PERSONEN
Rechtshandeling
= handeling die wordt gesteld met als doel rechtsgevolgen te creëren.
Aangaan van een huwelijk, het wordt aangegaan tussen 2 natuurlijke personen die
rechtsgevolgen creëert, namelijk: de rechten en plichten bij een huwelijk.
Rechtsfeit
= elke gebeurtenis, omstandigheid of handeling dat rechtsgevolgen teweegbrengt, zonder dat er
intentie was ze teweeg te brengen.
= gebeurtenis/handeling waaraan het recht juridische gevolgen koppelt
Een auto-ongeluk, waarbij de ene chauffeur een fout heeft begaan, omdat ze ene
schuldvordering (rechtsgevolg) doet ontstaan in hoofde van het slachtoffer, dat de
begunstigde is van een schadevergoeding.
Door de geboorte
Doen ontstaan van subjectieve rechten
Wijzigen
En doen verdwijnen
Onderscheid tussen beide in het belang voor bewijs
RH = je kan enkel gebruik maken van de bewijsmiddelen die in de wet voorzien zijn
RF = je mag alle mogelijke middelen gebruiken (aanrijdingsformulier, foto’s, getuigen, e-
mails…)
Voorwaarden om een RH tot stand te laten komen
1 Wilsuiting (bv handtekening)
= reële wil om rechtsgevolgen tot stand te brengen
Voorwaarden
Bewuste, ernstige en vrije toestemming
Geesteszieken, mentaal gehandicapten en dronken personen kunnen geen volwaardige RH
stellen
+ moet vrij van de wilsgebreken zijn
3 wilsgebreken
,a. Dwaling
= vergissing over essentieel onderdeel van de rechtshandeling
Dwaling van de zaak
Dwaling van de persoon
Voorwaarden
o Doorslaggevend zonder dwaling zal de RH niet gesteld zijn
o Verschoonbaar redelijk en zorgvuldig persoon, geen lichtzinnige fouten
(slordigheid, onvoorzichtigheid…)
b. Bedrog
= bewust gebruiken van ‘kunstgrepen’, leugens, list…
Voorbehouden van een niet-bestaand feit of voorwerp
Verbergen van een bestaand feit/kenmerk
Voorwaarden
o Doorslaggevend zonder bedrog zal de RH niet gesteld zijn = hoofdbedrog
Geen hoofdbedrog = incidenteel bedrog enkel schadevergoeding
o Moet uitgaan van partij bij de RH
Rechtstreeks/onrechtstreeks
Zo niet: vernietiging wegens dwaling
o Kwaad opzet
Vermoeden van goede trouw
Reclame- en verkooptechnieken = geen bedrog
Redelijke en zorgvuldige persoon
c. Geweld
= geweld, dwang, bedreiging
Fysiek of moreel
Moet niet uitgaan van partij bij de RH
Voorwaarden
o Doorslaggevend
o Moet op een redelijk mens indruk maken
, o Onmiddellijke vrees voor een aanzienlijk kwaad
o Onrechtmatig dreigen met gericht = wél rechtmatig
2 Voorwerp
= concreet rechtsgevolg tot stand brengen
Het vestigen/overdragen/aanwijzen/doen uitdoven van subjectieve rechten
Voorwaarden:
Voldoende bepaald/ bepaalbaar
Nuttig
3 Oorzaak
= juridische beweegreden om RH te stellen
Geen oorzaak = bv onverschuldigde betaling
Valse oorzaak = bv trouwen om sneller Belg te kunnen worden
4 Bekwaamheid
Rechtsbekwaamheid = geschiktheid om drager te zijn van rechten en plichten
Handelingsbekwaamheid = geschiktheid om RH te stellen
Zelf rechten uitoefenen
Zelf plichten (verbintenissen) aangaan en uitvoeren
Iedereen is handelingsbekwaam. Uitzondering! = onbekwaamheid
Uitoefening van de rechten van de onbekwame
Vertegenwoordiging
Minderjarigen ouders of voogd
Sommige beschermde meerderjarigen bewindvoerder
Bijstand
Ontvoogde minderjarige curator
Beschermde meerderjarige bewindvoerder
Machtiging
Ouders of voogd moeten voor bepaalde RH vooraf toelating vragen aan de rechter
Homoglatie
Rechterlijke controle achteraf
Persoon die RH stelt moet:
Ofwel zelf volledig handelingsbekwaam zijn (in principe is dit het geval)
Rechtshandeling
= handeling die wordt gesteld met als doel rechtsgevolgen te creëren.
