Samenvatting theorie Loonbelasting 4.3 FTA Saxion 2022/2023

Loonbelasting 4.3 FTA 2022/2023

Les gevolg op Saxion Hogeschool. Theorie ontvangen van docent Wolsink.


Week 1
Bij de loonbelasting is er sprake van heffing bij de bron (op loon en bijvoorbeeld
pensioenen).
Loonbelasting is een voorheffing dat een samenhang heeft met de inkomstenbelasting.

Belastingplicht

In artikel 1 LB wordt aangegeven wie een belastingplicht heeft in de loonbelasting.
Art. 1 LB:
‘’Onder de naam ‘loonbelasting’ wordt van werknemers of hun inhoudingsplichtige, van
artiesten, van beroepssporters, van buitenlandse gezelschappen en van bij of krachtens
deze wet aan te wijzen andere personen een directe belasting geheven.

Werknemer is het belastingsubject. In artikel 2 lid 1 LB staat wie een werknemer is.
 Natuurlijk persoon die in dienstbetrekking is als privaatrechtelijke of publiekrechtelijke
 Of loon geniet uit vroegere dienstbetrekking

Inhoudingsplichtige staat in art. 6 LB. Dit is:
a Degene, tot wie een of meer personen in dienstbetrekking staan;
b Degene, die aan een of meer personen loon uit een vroegere dienstbetrekking
tot Demzelf of tot een ander verstrekt;
c Degene, die ingevolge een aanspraak die niet tot het loon behoort, aan een of
meer personen uitkeringen of verstrekkingen uit een dienstbetrekking tot een
ander doet.

Voor een niet in Nederland gevestigde, word je alleen als inhoudingsplichtige gezien
als:
a in Nederland een vaste inrichting voor de uitoefening van zijn bedrijf, beroep
of andere bezigheid of een in Nederland wonende of gevestigde vaste
vertegenwoordiger heeft, dan wel
b .een of meer personen in dienst heeft van wie het loon is onderworpen aan de
inkomstenbelasting, met betrekking tot deze personen de loonadministratie in
Nederland houdt en zich voor deze personen als inhoudingsplichtige bij de
inspecteur heeft gemeld.

Dienstbetrekking

Je kan een privaatrechtelijke of een publiekrechtelijke dienstbetrekking hebben.
 Privaat: burger, moet een arbeidsovereenkomst zijn + werknemer
 Publiek: ambtelijke aanstelling is doorslaggevend

Het onderscheidt heeft weinig betekenis voor heffing LB. Bij een privaatrechtelijke
dienstbetrekking speelt een arbeidsovereenkomst een rol.
Bij een publiekrechtelijke is er een ambtelijke aanstelling. Bepalend voor het voorwerp van
belasting maakt dit geen verschil.

Ook bestaan er fictieve dienstbetrekkingen. Deze staan vermeld in:
 Artikel 3 en 4 LB.

,  Artikel 2 t/m 2h LB
 Artikel 5 UBLB (uitvoeringsbeschikking)

Privaatrechtelijke dienstbetrekking
Een arbeidsovereenkomst staat in artikel 7:610 lid 1 BW. De conclusie hierbij is dat er sprake
moet zijn van :
1. Persoonlijke arbeid
2. Loonuitbetaling
3. Gezagsverhouding

Op dat moment, als er wordt voldaan aan bovenstaand, dan is er sprake van een
dienstbetrekking. Moet aan alle 3!

Je voldoet hieraan door artikel 2 lid 1 LB + artikel 7:610 lid 1 BW

Er is sprake van een gezagsverhouding indien:
 Er is een gezagsverhouding als u het recht hebt om opdrachten en aanwijzingen te
geven voor het werk dat moet worden gedaan, of voor bijvoorbeeld werktijden,
productie-eisen of omgang met klanten. De werknemer moet zich aan uw opdrachten
en aanwijzingen houden. U kunt het geven van opdrachten en aanwijzingen ook
overlaten aan een ander, bijvoorbeeld aan degene bij wie de werknemer eigenlijk
werkt (bijvoorbeeld als u uw werknemer uitzendt of detacheert).
 Er kan ook sprake zijn van een gezagsverhouding als u nauwelijks opdrachten en
aanwijzingen geeft. Bijvoorbeeld als het om eenvoudig werk gaat of als de
werknemer specifieke vaardigheden heeft. Zelfs als u helemaal geen opdrachten en
aanwijzingen geeft, kan er sprake zijn van een gezagsverhouding. Bijvoorbeeld als u
toezicht houdt op de werkzaamheden, het werk controleert of klachten over het werk
behandelt Handboek Loonheffingen 2023 - Versie februari, 2e uitgave
(belastingdienst.nl)
Persoonlijke arbeid= als je je kan laten vervangen, dan is er geen sprake van een
persoonlijke arbeid.


