100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting cases IEHRL $10.64   Add to cart

Summary

Samenvatting cases IEHRL

 19 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

samenvatting van de te kennen cases voor het examen van IEHRL.

Preview 3 out of 28  pages

  • December 23, 2022
  • 28
  • 2021/2022
  • Summary
avatar-seller
1. RTBF VS. BELGIË: In de zaak werd de juridische grondslag besproken.
- RTBF had documentaire over plastische chirurgie die verkeerd afliep, met beelden van voor
en na de operatie.
- De arts mocht reageren op de journalisten over wat er in de documentaire zou worden
gezegd. Maar tussen zijn interview en de uitzending durfde de arts niet meer en stapte naar
de rechter wegens inmenging in zijn vertegenwoordiging (art. 8 EVRM).
- De rechtbank ging akkoord en RTBF mocht niet uitzenden.
o RTBF protesteerde en zei dat er geen wettelijke basis is om preventief in te grijpen:
de rechtbank had de uitzending niet mogen verbieden.
- In de grondwet (art. 25) staat zelfs dat preventieve maatregelen niet zijn toegestaan.
- Toen was er discussie, want de grondwet beschermt alleen gedrukte media.
- RTBF ging met dat besluit naar EHRM, en het hof zei dat hun uitspraak juist was op grond
van art. 25, maar EHRM was het daar niet mee eens: de regel was niet voorzienbaar (zelfs
Belgische juristen zijn het er niet over eens of breed uitgemeten media beschermd worden
door art. 25).
- EHRM concludeerde dat er een schending was van art. 10: geen rechtsgrondslag.

 voor interferentie negatieve verplichting 3 criteria nodig
- Legaliteit
o Bestaan van een basis in het nationale recht  in casu niet aan voldaan
- Finaliteit
- Noodzakelijkheid

2. SAS VS. FRANKRIJK. Is het Franse verbod op het verhullen van je gezicht legitiem?  gericht tegen
boerka’s
- Frankrijk moest zich verzetten tegen deze schending van de vrijheid van godsdienst.
o Er was een legale basis (een wet), maar was die legitiem?
- Frankrijk zei dat de wet het 'samenleven in een samenleving' beschermde.
o Zoiets bestaat echter niet echt. Het hof aanvaardde echter dat het ging om de
bescherming van het recht van anderen.
o Regering had verschillende doelen opgenoemd:
 Publieke veiligheid
 Democratische samenleving
 Respect voor gelijkheid tussen man en vrouw: doelstelling niet goedgekeurd
 Respect voor menselijke waardigheid: doelstelling niet goedgekeurd

Prof  eerder een zaak van openbare orde en sociale controle is, omdat we herkenbaar moeten
zijn.
- Vergelijk het met dingen niet doen die worden afgekeurd, maar niet illegaal zijn, zoals
wikkels op straat gooien: als we het risico lopen herkend te worden, is er een sociale druk
die je ervan weerhoudt dat te doen.
- Ook als je iemand aanspreekt, zorg je ervoor dat je herkenbaar bent: we zetten onze
zonnebril af, zetten onze motorhelm af, enz.

3. Dudgeon v United Kingdom: voorbeeld appreciatiemarge (1981)
- Belangrijke EHRM-zaak dat heeft geleid tot decriminalisering van homoseksualiteit
- Gaat over situatie voor homoseksuelen in Noord-Ierland
o Noord-Ierland: had een hele strikte wet dat elke homoseksuele daad (privé of
publiek) had verboden
- Dudgeon zei: ik heb het moeilijk om met zo’n verbod in de wet te leven, ik moet mijn leven
aanpassen anders ben ik een risico  voelde zich slachtoffer van de wet

1

, o Politie deed vb. huiszoekingen
- EHRM: ging na of er een inmenging was in de rechten van Meneer Dudgeon
o Ja  inmenging recht op privéleven
- Was de inmenging gerechtvaardigd?
o Legaliteit  wettelijke basis? Ja, inmenging was voorzien door de wet
o Legitiem doel? Ja, beschermen van de moraal
o Noodzakelijkheid in democratische samenleving proportionaliteit?
 Situatie was heel anders in vergelijking met andere delen UK en Europa
 Absoluut toelaatbaar dat wetgever bepaalde homoseksuele daden verbiedt
 Hoe ver kan de wetgever gaan?
 EHRM gaat onderscheid maken
 Homoseksuele daden met minderjarigen
 Homoseksuele daden met volwassenen
o Probleem ligt in deze categorie
 Redenen die gegeven zijn om bepaalde daden te verbieden zijn relevant 
bescherming van de moraal
 Was het ook voldoende? EHRM voegt toe: was het proportioneel met het
nagestreefde doel?
 Andere autoriteiten in UK vonden het niet nodig om zo ver te gaan
 = voor EHRM een element om te zeggen dat redenen niet voldoende
waren
 Om dezelfde reden conclusie dat het niet proportioneel is
  schending artikel 8 EVRM
 Appreciatiemarge voor lokale autoriteit (hier Noord-Ierland) wordt kleiner
 Hoe ver kan je dan wel gaan? Wordt hier niet gezegd
 Is aan de bevoegde autoriteit om te gaan bepalen na de beslissing
 EHRM zegt niet wat staten wel moeten doen

