Administratieve organisatie
Hoofdstuk 1 Administratieve organisatie 2
1.3 Wat is administratieve organisatie 2
1.4 Elementen van de administratieve organisatie 2
1.5 Typologie en gevolgen voor de administratieve organisatie 2
1.6 Administratieve organisatie: maatwerk 3
Samenvatting H1 3
Hoofdstuk 2 Controller, controle en control 3
2.1 De moderne controller 3
2.2 Interne controle en internal control 3
Samenvatting H2 4
Hoofdstuk 3 COSO, harde en zachte controle 4
3.1 SOx, COSO en ERM 4
3.2 Harde en zachte controlemaatregelen 4
Samenvatting H3 4
Hoofdstuk 4 Managementinstrumenten 5
4.1 Balanced Scorecard 5
4.2 INK-Model 5
4.3 BSC, INK en AO 6
Samenvatting H4 6
Hoofdstuk 5 Risicomanagement 6
5.1 Risicobegrippen 6
5.2 Businessrisico 6
5.3 Risicomanagement – de methodiek 6
5.4 Auditrisico 6
Samenvatting H5 6
Hoofdstuk 6 7
6.1 De relatie tussen automatisering en administratieve organisatie 7
6.2 Aard van de automatisering binnen de organisatie 7
6.3 Beheersing van de automatisering 7
6.4 General computer controls 8
6.5 Application controls 8
Hoofdstuk 7 Inkoop: de Bijenkorf 9
7.1 Introductie 9
7.2 Inkopen 9
7.3 Bewaren van voorraden 12
7.4 Management informatie 14
7.5 Processchema’s 14
Hoofdstuk 8 Verkoop op rekening: FrysTec 15
8.1 Introductie 15
8.2 Verkopen 15
8.3 Management informatie 18
8.4 Processchema’s 18
Hoofdstuk 9 Contante verkopen: Media Markt 19
9.1 Introductie 19
9.2 Voorraadbeheer 19
9.3 Verkopen 20
9.4 Klantenservice 21
9.5 Managementinformatie 21
9.6 Processchema’s 21
Hoofdstuk 10 21
10.1 Productie, een kennismaking 21
10.2 Productievoorbereiding 22
10.3 Het productieproces 22
10.4 De verbanden 23
10.5 De nacalculatie 23
10.6 Managementinformatie 24
Hoofdstuk 11 24
11.1 Het stukproductiebedrijf, een kennismaking 24
11.2 Het verkoopproces 25
11.3 De productievoorbereiding 26
11.4 Het productieproces en de verbanden 26
, 11.6 Projectbeheersing en nacalculatie 27
De kern van de administratieve organisatie:
Hoofdstuk 1 Administratieve organisatie
1.3 Wat is administratieve organisatie
Administratieve organisatie: het systematisch verzamelen, vastleggen en verwerken van gegevens
ten behoeve van het verstrekken van informatie ten behoeven van het bestuderen en doen
functioneren van een organisatie en ten behoeve van de verantwoording die daarover moet worden
afgelegd.
Betekend: de maatregelen die nodig zijn om het gegevensverwerkend proces zodanig op te zetten
dat medewerkers in de organisatie díe informatie kunnen krijgen om de taken te kunnen uitvoeren,
om leiding te kunnen geven on verantwoording te kunnen afleggen.
De informatie moet aansluiten op de informatie behoefte van de gebruiker.
Primaire processen: inkoop, productie verkoop
Secundaire processen (ondersteunende processen): personeel & organisatie, administratie,
facilitaire zaken.
Functiescheiding: de AO zodanig slim in te richten dat er automatisch controles in zitten.
- Richtlijnen waar men zich aan moet houden
- Vereiste goedkeuring van een medewerker hoger in de organisatie
- Vastleggen van belangrijke gegevens in bestanden (contracten)
- Concrete controles in processen: controle op goederenontvangst, controle op leegstand
kamers etc.
1.4 Elementen van de administratieve organisatie
De elementen van een goede administratieve organisatie:
Randvoorwaarden Informatie Processen Verbanden
Organisatie Strategisch
Automatisering
Begroting Tactisch
Richtlijnen Operationeel
1. Randvoorwaarden: Zonder goede invulling hiervan, kan geen sprake zijn ven een goede
administratieve organisatie.
a. Organisatie: hoe kleiner de organisatie, hoe moelijker. Functiescheiding: Beschikken,
bewaren, uitvoeren, registreren en controleren.
b. Automatisering: Zonder goede automatisering kan een bedrijf niet functioneren.
c. Begroting: een budget moet je halen, zo niet dan wordt je daarop afgerekend.
d. Richtlijnen: de spelregels waar medewerkers zich aan moeten houden.
2. Informatie: Welke informatie is nodig om de organisatie te besturen, te doen functioneren en
verantwoording af te leggen.
a. Strategisch – Directie niveau
b. Tactisch – Manager niveau
c. Operationeel – De werkvloer
3. Processen: Wie (functiescheiding), doet wat (concrete handeling), waarmee (informatie)?
4. Verbanden: Betrouwbaarheid van informatie is belangrijk. Verbandscontroles, organisatie stelt
vast dat er evenwicht in de diverse stromen zit.
Essentiele verbanden:
Handel – Geld-goederen beweging
Productie – Relatie tussen input en output
Dienstverlening beschikbaar stellen ruimte – Capaciteit minus leegstand
1.5 Typologie en gevolgen voor de administratieve organisatie
Hoofdindeling van het typologiemodel van Starreveld:
Handel
Productie
Dienstverlening
Bij de inrichting van de typologie staat de vraag centraal in hoeverre gesteund kan worden op
verbanden in de geld- en geoderenbeweging, in hoeverre andere verbanden centraal moeten staan.