Aangaan van een huwelijk, het wordt aangegaan tussen 2 natuurlijke personen die
rechtsgevolgen creëert, namelijk: de rechten en plichten bij een huwelijk.
Rechtsfeit
= elke gebeurtenis, omstandigheid of handeling dat rechtsgevolgen teweegbrengt, zonder dat er
intentie was ze teweeg te brengen.
= gebeurtenis/handeling waaraan het recht juridische gevolgen koppelt
Een auto-ongeluk, waarbij de ene chauffeur een fout heeft begaan, omdat ze ene
schuldvordering (rechtsgevolg) doet ontstaan in hoofde van het slachtoffer, dat de
begunstigde is van een schadevergoeding.
Door de geboorte
Doen ontstaan van subjectieve rechten
Wijzigen
En doen verdwijnen
Onderscheid tussen beide in het belang voor bewijs
RH = je kan enkel gebruik maken van de bewijsmiddelen die in de wet voorzien zijn
RF = je mag alle mogelijke middelen gebruiken (aanrijdingsformulier, foto’s, getuigen, e-
mails…)
Voorwaarden om een RH tot stand te laten komen
1 Wilsuiting (bv handtekening)
= reële wil om rechtsgevolgen tot stand te brengen
Voorwaarden
Bewuste, ernstige en vrije toestemming
Geesteszieken, mentaal gehandicapten en dronken personen kunnen geen volwaardige RH
stellen
+ moet vrij van de wilsgebreken zijn
3 wilsgebreken
,a. Dwaling
= vergissing over essentieel onderdeel van de rechtshandeling
Dwaling van de zaak
Dwaling van de persoon
Voorwaarden
o Doorslaggevend zonder dwaling zal de RH niet gesteld zijn
o Verschoonbaar redelijk en zorgvuldig persoon, geen lichtzinnige fouten
(slordigheid, onvoorzichtigheid…)
b. Bedrog
= bewust gebruiken van ‘kunstgrepen’, leugens, list…
Voorbehouden van een niet-bestaand feit of voorwerp
Verbergen van een bestaand feit/kenmerk
Voorwaarden
o Doorslaggevend zonder bedrog zal de RH niet gesteld zijn = hoofdbedrog
Geen hoofdbedrog = incidenteel bedrog enkel schadevergoeding
o Moet uitgaan van partij bij de RH
Rechtstreeks/onrechtstreeks
Zo niet: vernietiging wegens dwaling
o Kwaad opzet
Vermoeden van goede trouw
Reclame- en verkooptechnieken = geen bedrog
Redelijke en zorgvuldige persoon
c. Geweld
= geweld, dwang, bedreiging
Fysiek of moreel
Moet niet uitgaan van partij bij de RH
Voorwaarden
o Doorslaggevend
o Moet op een redelijk mens indruk maken
, o Onmiddellijke vrees voor een aanzienlijk kwaad
o Onrechtmatig dreigen met gericht = wél rechtmatig
2 Voorwerp
= concreet rechtsgevolg tot stand brengen
Het vestigen/overdragen/aanwijzen/doen uitdoven van subjectieve rechten
Voorwaarden:
Voldoende bepaald/ bepaalbaar
Nuttig
3 Oorzaak
= juridische beweegreden om RH te stellen
Geen oorzaak = bv onverschuldigde betaling
Valse oorzaak = bv trouwen om sneller Belg te kunnen worden
4 Bekwaamheid
Rechtsbekwaamheid = geschiktheid om drager te zijn van rechten en plichten
Handelingsbekwaamheid = geschiktheid om RH te stellen
Zelf rechten uitoefenen
Zelf plichten (verbintenissen) aangaan en uitvoeren
Iedereen is handelingsbekwaam. Uitzondering! = onbekwaamheid
Uitoefening van de rechten van de onbekwame
Vertegenwoordiging
Minderjarigen ouders of voogd
Sommige beschermde meerderjarigen bewindvoerder
Bijstand
Ontvoogde minderjarige curator
Beschermde meerderjarige bewindvoerder
Machtiging
Ouders of voogd moeten voor bepaalde RH vooraf toelating vragen aan de rechter
Homoglatie
Rechterlijke controle achteraf
Persoon die RH stelt moet:
Ofwel zelf volledig handelingsbekwaam zijn (in principe is dit het geval)