Hoofdstuk 1: Predarwiniaanse evolutiegedachten
● 1859: publicatie “On the origins of species by means of natural selection”, Charles
Robert Darwin
= geboorte evolutietheorie
- graduele evolutie uit 1 gemeenschappelijke voorouder
(klassieke oudheid)
● Anaximander & leerling Xenophanes:
- eerste leven uit ‘oer’-modder & water
- eerste notie aan potentiële transmutatie
● Empedocles:
- prototype van natuurlijke selectie
- afzonderlijke ledematen die telkens nieuwe combinaties vormden
● Plato & Aristoteles:
- weinig of geen ruimte voor evolutie
- Plato → grot van Plato theorie
- Aristoteles → scala naturae
(16-17de eeuw)
● George-Louis Leclerc, Comte de Buffon:
- essay: ‘De la dégénération des animaux’
→ dieren degenereren onder invloed van omgevingsfactoren
● Erasmus Darwin:
- grootvader Charles Darwin
- traktaat: ‘Zoonomia’
→ alle warmbloedige dieren zijn ontwikkeld uit een ‘levensvezel’, geschapen
door God
● Jean-Baptiste de Lamarck:
- boek: ‘Histoire naturelle des animaux sans vertèbres’
→ hypothese over de veranderlijkheid
- ‘Philosophie zoologique’
→ leven is opgeborreld vanuit slijk, onder invloed van ongrijpbare krachten:
warmte & elektriciteit
- Lamarckisme
, ● verschil Darwin >< Lamarck:
- Lamarck: ‘ladder van de natuur’: van eenvoudig naar complex
- Darwin: vertakkende stamlijn
● Baron George Cuvier:
- directeur Parijse ‘Musée National d’Histoire Naturelle’
- nog zeer onvolledig fossiele materiaal → geen aanwijzing voor overgang van
1 soort naar de andere
- aantonen van extinctie
Hoofdstuk 2: Charles Robert Darwin & Alfred Russel Wallace
● midden 19de eeuw: 2 Britse biologen onafhankelijk, zelfde revolutionaire conclusies
● Charles Robert Darwin:
- voldoende financiële autonomie
- 20 jaar aan de ontwikkeling van zijn theorie
- Universiteit van Edinburgh: geneeskunde & Cambridge: theologie
- onderzoeksreis met H.M.S. Beagle (5 jaar) → uitvoerige collecties
- ontdekking Galapagos vinken → geografische soortvorming
● Alfred Russel Wallace:
- armere afkomst
- ontwikkelde dezelfde theorie
● “On the origin of species by means of natural selection, or the preservation of
favoured races in the struggle for life”:
- evolutie: verandert gradueel & continue
- gemeenschappelijke afkomst: 1 gemeenschappelijke voorouderlijke soort
- multiplicatie van soorten: toename aantal soorten door afsplitsing
- graduele verandering
- natuurlijke selectie als mechanisme van evolutie
→ gemengde reacties
● William Paley:
- vergeleek organismen met uurwerk: te complex om ‘toevallig’ te zijn
, Hoofdstuk 3:Erkenning van Mendel & groei ‘Nieuwe synthese’
● 1860: Gregor Johann Mendel:
- vorming van nieuwe soorten door hybridisatie → kruisingsexperimenten
(erwten)
→ overerving gebeurt door het doorgeven van partikels, elementen van beiden
ouders aan hun nakomelingen
● einde 19de eeuw: Hugo de Vries
- organisme kan opgedeeld worden in grote reeks overerfbare
karaktereenheden(pangenen) → kruisingsewperiment planten
- type van sprongsgewijze verandering = mutatie
● William Bateson:
- termen: segregatie, heterozygoot, homozygoot, allelomorf & genetica
● Mendelianen & Biometrici:
- Aylmer Fisher: toepassing Mendeliaanse principes van overerving +
natuurlijke selectie is de sterkte kracht in het veranderen van genfrequenties
→ Darwin ontbreekte: overervingsmechanisme = opgelost
=> Neo-Darwinisme
Hoofdstuk 4: Verdere ontwikkelingen & conflicten
● jaren ‘60: moleculaire technieken → twijfel natuurlijke selectie
● Motoo Kimura: merendeel van veranderingen op moleculair niveau gebeuren door
genetische drift, en niet door positieve Darwiaanse selectie
● Stephen Jay Gould: kritiek op a-priori van natuurlijke selectie uitgaan, zonder
aandacht te hebben voor andere factoren
- evolutie verloopt in tempoversnellingen: lange perioden van stasis,
onderbroken door korte perioden van grondige veranderingen