Samenvatting Osteologie: Asskelet
1. Algemeen
De wervelkolom is opgebouwd uit:
- Vertebrae cervicales
- Vertebrae thoracicae
- Vertebrae lumbales
- Vertebrae sacrales (os sacrum)
- Vertebrae caudales: de staartwervels
Bij de klassieke huisdieren krijgen we een versmelting van de sacraalwervels tot het sacrum.
Er zijn ook duidelijke speciesverschillen bij de staartwervels. Bij sommige hebben we een
korte staart en bij sommige een lange staart → hoe verder naar caudaal, hoe meer amorfer
de staartwervel
1.1 Algemene bouw wervel
3 basiscomponenten van een wervel:
1. Corpus vertebrae
2. Arcus vertebrae
3. Processi vertebrae
1
, a. Corpus vertebrae
Er zijn 2 kanten van het corpus vertebrae:
1. Extremitas cranialis: eerder bolvomrig, convex (2)
2. Extremitas caudalis: eerder hol, concaaf
Ventraal is er een crista ventralis (3)
Dorsaal van het wervelLICHAAM ligt een crista dorsalis ( dorsaal van
de wervel) (4)
b. Arcus vertebrae
Tussen het corpus vertebrae en de arcus vertebralis zijn er bilateraal 2 inkepingen1 (craniaal
en caudaal), = incisura vertebralis cranialis en caudalis → voor de spinale zenuwen
De incisura vertebralis caudalis van de ene wervel gaat een foramen vormen met de incisura
vertebralis cranialis van de volgende wervel, = foramen intervertebralis
Het spatium interarcuale is de ruimte tussen de 2 arcussen de 2
wervels om cerebrospinaal vocht te aspireren (2). Er zijn 4
plaatsen waar het spatium interarcuale groot genoeg is:
1. Atlanto-occipitale ruimte (hoofd buigen)
2. Atlanto-axiale ruimte (hoofd buigen)
3. Lumbosacrale ruimte
4. Achterste uiteinde van het sacrum en de eerste staartwervel
h. (voor bijvoorbeeld keizersnede)
1
Soms zijn het geen inkepingen, maar al foramen
2
, c. Processi vertebrae
De 2 belangrijkste processi:
1. Processus spinosus: dorsale uitsteeksel,
varieert van wervel tot wervel
2. Processus transversi: transversaal
uitsteeksels
→ tussen deze 2 wordt er een aanhechtingsplaats
gevormd voor de strekkers en de buigers
De buigers van de wervelkolom zijn zwak
uitgebouwd, want we krijgen een automatische buiging van de wervelkolom
Op de overgang van de arcus vertebrae en het wervellichaam zitten bilateraal 2 uitsteeksels
naar voor gericht, = processi articularis cranialis of caudalis → staan in verbinding met de
daaropvolgende wervel
3
1. Algemeen
De wervelkolom is opgebouwd uit:
- Vertebrae cervicales
- Vertebrae thoracicae
- Vertebrae lumbales
- Vertebrae sacrales (os sacrum)
- Vertebrae caudales: de staartwervels
Bij de klassieke huisdieren krijgen we een versmelting van de sacraalwervels tot het sacrum.
Er zijn ook duidelijke speciesverschillen bij de staartwervels. Bij sommige hebben we een
korte staart en bij sommige een lange staart → hoe verder naar caudaal, hoe meer amorfer
de staartwervel
1.1 Algemene bouw wervel
3 basiscomponenten van een wervel:
1. Corpus vertebrae
2. Arcus vertebrae
3. Processi vertebrae
1
, a. Corpus vertebrae
Er zijn 2 kanten van het corpus vertebrae:
1. Extremitas cranialis: eerder bolvomrig, convex (2)
2. Extremitas caudalis: eerder hol, concaaf
Ventraal is er een crista ventralis (3)
Dorsaal van het wervelLICHAAM ligt een crista dorsalis ( dorsaal van
de wervel) (4)
b. Arcus vertebrae
Tussen het corpus vertebrae en de arcus vertebralis zijn er bilateraal 2 inkepingen1 (craniaal
en caudaal), = incisura vertebralis cranialis en caudalis → voor de spinale zenuwen
De incisura vertebralis caudalis van de ene wervel gaat een foramen vormen met de incisura
vertebralis cranialis van de volgende wervel, = foramen intervertebralis
Het spatium interarcuale is de ruimte tussen de 2 arcussen de 2
wervels om cerebrospinaal vocht te aspireren (2). Er zijn 4
plaatsen waar het spatium interarcuale groot genoeg is:
1. Atlanto-occipitale ruimte (hoofd buigen)
2. Atlanto-axiale ruimte (hoofd buigen)
3. Lumbosacrale ruimte
4. Achterste uiteinde van het sacrum en de eerste staartwervel
h. (voor bijvoorbeeld keizersnede)
1
Soms zijn het geen inkepingen, maar al foramen
2
, c. Processi vertebrae
De 2 belangrijkste processi:
1. Processus spinosus: dorsale uitsteeksel,
varieert van wervel tot wervel
2. Processus transversi: transversaal
uitsteeksels
→ tussen deze 2 wordt er een aanhechtingsplaats
gevormd voor de strekkers en de buigers
De buigers van de wervelkolom zijn zwak
uitgebouwd, want we krijgen een automatische buiging van de wervelkolom
Op de overgang van de arcus vertebrae en het wervellichaam zitten bilateraal 2 uitsteeksels
naar voor gericht, = processi articularis cranialis of caudalis → staan in verbinding met de
daaropvolgende wervel
3