Directeur-grootaandeelhouder
Dit is iemand die een dienstbetrekking heeft in een BV waarin aanmerkelijk belang is.
 ‘werknemer’ voor de loonbelasting/premies volksverzekeringen= inhouding via
salaris, inhoudingsplichtige is de B.V.
 Premies werknemersverzekeringen: Regeling Aanwijzing Directeur
Grootaandeelhouder: DGA is in de basis geen premies werknemersverzekeringen
verschuldigd, tenzij de DGA niet over zijn eigen ontslag kan besluiten (m.u.v.
nevengeschiktheid).


Oneigenlijke dienstbetrekking
Artikel 34 LB jo artikel 11 UBLB

Art. 34 LB en art. 11 uitvoeringsbesluit LB. Er is geheel geen gezagsverhouding.

Loonbelasting wordt ook geheven over
 Termijnen van lijfrenten en andere periodieke uitkeringen/verstrekkingen
 Uitkeringen ter vervanging van gederfde
 Te derven periodieke uitkeringen/verstrekkingen en bepaalde afkoopsommen die natuurlijke
personen genieten.

Er kunnen wel bepaalde voorwaarden zijn verbonden. Deze inkomsten worden voor art. 11 lid 2
uitvoeringsbesluit LB als loon uit vroegere arbeid aangemerkt.  aanspraken

,  Bij termijnen lijfrente. Pensioen, bijstandsuitkering, werknemersverzekeringen (WW, Wajong,
WIA, ZW)
o artikel 11 lid 1 sub e WW en WAO= werkgeversdeel zie je NIET op de loonstrook en
dus niet meenemen in de loonheffing.

Deze vorm is opgenomen om de belastingheffing makkelijker te maken. Er is geen sprake van een
echte dienstbetrekking.

De hoofdregel staat in art. 10 lid 2 LB
Aanspraken zijn door art. 11 lid 1 sub c t/m h LB vrijgesteld loon bij de omkeerregel= pensioenpremie
 Een eigen bijdrage van de werknemer in een vrijgestelde aanspraak kan in bepaalde gevallen
in mindering worden gebracht van het loon (art. 11 lid 1 sub j LB)
 Deel van de werkgever: artikel 11 lid 1 sub c LB is vrijgesteld en wordt pas belast als je het
uitgekeerd krijgt.

Hoofdregel
Een aanspraak wordt tot het loon gerekend op het moment dat deze wordt toegekend.
Latere uitkeringen worden niet meer belast
 Aanspraak belast
 Uitkeringen belastingvrij
 Werkgeverspemies belast
 Werknemerspremie doe je niks mee

Omkeerregel:
De aanspraak wordt niet tot het loon gerekend en blijft onbelast, waarbij eventuele latere uitkeringen
wel tot het loon behoren (aanspraken vrijgesteld, uitkeringen belast)
 Vrijgestelde aanspraken staan in art. 11 lid 1 sub c t/m h en sub r LB
 Aanspraak niet belast
 Toekomstige uitkeringen/verstrekkingen zijn belast
 Werknemerspremie aftrekbaar (art. 11 lid 1 sub j LB)
 Werkgeverspremie niet belast (art. 11 lid 1 sub c LB

 Periodieke pensioenuitkering is dus onbelast. De premie die de werknemer betaald is vrijgesteld
door art. 11 lid 1 sub j en die van de werkgever op art. 11 lid 1 sub c LB. De uiteindelijke uitkering aan
het einde is dus WEL belast.

,Week 2
Wet DBA

Het doel is schijnzelfstandigheid aanpakken. De aanleiding is het oneigenlijke gebruik van de
VAR-WUO. De VAR= Verklaring Arbeidsrelatie. Door de Wet DBA is VAR vervallen.

In alle gevallen waarin er niet duidelijk is of er sprake is van een dienstbetrekking, of juist
niet, daar moet de Wet DBA worden toegepast.

Huidige situatie
Het is een systeem met modelovereenkomsten. Deze overeenkomsten zijn te vinden op de
site van de Belastingdienst
De overeenkomst wordt gesloten en moet de feitelijke manier van werken weergeven
waarna dit ook MOET worden nageleefd.
Ook mag er een eigenovereenkomst worden opgesteld door de betrokkenen die moet
worden voorgelegd aan de Belastingdienst ter goedkeuring.

Soorten modelovereenkomsten:
 Algemene
 Branche specifiek
 Individueel

Een arbeidsrelatie
Opdrachtgevers en opdrachtnemers maken afspraken binnen de arbeidsrelatie waarbij er
samen moet worden beoordeeld of er sprake is van loondienst (dienstbetrekking) of niet.
Indien er sprake is van twijfel kan er een modelovereenkomst worden opgesteld om
zekerheid te geven.

