Inleiding:
De activiteit bepalen van een constante hoeveelheid enzym amylase bij toenemende
zetmeelconcentraties.
Onderzoeksvraag:
Bij welke verdunning treed verzadiging op.
Hypothese:
Ik verwacht dat bij de eerste buis het langer duurt voordat de spikkels weg zijn, dan bij de
laatste bijvoorbeeld, omdat er in de laatste buis veel minder speeksel in zit omdat dat
verdunt is
Materiaal en Methode:
Materiaal:
4% zetmeeloplossing
1% jodiumoplossing
0.01 M NaCl
Pasteurse pipetten
Demiwater
Testplaatjes
8 reageerbuizen
Houten stokjes
Glazenroerstaafje of roerstokjes
Methode:
1. Nummer 8 reageerbuizen met 1 t/m 8.
2. Pipetteer 2 ml demiwater in buis 2 t/m 8.
3. Pipetteer 2 ml 4% zetmeeloplossing in buis 1 en 2.
4. Breng 2 ml van buis 2 over in buis 3, goed mengen.
5. Breng 2 ml van buis 3 over in buis 4, en ga zo veder met de andere buizen.
6. Verwijder 2 ml uit buis 8, in elke buis zit nu een zetmeeloplossing met aflopende
concentratie van 4% tot 0,031%.
7. Maak een test amylase als beschreven bij amylase II.
8. Pipetteer op t=0 min in eerste 2 0,5 amylase oplossing, meng goed.
9. Test op de bekende manier om de min de amylase-activiteit, doe dit na 10 min
verder om de 5 min.
10. Noteer.
11. Ga op de zelfde wijze veder met de volgende tabel.