INSTRUMENTEN METHODEN VAN KLINISCHE
DIAGNOSTIEK
INTELLIGENTIE
Instrument Meetpretentie Leeftijd (Jaar;Maand) Informatie over de test Opmerkingen
WPPSI-III Intelligentie 2;6 – 7;11
WISC-III-NL Intelligentie 6;0 – 16;11 13 subtests (totaal = 2 uur) OUD
- Subtests opgedeeld in verbale &
performale schaal
- TIQ op basis van 10 subtests
Deze test wordt in een tabel
hieronder uitgebreid beschreven
WISC-V-NL Intelligentie 6;0 – 16;11 14 subtests
- TIQ op basis van 7 subtests
- 5 primaire indexen
Deze test wordt in een tabel
hieronder uitgebreid beschreven!
WAIS-IV Intelligentie 16;0 +
Rakit-2 intelligentie 4;0 – 12;6 Vaak als WISC al is
afgenomen (second
opinion)
GIT-2 Intelligentie 16;0 +
WNV Intelligentie 4;0 – 21;11 Matrix redeneren, substitutie, Non-verbaal
Wechsler non- ruimtelijke oriëntatie (figuur - Tegenhanger SON
verbal scale of leggen), plaatjes ordenen/
ability herkennen
SON-R Intelligentie 2;0 – 8;0 & 6;0 – 40;0 Verschillende soorten subtesten Non-verbaal
Snijders- - Analogieën, puzzels, ruimtelijk (geschikt voor horende,
Oomen niet inzicht, abstract en concreet slechthorende en dove
verbale redeneren kinderen)
intelligentietest
Raven CPM Intelligentie 4;0 – 10;0 Abstract redeneren & fluïde Non-verbaal
Raven intelligentie - Normen sterk verouderd
Coloured
progressive
Matrices
WISC-III-NL
Testen tussen haakjes zijn niet noodzakelijk om de TIQ te kunnen berekenen
Subtest schaal factor
Informatie Verbaal (VIQ) Verbaal begrip
Overeenkomsten VIQ Verbaal begrip
Woordkennis VIQ Verbaal begrip
Begrijpen VIQ Verbaal begrip
Rekenen VIQ
(cijferreeksen) VIQ
Onvolledig tekenen Performaal (PIQ) Perceptuele organisatie
Plaatjes ordenen PIQ Perceptuele organisatie
Blokpatronen PIQ Perceptuele organisatie
Figuur leggen PIQ Perceptuele organisatie
Substitutie PIQ verwerkingssnelheid
(Symbool vergelijken) PIQ verwerkingssnelheid
(doolhoven) PIQ
WISC-V-NL
, Testen die tussen haakjes staan, zijn niet noodzakelijk om TIQ te kunnen berekenen! De dikgedrukte 7 subtesten zijn nodig voor
TIQ. De testen die niet tussen haakjes staan zijn de 10 primaire subtesten die gebruikelijk zijn om af te nemen.
Primaire Index Meetpretentie Brede cognitieve subtest Meetpretentie Hoe werkt de subtest?
vaardigheid subtest
Verbaal begrip Het vermogen om Gekristalliseerde Overeenkomsten verbaal abstract Kind moet vertellen wat de
(VBI) toegang te krijgen tot intelligentie redeneren overeenkomst is tussen twee
de verworven genoemde woorden
woordkennis en deze voorbeeld ‘melk & water’
vervolgens toe te Woordenschat verbaal begrip, Verbaal item: plaatje laten
passen woordkennis zien kind moet vertellen
wat het is.
Auditief item: vragen wat iets
is ‘wat is zeep?’
(begrijpen) inzicht in dagelijkse Voorbeeld vraag:
sociale situaties ‘waarom zitten er gordels in
een auto?’
Visueel Het vermogen om Visual processing Blokpatronen visuo-motoriek, Kind moet het blokpatroon
ruimtelijk (VRI) visuele details te visuele analyse, van het voorbeeld namaken
evalueren en visueel- patroon- waarneming met blokjes.
ruimtelijke relaties te
begrijpen
Figuur visualisatie, Kind moet vertellen welke
samenstellen patroonherkenning drie puzzelstukken het figuur
van het voorbeeld maken.
Fluïde Het vermogen om de Fluïde Matrix abstract redeneren, Kind moet bepalen welk
redeneren onderliggende intelligentie redeneren visuele informatie- figuur op de plek van het
(FRI) conceptuele relatie verwerking vraagteken hoort
tussen visuele
objecten te zien en
om
redeneervaardigheden
te gebruiken bij de
identificatie en
toepassing van regels
gewichten visueel en abstract Kind moet vertellen wat er op
redeneren het vraagteken moet staan
om de weegschaal in balans te
houden
(rekenen) rekenvaardigheid Je vertelt een som. Kind moet
(verhaaltjessommen), het antwoord geven.
auditief korte termijn
geheugen
Werkgeheugen Het vermogen om Korte Cijferreeksen auditief sequentieel Je noemt een cijferreeks op.