4. A.B.C. V Ierland: gaat over abortie in Ierland
- Abortie was mogelijk onder bepaalde voorwaarden
- In de praktijk was het niet makkelijk voor vrouwen om abortie te verkrijgen  procedure
was te ingewikkeld

 positieve verplichtingen
- Verplichting om te vervullen
o Inhoudelijke regels
o Procedurele regels  moeten effectief en toegankelijk zijn  in casu te moeilijk

5. Evans v. United Kingdom
- Aanvraag ingediend door Mevrouw Evans, ze had een partner en het was voor hen moeilijk
om kinderen te krijgen
o Ze gingen naar het ziekenhuis voor een fertiliteitsbehandeling  hier vonden ze een
‘pre’-kankergezwel in beide eierstokken van Mevrouw Evans. De eierstokken
moesten weggehaald worden.
o Er was nog wat tijd voor de operatie  dokter zei dat ze ervoor nog IVF konden
organiseren en dan later het sperma van de man in haar lichaam zetten om zo toch
nog een kind te kunnen krijgen.
o Beide partners gingen akkoord  eitjes en sperma gingen in de koelkast
o Operatie voor verwijdering van de eierstokken vond plaats
- Het koppel ging uiteindelijk uit elkaar en de man wou niet dat de vrouw zijn sperma nog zou
gebruiken om een kind te baren  man wou embryo’s laten vernielen

2

, o Volgens Engels recht: toestemming beide partijen nodig om een embryo te creëren
+ beide moeten toestemmen wanneer embryo gebruikt wordt
- Dokter zei dat aangezien de man niet meer akkoord was hij het embryo niet meer kon
plaatsen
- Vrouw gaat naar EHRM: klaagt dat Engels recht niet voldoende bescherming bood aan haar
recht op privé leven, recht op familie,…omdat alles afhing van de toestemming van haar
partner en zij dit zomaar moest doorstaan
o Ze vond dat ze slachtoffer was van de weigering van haar partner
o Ze zei dat het voor haar veel belangrijker was om een kind te hebben dan dat het
voor haar ex-partner belangrijk was die gewoon zou weten dat zijn sperma gebruikt
is
- Grote kamer EHRM: gaat belangenafweging na
o Normaal kijk je dan naar belangen van beide partijen die erbij betrokken zijn
o Hier was er geen mogelijkheid om afweging te maken omdat de wetgever zei dat elk
van de partijen een veto had
- EHRM vond dat de wetgevende macht een maatregel had kunnen aannemen in het belang
van rechtszekerheid om eindeloze discussies te voorkomen voor het EHRM wanneer 1 van
de partijen toestemming weigert en het Hof zich dan in de plaats moet stellen
- EHRM: wetgevende macht had voldoende redenen om deze maatregel die mevrouw vraagt
te weigeren
o Maatregel die ze vroeg: dat zij alleen kon beslissen of dat nationale rechtbank in de
plaats van haar man kon beslissen
- Geen schending vastgesteld in deze zaak

6. Handyside v. Verenigd Koninkrijk: kleine rode schoolboek (1976)
- Dit boek leerde kinderen over antiautoritair onderwijs: hoe zich te verzetten tegen leraren,
maar het ging ook over seks
o Kinderen werden aangemoedigd om het te kopen, maar mensen protesteerden
- In Engeland werd de uitgever aangeklaagd voor iets te verkopen dat immoreel was en de
rechten van de minderjarigen in gevaar brachten en de niet verkochte exemplaren werden
in beslag genomen
- De uitgever: meneer Handyside  voerde aan dat artikel 10 EVRM geschonden was (vrijheid
van expressie, vrijheid om uitgegeven materiaal te verkopen)
o Waarom wordt alleen hij vervolgd? Kijk naar de rest van UK en Europa waar het
boek ook verkocht wordt
o Hij voerde aan dat het boek niet verboden was in andere delen van het VK
(Schotland, Noord-Ierland) en in andere landen van de EU
o Volgens hem was er sprake van een onevenredige inmenging en niet noodzakelijk
om een legitiem doel te bereiken in de zin van het Verdrag

 op dit moment maakt het EHRM de theorie van appreciatiemarge  deze zaak is er basis van

- EHRM: in beginsel is het aan de nationale rechter om te beslissen  subsidiaire aard van
bescherming van mensenrechten
o Wanneer het aankomt op de moraal zijn de nationale autoriteiten in een betere
positie dan het EHRM om te beslissen wat noodzakelijk is voor de moralen
o Engeland moet zelf beslissen of het Handyside al dan niet gaat vervolgen  gaan ze
actie ondernemen en hoe groot gaat deze zijn? (geen verplichting van de EU)
o Engeland beschikt over een beoordelingsmarge om al dan niet in te grijpen
- De evenredigheid van de genomen maatregelen zal afhangen van de rechtvaardiging die
Engeland geeft  wegens de beoordelingsmarge zijn meerdere uitkomsten mogelijk

3

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller FCJ21. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $10.64. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

85443 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$10.64
  • (0)
  Add to cart