100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

Samenvatting specifieke zorgvrager 2 - deel 2

Rating
-
Sold
-
Pages
65
Uploaded on
23-03-2023
Written in
2022/2023

het tweede deel van de samenvatting

Institution
Course











Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Written for

Institution
Study
Course

Document information

Uploaded on
March 23, 2023
Number of pages
65
Written in
2022/2023
Type
Summary

Subjects

Content preview

Specifieke zorgvrager 2
Psychopathologie en psychofarmaca
Wat is psychiatrie?

 Wat?
- Psychiatrie = medische specialiteit:
o vertrekkend van waarneembare verschijnselen of symptomen
o abstractie makend in syndromen of ziektebeelden (stoornissen)
o gebaseerd op theorieën over het ontstaan
o leidend tot formuleringen over instelling van behandelingen en preventie
o Inhoudelijk zoals in de geneeskunde gebruikelijk: vertrekkend van
waarneembare verschijnselen of symptomen, abstractie makend in
syndromen en ziektebeelden, tegenwoordig stoornissen genoemd,
gebaseerd op theorieën over het ontstaan en leidend tot formuleringen over
preventie en instelling van behandeling/ klassiek ziektemodel.
 Symptomen = van de norm afwijkende en objectief waarneembare
verschijnselen
 Klachten = subjectief waarneembare afwijkende verschijnselen, al of
niet waarneembaar
 Ziektebeelden = verzameling van symptomen en/of klachten
 Semiologie
- Semiologie = “woordenschat”, correcte terminologie om pathologieën te beschrijven
middels een mentaal onderzoek (in psychiatrie)

Iemand is psychisch ziek wanneer …:

 hij/zij heel specifieke psychologische ervaringen heeft: angst, depressie, hallucinaties,
obsessies,…
 deze ervaringen ernstig zijn en de betrokkene helemaal uit evenwicht brengen: hij/zij kan
niet meer normaal functioneren en lijdt daar sterk onder; hij/zij zit in een ‘dal’, heeft het
contact met de omgeving verloren en is niet meer in staat om de spanningen te verwerken,
zich te ontspannen, te communiceren,…
 hij/zij niet in staat is om op eigen kracht uit het ‘dal’ te komen, en als hij/zij nood heeft aan
zowel psychotherapie en medicatie, als aan ondersteuning door de directe omgeving:
familie, vrienden, collega’s

Cave secundaire ziektewinst! = het voordeel dat iemand uit het “ziek-zijn” haalt, bewust of
onbewust, waardoor het moeilijk kan zijn om terug afstand te doen van de “ziekterol”.

WHO 2010:

 Ontwikkelings/geïndustrialiseerde landen
 complexe interactie van biologische, psychologische en sociale factoren
 5/10 meest voorkomende ziekten wereldwijd (majeure depressie, schizofrenie, bipolaire
stoornis, middelenstoornissen, angststoornissen)
 Mentale gezondheidsproblemen komen voor in zowel ontwikkelingslanden als
geïndustrialiseerde landen, resulteren uit een complexe interactie van biologische,
psychologische en sociale factoren, en omvatten 5 van de 10 meest voorkomende ziekten


1

, wereldwijd (majeure depressie, schizofrenie, bipolaire stoornis, middelenstoornissen,
angststoornissen).

Symptomen?

vlg de functies

 Cognitieve functies
- Bewustzijn = besef van onszelf en onze omgeving
o Helder = normale reacties op prikkels
o Bewustzijnsverlaging = gedaalde reactie op prikkels maar wel reactie
 bv slaperig, suf, beneveld, bij hersentrauma, bij kalmerende
medicatie, lichte alcoholintoxicatie, sederende drugs, bij delirium,
psychose.
o Bewustzijnsvernauwing = verhoogde reactie op bepaalde prikkels
 vb bij kijken naar een spannende film, bij manische fases, bij
stimulerende drugs.
o Bewustzijnsverlies = geen reactie op prikkels, gradaties
 fysiologisch = slapen
 gradaties : van slapen
 tot sopor = diepe somnolentie, geen contact, moeilijk te
wekken, met normale peesreflexen
 tot stupor = semi-coma = slechts tijdelijk te wekken door pijn
of licht of geluid, mutistisch en akinetisch, geen peesreflexen
 tot coma = geen besef van omgeving, niet te wekken met
prikkels, geen lichtreflex van pupil.
- Aandacht = focus op onderwerp
o Concentratie = blijvende aandacht
o Gedaalde aandacht
 bij cognitieve stoornissen, bij aandoeningen waarbij men is afgeleid
door andere prikkels/interne stimuli (pijn, angst, hallucinaties), bij
depressie.
o Gestegen afleidbaarheid/selectieve aandacht
 bij manie, bij psychose
- Oriëntatie
o Tijd/ruimte/persoon
o Verloop
 Plots optredend: delirium
 Gradueel verloop : dementie
- Waarnemingen
o Waarnemingsstoornis = wanneer men de werkelijkheid anders waarneemt
dan ze werkelijk is
o Illusie = foutieve waarneming van reële externe stimuli
 bv blaffen van hond wordt stem van buur, tasse-petasse, kamerjas
wordt persoon in de kamer ‘s nachts
o Hallucinatie = zintuiglijke waarneming zonder externe prikkel van het
betrokken zintuig, waarbij de hallucinatie wordt waargenomen als reëel, evt
met delirante interpretatie


