Probleem 1
Mogen gemeentes belasting invoeren?
Art. 216 Gemeentewet: de gemeenteraad beslist over invoering, wijziging of afschaffing van een
gemeentelijke belasting, zulks door het vaststellen van een belastingverordening.
art. 217 Gemeentewet: Bij het vaststellen van een belastingverordening moet de gemeenteraad zich
houden aan de wet in formele zin, waarin de bevoegdheid tot het invoeren van de desbetreffende
belasting is geregeld.
De belastingrechter is bevoegd te toetsen of de belastingverordening in overeenstemming is met de
wet en tevens of zij anderszins in overeenstemming is met het recht.
Een belastingverordening treedt, nadat zij is vastgesteld door de gemeenteraad, eerst in werking
nadat zij is bekendgemaakt door plaatsing in het op een algemeen toegankelijke wijze uit te geven
gemeenteblad.
art. 219 Gemeentewet lid 1: de gemeenteraad mag slechts die belastingen invoeren die in de
gemeentewet of in een andere wet zijn genoemd. De gemeenteraad mag niet zelf nieuwe
belastingen bedenken.
Essentialia:
- Belastingplichtige: wie betaald?
- Vorm belasting: belasting object
- Belastbaar feit: concreet feit
- Heffingsmaatstaf: heffingsgrondslag, criterium
- Tarief: bedrag/percentage per eenheid van de heffingsmaatstaf geheven
- Tijdstip ingang: in materiële zin
- Tijdstip beëindiging
- Voorheffing/vordering
Zijn de gemeenten vrij om een maatstaf van heffing te bepalen en welke grenzen zijn hiervoor?
De gemeenteraad is bevoegd belasting in te voeren. De heffing moet wel in verband zijn met beleid,
tenzij de heffingsmaatstaf is weergeven.
De keuze van een heffingsmaatstaf is, afgezien van de specifieke voorschriften die de wet op dit punt
bevat, aan de eigen verantwoordelijkheid van de gemeente overgelaten. De gemeenteraad moet bij
het maken van de keuze uiteraard wel rekening houden met het karakter van de de desbetreffende
belasting of het desbetreffende recht.
Grenzen
1.Verbod op draagkracht: art. 219 Gemeentewet lid 2
Een heffingsmaatstaf die aansluit bij het inkomen, de winst of het vermogen is niet toegestaan.
Draagkracht als verdeelcriterium is voorbehouden aan de centrale overheid. Bovendien moet de
gemeente toetsen of wordt voldaan aan de algemene rechtsbeginselen.
2.Gelijkheidsbeginsel: gelijke gevallen gelijk behandelen en ongelijke gevallen – in de mate van hun
ongelijkheid( de zogenoemde proportionaliteitseis) – ongelijk te behandelen. Of sprake is van gelijke
gevallen dient vanuit de regeling te worden beoordeeld.
3. Evenredigheidsbeginsel: art. 26 IVBPR. Bij ongelijke/gelijke gevallen moet er wel naar
evenredigheid worden gehandeld
Tandartsvrouwarrest
Feiten: Een tandarts wiens vrouw een deel van het resultaat kreeg voor haar werkzaamheden van de
praktijk. Hiervoor kreeg de tandarts op grond van art. 5 Wet IB 1964 een bepaalde aftrek, welke
veranderde op het moment dat zij ging trouwen.
Mogen gemeentes belasting invoeren?
Art. 216 Gemeentewet: de gemeenteraad beslist over invoering, wijziging of afschaffing van een
gemeentelijke belasting, zulks door het vaststellen van een belastingverordening.
art. 217 Gemeentewet: Bij het vaststellen van een belastingverordening moet de gemeenteraad zich
houden aan de wet in formele zin, waarin de bevoegdheid tot het invoeren van de desbetreffende
belasting is geregeld.
De belastingrechter is bevoegd te toetsen of de belastingverordening in overeenstemming is met de
wet en tevens of zij anderszins in overeenstemming is met het recht.
Een belastingverordening treedt, nadat zij is vastgesteld door de gemeenteraad, eerst in werking
nadat zij is bekendgemaakt door plaatsing in het op een algemeen toegankelijke wijze uit te geven
gemeenteblad.
art. 219 Gemeentewet lid 1: de gemeenteraad mag slechts die belastingen invoeren die in de
gemeentewet of in een andere wet zijn genoemd. De gemeenteraad mag niet zelf nieuwe
belastingen bedenken.
Essentialia:
- Belastingplichtige: wie betaald?
- Vorm belasting: belasting object
- Belastbaar feit: concreet feit
- Heffingsmaatstaf: heffingsgrondslag, criterium
- Tarief: bedrag/percentage per eenheid van de heffingsmaatstaf geheven
- Tijdstip ingang: in materiële zin
- Tijdstip beëindiging
- Voorheffing/vordering
Zijn de gemeenten vrij om een maatstaf van heffing te bepalen en welke grenzen zijn hiervoor?
De gemeenteraad is bevoegd belasting in te voeren. De heffing moet wel in verband zijn met beleid,
tenzij de heffingsmaatstaf is weergeven.
De keuze van een heffingsmaatstaf is, afgezien van de specifieke voorschriften die de wet op dit punt
bevat, aan de eigen verantwoordelijkheid van de gemeente overgelaten. De gemeenteraad moet bij
het maken van de keuze uiteraard wel rekening houden met het karakter van de de desbetreffende
belasting of het desbetreffende recht.
Grenzen
1.Verbod op draagkracht: art. 219 Gemeentewet lid 2
Een heffingsmaatstaf die aansluit bij het inkomen, de winst of het vermogen is niet toegestaan.
Draagkracht als verdeelcriterium is voorbehouden aan de centrale overheid. Bovendien moet de
gemeente toetsen of wordt voldaan aan de algemene rechtsbeginselen.
2.Gelijkheidsbeginsel: gelijke gevallen gelijk behandelen en ongelijke gevallen – in de mate van hun
ongelijkheid( de zogenoemde proportionaliteitseis) – ongelijk te behandelen. Of sprake is van gelijke
gevallen dient vanuit de regeling te worden beoordeeld.
3. Evenredigheidsbeginsel: art. 26 IVBPR. Bij ongelijke/gelijke gevallen moet er wel naar
evenredigheid worden gehandeld
Tandartsvrouwarrest
Feiten: Een tandarts wiens vrouw een deel van het resultaat kreeg voor haar werkzaamheden van de
praktijk. Hiervoor kreeg de tandarts op grond van art. 5 Wet IB 1964 een bepaalde aftrek, welke
veranderde op het moment dat zij ging trouwen.