Hoofdstuk 1 Administratieve organisatie 2
1.3 Wat is administratieve organisatie 2
1.4 Elementen van de administratieve organisatie 2
1.5 Typologie en gevolgen voor de administratieve organisatie 2
1.6 Administratieve organisatie: maatwerk 3
Samenvatting H1 3
Hoofdstuk 2 Controller, controle en control 3
2.1 De moderne controller 3
2.2 Interne controle en internal control 3
Samenvatting H2 4
Hoofdstuk 3 COSO, harde en zachte controle 4
3.1 SOx, COSO en ERM 4
3.2 Harde en zachte controlemaatregelen 4
Samenvatting H3 4
Hoofdstuk 4 Managementinstrumenten 5
4.1 Balanced Scorecard 5
4.2 INK-Model 5
4.3 BSC, INK en AO 6
Samenvatting H4 6
Hoofdstuk 5 Risicomanagement 6
5.1 Risicobegrippen 6
5.2 Businessrisico 6
5.3 Risicomanagement – de methodiek 6
5.4 Auditrisico 6
Samenvatting H5 6
Hoofdstuk 6 7
6.1 De relatie tussen automatisering en administratieve organisatie 7
6.2 Aard van de automatisering binnen de organisatie 7
6.3 Beheersing van de automatisering 7
6.4 General computer controls 8
6.5 Application controls 8
Hoofdstuk 7 Inkoop: de Bijenkorf 9
7.1 Introductie 9
7.2 Inkopen 9
7.3 Bewaren van voorraden 12
7.4 Management informatie 14
7.5 Processchema’s 14
Hoofdstuk 8 Verkoop op rekening: FrysTec 15
8.1 Introductie 15
8.2 Verkopen 15
8.3 Management informatie 18
8.4 Processchema’s 18
Hoofdstuk 9 Contante verkopen: Media Markt 19
9.1 Introductie 19
9.2 Voorraadbeheer 19
9.3 Verkopen 20
9.4 Klantenservice 21
9.5 Managementinformatie 21
9.6 Processchema’s 21
Hoofdstuk 10 21
10.1 Productie, een kennismaking 21
10.2 Productievoorbereiding 22
10.3 Het productieproces 22
10.4 De verbanden 23
10.5 De nacalculatie 23
10.6 Managementinformatie 24
Hoofdstuk 11 24
11.1 Het stukproductiebedrijf, een kennismaking 24
11.2 Het verkoopproces 25
11.3 De productievoorbereiding 26
11.4 Het productieproces en de verbanden 26
, 11.6 Projectbeheersing en nacalculatie 27
De kern van de administratieve organisatie:
Hoofdstuk 1 Administratieve organisatie
1.3 Wat is administratieve organisatie
Administratieve organisatie: het systematisch verzamelen, vastleggen en verwerken van gegevens
ten behoeve van het verstrekken van informatie ten behoeven van het bestuderen en doen
functioneren van een organisatie en ten behoeve van de verantwoording die daarover moet worden
afgelegd.
Betekend: de maatregelen die nodig zijn om het gegevensverwerkend proces zodanig op te zetten
dat medewerkers in de organisatie díe informatie kunnen krijgen om de taken te kunnen uitvoeren,
om leiding te kunnen geven on verantwoording te kunnen afleggen.
De informatie moet aansluiten op de informatie behoefte van de gebruiker.
Primaire processen: inkoop, productie verkoop
Secundaire processen (ondersteunende processen): personeel & organisatie, administratie,
facilitaire zaken.
Functiescheiding: de AO zodanig slim in te richten dat er automatisch controles in zitten.
- Richtlijnen waar men zich aan moet houden
- Vereiste goedkeuring van een medewerker hoger in de organisatie
- Vastleggen van belangrijke gegevens in bestanden (contracten)
- Concrete controles in processen: controle op goederenontvangst, controle op leegstand
kamers etc.
1.4 Elementen van de administratieve organisatie
De elementen van een goede administratieve organisatie:
Randvoorwaarden Informatie Processen Verbanden
Organisatie Strategisch
Automatisering
Begroting Tactisch
Richtlijnen Operationeel
1. Randvoorwaarden: Zonder goede invulling hiervan, kan geen sprake zijn ven een goede
administratieve organisatie.
a. Organisatie: hoe kleiner de organisatie, hoe moelijker. Functiescheiding: Beschikken,
bewaren, uitvoeren, registreren en controleren.
b. Automatisering: Zonder goede automatisering kan een bedrijf niet functioneren.
c. Begroting: een budget moet je halen, zo niet dan wordt je daarop afgerekend.
d. Richtlijnen: de spelregels waar medewerkers zich aan moeten houden.
2. Informatie: Welke informatie is nodig om de organisatie te besturen, te doen functioneren en
verantwoording af te leggen.
a. Strategisch – Directie niveau
b. Tactisch – Manager niveau
c. Operationeel – De werkvloer
3. Processen: Wie (functiescheiding), doet wat (concrete handeling), waarmee (informatie)?
4. Verbanden: Betrouwbaarheid van informatie is belangrijk. Verbandscontroles, organisatie stelt
vast dat er evenwicht in de diverse stromen zit.
Essentiele verbanden:
Handel – Geld-goederen beweging
Productie – Relatie tussen input en output
Dienstverlening beschikbaar stellen ruimte – Capaciteit minus leegstand
1.5 Typologie en gevolgen voor de administratieve organisatie
Hoofdindeling van het typologiemodel van Starreveld:
Handel
Productie
Dienstverlening
Bij de inrichting van de typologie staat de vraag centraal in hoeverre gesteund kan worden op
verbanden in de geld- en geoderenbeweging, in hoeverre andere verbanden centraal moeten staan.