(WgI) visuele en auditieve termijngeheugen geheugen Kind moet het voorwaarts,
informatie te achterwaarts en gesorteerd
DIAGNOSTIEK
INTELLIGENTIE
Instrument Meetpretentie Leeftijd (Jaar;Maand) Informatie over de test Opmerkingen
WPPSI-III Intelligentie 2;6 – 7;11
WISC-III-NL Intelligentie 6;0 – 16;11 13 subtests (totaal = 2 uur) OUD
- Subtests opgedeeld in verbale &
performale schaal
- TIQ op basis van 10 subtests
Deze test wordt in een tabel
hieronder uitgebreid beschreven
WISC-V-NL Intelligentie 6;0 – 16;11 14 subtests
- TIQ op basis van 7 subtests
- 5 primaire indexen
Deze test wordt in een tabel
hieronder uitgebreid beschreven!
WAIS-IV Intelligentie 16;0 +
Rakit-2 intelligentie 4;0 – 12;6 Vaak als WISC al is
afgenomen (second
opinion)
GIT-2 Intelligentie 16;0 +
WNV Intelligentie 4;0 – 21;11 Matrix redeneren, substitutie, Non-verbaal
Wechsler non- ruimtelijke oriëntatie (figuur - Tegenhanger SON
verbal scale of leggen), plaatjes ordenen/
ability herkennen
SON-R Intelligentie 2;0 – 8;0 & 6;0 – 40;0 Verschillende soorten subtesten Non-verbaal
Snijders- - Analogieën, puzzels, ruimtelijk (geschikt voor horende,
Oomen niet inzicht, abstract en concreet slechthorende en dove
verbale redeneren kinderen)
intelligentietest
Raven CPM Intelligentie 4;0 – 10;0 Abstract redeneren & fluïde Non-verbaal
Raven intelligentie - Normen sterk verouderd
Coloured
progressive
Matrices
WISC-III-NL
Testen tussen haakjes zijn niet noodzakelijk om de TIQ te kunnen berekenen
Subtest schaal factor
Informatie Verbaal (VIQ) Verbaal begrip
Overeenkomsten VIQ Verbaal begrip
Woordkennis VIQ Verbaal begrip
Begrijpen VIQ Verbaal begrip
Rekenen VIQ
(cijferreeksen) VIQ
Onvolledig tekenen Performaal (PIQ) Perceptuele organisatie
Plaatjes ordenen PIQ Perceptuele organisatie
Blokpatronen PIQ Perceptuele organisatie
Figuur leggen PIQ Perceptuele organisatie
Substitutie PIQ verwerkingssnelheid
(Symbool vergelijken) PIQ verwerkingssnelheid
(doolhoven) PIQ
WISC-V-NL
, Testen die tussen haakjes staan, zijn niet noodzakelijk om TIQ te kunnen berekenen! De dikgedrukte 7 subtesten zijn nodig voor
TIQ. De testen die niet tussen haakjes staan zijn de 10 primaire subtesten die gebruikelijk zijn om af te nemen.
Primaire Index Meetpretentie Brede cognitieve subtest Meetpretentie Hoe werkt de subtest?
vaardigheid subtest
Verbaal begrip Het vermogen om Gekristalliseerde Overeenkomsten verbaal abstract Kind moet vertellen wat de
(VBI) toegang te krijgen tot intelligentie redeneren overeenkomst is tussen twee
de verworven genoemde woorden
woordkennis en deze voorbeeld ‘melk & water’
vervolgens toe te Woordenschat verbaal begrip, Verbaal item: plaatje laten
passen woordkennis zien kind moet vertellen
wat het is.
Auditief item: vragen wat iets
is ‘wat is zeep?’
(begrijpen) inzicht in dagelijkse Voorbeeld vraag:
sociale situaties ‘waarom zitten er gordels in
een auto?’
Visueel Het vermogen om Visual processing Blokpatronen visuo-motoriek, Kind moet het blokpatroon
ruimtelijk (VRI) visuele details te visuele analyse, van het voorbeeld namaken
evalueren en visueel- patroon- waarneming met blokjes.
ruimtelijke relaties te
begrijpen
Figuur visualisatie, Kind moet vertellen welke
samenstellen patroonherkenning drie puzzelstukken het figuur
van het voorbeeld maken.
Fluïde Het vermogen om de Fluïde Matrix abstract redeneren, Kind moet bepalen welk
redeneren onderliggende intelligentie redeneren visuele informatie- figuur op de plek van het
(FRI) conceptuele relatie verwerking vraagteken hoort
tussen visuele
objecten te zien en
om
redeneervaardigheden
te gebruiken bij de
identificatie en
toepassing van regels
gewichten visueel en abstract Kind moet vertellen wat er op
redeneren het vraagteken moet staan
om de weegschaal in balans te
houden
(rekenen) rekenvaardigheid Je vertelt een som. Kind moet
(verhaaltjessommen), het antwoord geven.
auditief korte termijn
geheugen
Werkgeheugen Het vermogen om Korte Cijferreeksen auditief sequentieel Je noemt een cijferreeks op.
(WgI) visuele en auditieve termijngeheugen geheugen Kind moet het voorwaarts,
informatie te achterwaarts en gesorteerd
