Theorie examenvragen CHEMIE
1 Wat is het verschil een enkelvoudige stof bestaat enkel uit dezelfde atomen (1
tussen enkelvoudige en soort).
samengestelde stoffen ? Een samengestelde stof bestaat uit verschillende soorten
atomen.
2 Wat is een heterogeen
heterogeen/homogeen/c Mengsel colloïdaal
olloïdaal mengsel? homogeen
Bij een heterogeen mengsel zijn de verschillende
componenten visueel van elkaar te onderscheiden. De
diameter van de deeltjes is groter dan 10^-6.
Er zijn verschillende soorten heterogene mengsels:
Gedispergee dispersie Soort voorbeeld
rde stof middel mengsel
Vast Vloeibaar Suspensie Metaal in
water
Vast Gas Rook Roet in
lucht
Vast Vast Grove Metaalertse
mengsel n
Vloeibaar Vloeibaar Emulsie Olie in
water
Vloeibaar Vast Insluiting Opaal
Vloeibaar Gas Aerosol Sprays
Gas Vloeibaar Schuim Zeepschuim
Gas Vast Insluitsel puimsteen
Bij een homogeen mengsel zijn de verschillende
componenten visueel niet meer van elkaar te
onderscheiden. De diameter van de moleculen zijn kleiner
dan 10^-8.
Er zijn verschillende soorten homogene mengsels:
Oplossing gasmengsel
Dispersiemiddel altijd een De verschillende
vloeistof en het bestanddelen van het
gedispergeerde stof is vast, mengsel zijn gasvormig.
vloeibaar of gasvormig Voorbeeld: lucht, NO2 in
Voorbeeld: nitraten in water, lucht
azijn, CO2 is water
Bij een colloïdaal mengsel wordt er een overgang tussen de
homogene en heterogene mengsels gevormd. De diameter
bevindt zich meestal tussen de heterogene en homogene
mengsels in.
Voorbeeld: melk, zalven
3 Geef een voorbeeld van Metalen uit de eerste groep van het periodiek systeem
een /enkelvoudig hebben elektrovalentie 1+, ze vormen dus
eenwaardig eenwaardig positieve ionen.
positief/samengesteld Voorbeeld: het natrium-ion (Na+) en het kalium-ion (K+).
eenwaardig
, positief/samengesteld Voorbeeld samengesteld eenwaardig positief ion:
tweewaardig negatief ammonium- ion NH4+
ion. (of een variante
hierop). De niet-metalen uit groep 16 hebben elektrovalentie 2-, ze
vormen dus tweewaardige negatieve
Ionen.
Voorbeeld: het oxide-ion O2- en het sulfide-ion S2-
Voorbeeld samengesteld tweewaardig negatief ion: het
zuurrest-ion SO42–.
4 Uit welke soorten Een atoom bestaat uit een kern omgeven door een
deeltjes is een elektronenmantel. De kern zelf bevat de
atoomopgebouwd? protonen en de neutronen, de elektronenmantel de
Bespreek de elektronen. Een atoom is zelf elektrisch
eigenschappen en neutraal.
betekenis van deze
deeltjes. De kern (straal van 10 tot de -15de m) bevat de protonen en
de neutronen en deze deeltjes zorgen
voor het grootste deel van de massa van het atoom. De
atoommassa-eenheid = 1/12 van de absolute
massa van het 12C-isotoop = 1,66 X 10 tot de -27ste kg
o Protonen hebben een positieve eenheidslading.
Het aantal protonen bepaalt de kernlading en het
atoomnummer (Z).
Als het aantal protonen gekend is, is dus ook de
atoomsoort gekend.
massa = 1 en lading = 1
Elektron (-) o Neutronen hebben een massa = 1 en geen
elektrische lading (=0).
Proton (+) Hoe meer protonen in de kern, hoe meer neutronen zich in
de kern bevinden
o Elektronen hebben geen massa (= 0) en een
negatieve lading -1.
De elektronen bewegen met grote snelheid rond de kern
(elektronenmantel). Chemische
reacties staan altijd in verband met de veranderingen in de
elektronenmantel.
Het aantal elektronen in een atoom is gelijk aan het aantal
protonen dus ook aan het
atoomnummer Z
=> som van p + e =0
5 Hoeveel neutronen, Z= atoomnummer
protonen en elektronen Geeft het aantal protonen, dus ook aantal elektronen weer
bevat een atoom? A= massagetal
Geeft de som van de protonen en de neutronen weer (p+n)
aantal neutronen (n)= A - Z
1 Wat is het verschil een enkelvoudige stof bestaat enkel uit dezelfde atomen (1
tussen enkelvoudige en soort).
samengestelde stoffen ? Een samengestelde stof bestaat uit verschillende soorten
atomen.
