceptorstructuur.
Lichaampjes v Meissner (RA1)
4
4.1 INLEIDING
De somesthesie omvat meerdere somatosensoriële systemen
bv. tast-, pijn-, temperatuurzin en proprioceptie
Die systemen detecteren stimuli op bepaalde locatie, intensiteit en kwaliteit = discriminatieve tastzin
daarnaast ook affectieve tast
Receptoren verspreid over lichaam
Tast
Pijn
Jeuk
Temperatuur
Proprioceptie
DRG neuron = primire sensorische cel
Meerdere zintuigen
Exteroceptie
Interoceptie
Proprioceptie
1
,4.2 TASTZIN
4.2.1 HUIDRECEPTOREN
De cutane (low threshold) mechanoreceptoren (LTM’s)
Gevoelig voor vervorming via Piezo2-mechanosensitieve ionenkanalen
Figuur 4.1. Mechanosensitieve ionenkanalen (Piezo2) staan in voor tast en proprioceptie.
Figuur 4.2. Tactiele innervatie van de behaarde versus onbehaarde huid.
2
,Huid v hand bevat gespecialiseerde mechanoreceptoren
Verbonden via primaire afferente axonen
4 groepen
Ø RA = snel adapterend aan constante mechanische prikkel
Reageren op ‘moving’ stimuli
Ø SA = traag (SA) aan constante mechanische prikkel
Reageren op contante stimulatie.
Ø Type 1 = oppervlakkig
Verbonden met lichaampjes v Meissner of schijfjes v Merkel
Kleinste RV (paar mm)
Ø Type 2 = diep
Verbonden met lichaampjes v Pacini of uiteinden v Ruffini
Grootste RV, zowel spatiaal als temporaal
Figuur 4.3. Tast-mechanoreceptoren, hun receptieve velden (type 1, type 2) en mate van adaptatie (SA, RA).
3
, Lichaampjes v Pacini (RA2)
Diep gelegen
Tot > 1 mm groot
Ajuinvormige lamellaire kapsel snel adapterend en extreem gevoelig aan ∆ in mechanische
stimulatie
RA2-vezels vuren bij hoogfrequente vibraties rond 300 Hz een selectiviteit die bepaald w door
de prereceptorstructuur
Staan in voor vibratiezin (klinisch getest met stemvork)
Figuur 4.4. Rol van de prereceptorstructuur bij het detecteren van drukveranderingen.
Selectiviteit R bepaald door prereceptorstructuur.
Lichaampjes v Meissner (RA1)
4