Dit is vaak het geval bij bedrijven die werken met een freelancer. Er is dan de vraag in
hoeverre er sprake is van een dienstbetrekking of juist niet.

Waarom van belang beoordelen loondienst?
 In het geval van loondienst moet de werkgever loonheffingen inhouden en betalen.
Daarnaast moet er vaak worden doorbetaald bij ziekte of vakantie en er zijn
specifieke regels voor ontslag.
 Verder is de opdrachtnemer bij dienstbetrekking WEL verzekerd voor
werknemersverzekeringen waarbij de opdrachtgever ook werkgeversheffing Zvw
betaald en inhoud.

Bij geen dienstbetrekking is dit allemaal andersom.

Wanneer loondienst?
Werkgeversgezag, persoonlijke arbeid en een beloning.

Controle van de Belastingdienst
Er zijn meer mogelijkheden gekomen voor de Belastingdienst om te handhaven bij
opdrachtgevers.
 Correctieverplichtingen
 Naheffingsaanslagen
 Boetes

Voordat er wordt gehandhaafd is er eerst toezicht middels een bedrijfsbezoek of een
boekenonderzoek.

Er word alleen gehandhaafd in de volgende gevallen:

,  Kwaadwillend
 Gegeven aanwijzingen door de BD worden NIET opgevolgd.

Kwaadwillend:
Opzettelijk een situatie van evidente schijnzelfstandigheid laten ontstaan of voortbestaan
terwijl de opdrachtgever dit weet of had kunnen weten en er dus feitelijk sprake is van een
dienstbetrekking.

Opdracht op de toets maken
Beoordelen of er sprake is van een dienstbetrekking of juist niet.
 Eigen middelen?
 Urencriterium
 Opdrachtgevers?
 Debiteurenrisico?
 Kan je je persoonlijk laten vervangen? Dan geen persoonlijke arbeid
 Werkt gehele jaar voor dezelfde, gebruikt goederen van opdrachtgever en heeft zelf
een eenmanszaak= modelovereenkomst opstellen om schijnzelfstandigheid te
voorkomen.

Bij onduidelijkheid over loondienst of niet, dan modelovereenkomst.

Samengevat
- Opdrachtgever en opdrachtnemer brengen gezamenlijk een overeenkomst tot stand
die de feitelijke wijze van werken weergeeft. De overeenkomst kan worden
voorgelegd bij de BD voor beoordeling. Dit kan zekerheid bieden tot de loonheffing.
- De wet bestaat om zzp’ers en opdrachtgevers duidelijkheid te geven over hun
arbeidsrelatie. Hierbij wordt schijnzelfstandigheid voorkomen.
De opdrachtgever en opdrachtnemer moeten samen bepalen waar er sprake van is:
ondernemer aan ondernemer of werken in loondienst.
- Schijnzelfstandigheid is wanneer je een opdracht aanneemt als een ondernemer,
maar je eigenlijk in loondienst bent. Hierdoor is de opdrachtgever de werkgever die
de verplichtingen naar de BD niet nakomt. Middels de Wet DBA zijn de
opdrachtnemer en opdrachtgever samen verantwoordelijk voor afspraken in de
werkrelatie. Dit om schijnzelfstandigheid te voorkomen.
- Binnen een arbeidsrelatie worden afspraken gemaakt tussen de opdrachtnemer en
opdrachtgever. Er wordt samen beoordeeld of er dan sprake is van loondienst. Bij
twijfel kan er een modelovereenkomst worden opgesteld. Mogelijkheid om een
modelovereenkomst te gebruiken. Dit is verstandig indien het niet zeker is of de
opdrachtgever en opdrachtnemer een loondienstverhouding hebben ja of de nee. Er
zijn verschillende modelovereenkomsten die aangeven dat er geen persoonlijke
arbeid is, of geen gezag of beide. In een modelovereenkomst staan afspraken die de
werkrelatie tussen de zzp’er en de opdrachtgever verduidelijken om schijn
zelfstandigheid te voorkomen.
- Bij kwaadwillende personen kan de BD handhaven indien de criteria voor loondienst
kan worden bewezen.
- In 2025 nieuwe wetgeving in voor zelfstandigen en opdrachtgevers. De nieuwe wet
zorgt voor een gelijker speelveld tussen zelfstandigen en medewerkers in loondienst.
Verder meer duidelijkheid over de vraag wanneer je werkt als werknemer en wanneer
als zelfstandige De wet DBA (belastingdienst.nl) Wet DBA (deregulering beoordeling
arbeidsrelatie) | Zelfstandigen zonder personeel (zzp) | Rijksoverheid.nl Wet DBA:
voorkom schijnzelfstandigheid (kvk.nl)