2 Wat is een heterogeen
heterogeen/homogeen/c Mengsel colloïdaal
olloïdaal mengsel? homogeen
Bij een heterogeen mengsel zijn de verschillende
componenten visueel van elkaar te onderscheiden. De
diameter van de deeltjes is groter dan 10^-6.
Er zijn verschillende soorten heterogene mengsels:
Gedispergee dispersie Soort voorbeeld
rde stof middel mengsel
Vast Vloeibaar Suspensie Metaal in
water
Vast Gas Rook Roet in
lucht
Vast Vast Grove Metaalertse
mengsel n
Vloeibaar Vloeibaar Emulsie Olie in
water
Vloeibaar Vast Insluiting Opaal
Vloeibaar Gas Aerosol Sprays
Gas Vloeibaar Schuim Zeepschuim
Gas Vast Insluitsel puimsteen
Bij een homogeen mengsel zijn de verschillende
componenten visueel niet meer van elkaar te
onderscheiden. De diameter van de moleculen zijn kleiner
dan 10^-8.
Er zijn verschillende soorten homogene mengsels:
Oplossing gasmengsel
Dispersiemiddel altijd een De verschillende
vloeistof en het bestanddelen van het
gedispergeerde stof is vast, mengsel zijn gasvormig.
vloeibaar of gasvormig Voorbeeld: lucht, NO2 in
Voorbeeld: nitraten in water, lucht
azijn, CO2 is water
Bij een colloïdaal mengsel wordt er een overgang tussen de
homogene en heterogene mengsels gevormd. De diameter
bevindt zich meestal tussen de heterogene en homogene
mengsels in.
Voorbeeld: melk, zalven
3 Geef een voorbeeld van Metalen uit de eerste groep van het periodiek systeem
een /enkelvoudig hebben elektrovalentie 1+, ze vormen dus
eenwaardig eenwaardig positieve ionen.
positief/samengesteld Voorbeeld: het natrium-ion (Na+) en het kalium-ion (K+).
eenwaardig
, positief/samengesteld Voorbeeld samengesteld eenwaardig positief ion:
tweewaardig negatief ammonium- ion NH4+
ion. (of een variante
hierop). De niet-metalen uit groep 16 hebben elektrovalentie 2-, ze
vormen dus tweewaardige negatieve
Ionen.
Voorbeeld: het oxide-ion O2- en het sulfide-ion S2-
Voorbeeld samengesteld tweewaardig negatief ion: het
zuurrest-ion SO42–.
4 Uit welke soorten Een atoom bestaat uit een kern omgeven door een
deeltjes is een elektronenmantel. De kern zelf bevat de
atoomopgebouwd? protonen en de neutronen, de elektronenmantel de
Bespreek de elektronen. Een atoom is zelf elektrisch
eigenschappen en neutraal.
betekenis van deze
deeltjes. De kern (straal van 10 tot de -15de m) bevat de protonen en
de neutronen en deze deeltjes zorgen
voor het grootste deel van de massa van het atoom. De
atoommassa-eenheid = 1/12 van de absolute
massa van het 12C-isotoop = 1,66 X 10 tot de -27ste kg
o Protonen hebben een positieve eenheidslading.
Het aantal protonen bepaalt de kernlading en het
atoomnummer (Z).
Als het aantal protonen gekend is, is dus ook de
atoomsoort gekend.
massa = 1 en lading = 1
Elektron (-) o Neutronen hebben een massa = 1 en geen
elektrische lading (=0).
Proton (+) Hoe meer protonen in de kern, hoe meer neutronen zich in
de kern bevinden
o Elektronen hebben geen massa (= 0) en een
negatieve lading -1.
De elektronen bewegen met grote snelheid rond de kern
(elektronenmantel). Chemische
reacties staan altijd in verband met de veranderingen in de
elektronenmantel.
Het aantal elektronen in een atoom is gelijk aan het aantal
protonen dus ook aan het
atoomnummer Z
=> som van p + e =0
5 Hoeveel neutronen, Z= atoomnummer
protonen en elektronen Geeft het aantal protonen, dus ook aantal elektronen weer
bevat een atoom? A= massagetal
Geeft de som van de protonen en de neutronen weer (p+n)
aantal neutronen (n)= A - Z