2

,  bv stemmen horen, gevoel dat men geduwd wordt, personen zien in
een verder lege ruimte
o Depersonalisatie = verandering in de waarneming of beleving van zichzelf,
gevoel van vervreemding of onwerkelijkheid
 bv gevoel dat ledematen langer worden, gevoel dat organen van
plaats veranderd zijn
o Hypnagoge (bij inslapen)/hypnopompe (bij ontwaken) waarnemingen zijn
zonder pathologische betekenis
- Denken = proces waarbij we onze gedachten omzetten in taal.
o Stoornis op gebied van
 inhoud van denken
 vorm en verloop van denken
 Verwardheid
 Achterdocht
 Wanen
- Geheugen en inprenting
o Inprenting
 = bv nazeggen van een rij getallen
o Korte termijn geheugen (STM)
 = short term memory = bv getal na vijf minuten nog onthouden
hebben
o Lange termijn geheugen (LTM)
 = long term memory = bv het zich herinneren van twaalfde
verjaardag
o Amnesie = geheugendefect tgv afwezigheid inprenting
 Retrograde
 = zich het verleden niet meer kunnen herinneren, bv na een
ongeval zich niet meer herinneren wat er gebeurd is
 Antegrade
 zich de gebeurtenissen achteraf niet meer herinneren, er kan
(tijdelijk) geen nieuwe informatie worden opgenomen, bv
zich de eerste uren na het wakker worden na een operatie
niet meer herinneren, dementie, epilepsie, korsakoff
 Posttraumatische
o Paramnesie
 falsificatie door ophalingsfouten
 déjà vu
 valse herkenningen
 confabulaties = het invullen van leegtes in herinnering met “valse
herinneringen”, onbewust, overtuigd van de herinnering
- Intelligentie
o IQ
 IQ >130 : hoogbegaafd
 IQ 120-130: begaafd
 IQ 115-120 : bovengemiddeld begaafd
 IQ 85-115 : gemiddeld begaafd
 IQ 70-85 : benedengemiddeld/laagbegaafd


3

,  Zwakzinnigheid:
 Licht : IQ 50-55 tot 70
 Matig : IQ 35-40 tot 50-55
 Ernstig : IQ 20-25 tot 35-40
 Diep : IQ lager dan 20-25
o rekening houden met
 algemene kennis
 scolariteit
 cultuur
 socio-economische status
 Affectieve functies
- Affecten
o Normaal
 = normale variabiliteit in gelaatsuitdrukkingen, stem en gebaren
o Beperkt
 = vermindering in de expressie en de intensiteit van het affect
o Afgevlakt
 = ernstige vermindering in intensiteit van de affectieve uiting
o Vlak
 = vrijwel geen affectieve uitdrukking (monotone stem,
uitdrukkingsloos gelaat)
o Discordant
 = niet in overeenstemming met de inhoud van iemands spraak
o Labiel
 = herhaalde snelle en plotselinge wisselingen
- Stemming
o Dysthymie
 =aanhoudend sombere stemming
o Euthymie
 = normale stemming
o Dysforie
 = gemengd trieste, angstige, prikkelbare stemming
o Euforie
 = uitgelaten, opgewonden stemming
o Expansieve stemming
 = verhoogd gevoel van eigen vermogen
o Irritabele stemming
o Vijandige stemming
o Angstige stemming
 Conatieve functies
- Drift
o Impulscontrole: gradatie
 Gedaalde impulscontrole bij cognitieve aantasting, psychose, PHS
(persoonlijkheidsstoornis), manie, dementie (vooral frontale
aantasting), hersentrauma (frontaal), frontale epilepsie, …
o Seksueel
o Agressief naar zichzelf of anderen

4
$9.04
Get access to the full document:

100% satisfaction guarantee
Immediately available after payment
Both online and in PDF
No strings attached


Also available in package deal

Get to know the seller

Seller avatar
Reputation scores are based on the amount of documents a seller has sold for a fee and the reviews they have received for those documents. There are three levels: Bronze, Silver and Gold. The better the reputation, the more your can rely on the quality of the sellers work.
shanadegieter Erasmushogeschool Brussel
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
22
Member since
3 year
Number of followers
7
Documents
28
Last sold
11 months ago

1.8

4 reviews

5
0
4
1
3
0
2
0
1
3

Recently viewed by you

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their tests and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can instantly pick a different document that better fits what you're looking for.

Pay as you like, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions