NEUTROFILIE
ALGEMEEN Neutrofilie = aantal circulerende neutrofiele granulocyten >7,5 x 109 /l
OORZAKEN • Bacteriële infecties (gelokaliseerd of veralgemeend
• Ontstekingsverschijnselen en weefselnecrose (oa na hartinfarct, trauma, vasculitis, roken)
• Metabole oorzaken zoals uremie, jicht, acidose
• Gezwellen oa carcinomen, melanomen, lymfomen
• Acute bloedingen of hemolyse
• Behandeling met cortico’s of ziekte van Cushing:
o neutrofiele granulocyten in bloedstroom: verdeeld in 2 groepen: circulerende pool en marginerende pool. Corticoiden blokkeren adhesie
van deze laatste ➔ komen in circulerende pool terecht
• behandeling met myeloide groeifactoren oa G-CFF, GM-CFS
• myeloproliferatieve neoplasieën
o polycythemie vera
o essentiële trombocythemie
o primaire myelofibrose
o chronische myeloide leukemie (CML)
o chronische myelomonocytaire leukemie (CMML)
➔ bij neutrofilie zonder duidelijk oorzaak: CML en CMML uitsluiten
• in CML vindt men het philadephia-chromosoom in het BM. Fish toont BCR/ABL translocatie aan
TOXISCHE KORRELING Toxische korreling van granulocyten treedt op ikv reactieve stimulatie van granulocyten, oa infectie
LINKSVERSCHUIVING Wijst op toename in perifeer bloed van staafkernige granulocyten, wat kan samengaan met aanwezigheid van primitieve granulocytaire precursoren
(myelocyten, metamyelocyten). Is reactie op bv infectie
LEUKEMOIDE REACTIE Wijst op reactief toegenomen leukocytose gekenmerkt door:
• ofwel door neutrofilie, linksverschuiving en myeloide precursoren in bloed
• ofwel door toename lymfocytose ➔ bij zware infecties, zware hemolyse of metastatische kankers
in een leukemoide reactie is philadephia chromosoom negatief.
Lymfoide reacties zijn polyklonaal ↔ monoklonale lymfocytenpopulatie bij CLL
ALGEMEEN Neutrofilie = aantal circulerende neutrofiele granulocyten >7,5 x 109 /l
OORZAKEN • Bacteriële infecties (gelokaliseerd of veralgemeend
• Ontstekingsverschijnselen en weefselnecrose (oa na hartinfarct, trauma, vasculitis, roken)
• Metabole oorzaken zoals uremie, jicht, acidose
• Gezwellen oa carcinomen, melanomen, lymfomen
• Acute bloedingen of hemolyse
• Behandeling met cortico’s of ziekte van Cushing:
o neutrofiele granulocyten in bloedstroom: verdeeld in 2 groepen: circulerende pool en marginerende pool. Corticoiden blokkeren adhesie
van deze laatste ➔ komen in circulerende pool terecht
• behandeling met myeloide groeifactoren oa G-CFF, GM-CFS
• myeloproliferatieve neoplasieën
o polycythemie vera
o essentiële trombocythemie
o primaire myelofibrose
o chronische myeloide leukemie (CML)
o chronische myelomonocytaire leukemie (CMML)
➔ bij neutrofilie zonder duidelijk oorzaak: CML en CMML uitsluiten
• in CML vindt men het philadephia-chromosoom in het BM. Fish toont BCR/ABL translocatie aan
TOXISCHE KORRELING Toxische korreling van granulocyten treedt op ikv reactieve stimulatie van granulocyten, oa infectie
LINKSVERSCHUIVING Wijst op toename in perifeer bloed van staafkernige granulocyten, wat kan samengaan met aanwezigheid van primitieve granulocytaire precursoren
(myelocyten, metamyelocyten). Is reactie op bv infectie
LEUKEMOIDE REACTIE Wijst op reactief toegenomen leukocytose gekenmerkt door:
• ofwel door neutrofilie, linksverschuiving en myeloide precursoren in bloed
• ofwel door toename lymfocytose ➔ bij zware infecties, zware hemolyse of metastatische kankers
in een leukemoide reactie is philadephia chromosoom negatief.
Lymfoide reacties zijn polyklonaal ↔ monoklonale lymfocytenpopulatie bij CLL