Deelvragen (en wie doet wat?)
Hoe wordt de grondwaterstand beïnvloed?
grondwater is het deel van het water dat zich onder de grondwaterspiegel bevindt. Het water dat
zich erboven bevind word het bodemvocht genoemd Onder de grondwaterspiegel zijn alle poriën
gevuld met water. Het grondwater stijgt door de nauwe gangetjes tot een bepaalde hoogte, dat
heet de capitilaire werking.
vocht komt in de grond terecht door infiltratie vanaf het maaiveld door neerslag beregening of
bevloeiing. Het water beweegt weer omhoog door de capitilaire werking. Onderaan het
grondwater wordt het begrensd door een ondoordringbare laag, daaronder bevind zich ook een
waterlaag
Hoe beïnvloeden de grondsoorten de capillaire werking?
hoe hoog het grondwater stijgt met behulp van de capitilaire werking is afhankelijk van de
grondsoort. Als de gronddeeltjes kleiner zijn dan zijn de poriën ook kleiner. In dit geval stijgt het
water hoger. In een bodem die veel klei bevat zal het water dus meer stijgen dan in een bodem
die uit zand bestaat.
Grondsoorten hebben ook invloed op hoe snel het water stijgt, de capillaire stijgsnelheid. Als het
water namelijk heel langzaam stijgt zal de bodem alsnog verdrogen. In zware kleigrond zijn de
poriën heel nauw, hierdoor stijgt het water heel langzaam op. Het water word namelijk steviger
vastgehouden in gronden met kleine poriën. In grond met grotere poriën kan het water wel
sneller stijgen maar het water kom dan alsnog minder hoog.
Stijghoogte
grof zand -> 30 cm
fijn zand -> 60 cm
zeer fijn zand -> 90 cm
zavel -> 120 cm
lichte klei -> 90 cm
zware klei& veen -> 50 cm
Wat is de PF-curve?
De PF-curve is een middel om te kijken hoeveel water je plant nog beschikbaar heeft. Hoe groot
een porie in de grond is heeft te maken met hoe hard de grond aan vocht bind (zuigkracht). Als
de porie kleiner is, is die zuigkracht groter. Dit verschilt bij elke grondsoort. Dit verschil kan
worden weergegeven en dat is de PF-curve. Aan de hand van de pf-curve moet worden
aangegeven hoeveel water er wanneer moet worden afgegeven.
In z’n grafiek staat er op de y-as de bindingskracht -> dus hoe hard de bodem aan het vocht trekt.
Op de x-as word het vochtgehalte weer gegeven.
Wat is de functie van water in planten?
Water is essentieel voor de plant. Water dient onder andere als transport middel, ook kan de
plant warmte kwijtraken door het water te verdampen (ook wel transpiratie). Ook bevat water
veel voedingstoffen, die neemt de plant op.
De belangrijkste functie van water is transport. Stoffen die door de plant worden opgenomen in
de wortel worden met behulp van water naar andere delen van de plant vervoerd. Een kleiner
deel van het water word gebruikt voor fotosynthese en voor de stevigheid van de plant. Water is
een van de belangrijkste bouwstoffen van de plant, 90% van de plant bestaat uit water. Bijna al
Hoe wordt de grondwaterstand beïnvloed?
grondwater is het deel van het water dat zich onder de grondwaterspiegel bevindt. Het water dat
zich erboven bevind word het bodemvocht genoemd Onder de grondwaterspiegel zijn alle poriën
gevuld met water. Het grondwater stijgt door de nauwe gangetjes tot een bepaalde hoogte, dat
heet de capitilaire werking.
vocht komt in de grond terecht door infiltratie vanaf het maaiveld door neerslag beregening of
bevloeiing. Het water beweegt weer omhoog door de capitilaire werking. Onderaan het
grondwater wordt het begrensd door een ondoordringbare laag, daaronder bevind zich ook een
waterlaag
Hoe beïnvloeden de grondsoorten de capillaire werking?
hoe hoog het grondwater stijgt met behulp van de capitilaire werking is afhankelijk van de
grondsoort. Als de gronddeeltjes kleiner zijn dan zijn de poriën ook kleiner. In dit geval stijgt het
water hoger. In een bodem die veel klei bevat zal het water dus meer stijgen dan in een bodem
die uit zand bestaat.
Grondsoorten hebben ook invloed op hoe snel het water stijgt, de capillaire stijgsnelheid. Als het
water namelijk heel langzaam stijgt zal de bodem alsnog verdrogen. In zware kleigrond zijn de
poriën heel nauw, hierdoor stijgt het water heel langzaam op. Het water word namelijk steviger
vastgehouden in gronden met kleine poriën. In grond met grotere poriën kan het water wel
sneller stijgen maar het water kom dan alsnog minder hoog.
Stijghoogte
grof zand -> 30 cm
fijn zand -> 60 cm
zeer fijn zand -> 90 cm
zavel -> 120 cm
lichte klei -> 90 cm
zware klei& veen -> 50 cm
Wat is de PF-curve?
De PF-curve is een middel om te kijken hoeveel water je plant nog beschikbaar heeft. Hoe groot
een porie in de grond is heeft te maken met hoe hard de grond aan vocht bind (zuigkracht). Als
de porie kleiner is, is die zuigkracht groter. Dit verschilt bij elke grondsoort. Dit verschil kan
worden weergegeven en dat is de PF-curve. Aan de hand van de pf-curve moet worden
aangegeven hoeveel water er wanneer moet worden afgegeven.
In z’n grafiek staat er op de y-as de bindingskracht -> dus hoe hard de bodem aan het vocht trekt.
Op de x-as word het vochtgehalte weer gegeven.
Wat is de functie van water in planten?
Water is essentieel voor de plant. Water dient onder andere als transport middel, ook kan de
plant warmte kwijtraken door het water te verdampen (ook wel transpiratie). Ook bevat water
veel voedingstoffen, die neemt de plant op.
De belangrijkste functie van water is transport. Stoffen die door de plant worden opgenomen in
de wortel worden met behulp van water naar andere delen van de plant vervoerd. Een kleiner
deel van het water word gebruikt voor fotosynthese en voor de stevigheid van de plant. Water is
een van de belangrijkste bouwstoffen van de plant, 90% van de plant bestaat uit water. Bijna al