H1 : KLASSIEKE EN ALTERNATIEVE
DETECTIEMETHODEN
1.1. ISO-METHODEN EN KLASSIEKE CULTUURMETHODE
ISO = International Standardisation for Organisation
Erkend als referentie methoden voor officiële controles
Gebaseerd op de klassieke cultuurmethode: selectieve media voor groeien, isoleren
en tellen
van doelwitorganisme
Ontwikkeld op basis van expertise
Open acces methoden: samenstelling van medium vrij beschikbaar, technieken
beschreven
1. KLASSIEKE CULTUURMETHODE (KWEEKMETHODE)
1) Vooraanrijking
- Op niet-selectief of half-selectief medium
- Herstel van gestresseerde m.o. teweegbrengen (groei alle bacteriën)
2) Aanrijking
- Op selectief medium
- Competitieve flora geïnhibeerd: groei van doelwitorganisme
- Zouten toevoegen
3) Isolatie
- Op selectief differentiërend medium
4) Bevestigende testen
Algemeen: De detectie van klassieke cultuurmethode berust op het vermogen van een
m.o. om zich onder geschikte omstandigheden te vermenigvuldigen tot aantallen die
waarneming mogelijk maken.
Selectief = medium met optimale groeiomstandigheden voor een bepaalde bacterie
Differentiërend = indicatoren toevoegen om verwant te zien (vb pH)
1-4 dagen of 5-7 dagen
Modificaties mogelijk om sneller te gaan (differentiële media gebruiken)
Eenvoudige kits/minisystemen voor bevestiging (API)
,API strip:
- Gedroogd substraat in kleine cupjes
- Resultaat via applicatie ingeven en resultaat berekenen
- Identificatie/bevestiging op species niveau
- Voordeel: geen verschillende VB aanmaken, onmiddellijk 20 testen
- Strip incuberen na enten
1.2. ALTERNATIEVE METHODEN
• Voordeel klassiek: geen dure infrastructuur
• Nadeel klassiek: arbeidsintensief, grote volumes media en tijdrovend
• Snelle methode: kortere tijd tot detectie + automatisatie
• Alternatieve methode: analyse van meerdere stalen tegelijk (= automatisatie)
• 4 soorten:
- Chromogene VB
- Immunologische methode
- Moleculaire methode
- Massa spectrometrie (MS)
1. CHROMOGENE VOEDINGSBODEM
• Determineren bacteriën: aantonen van enzymatische activiteit nodig
• Op agarplaat: specifiek bacterieel enzym aangetoond door omzetting van
toegevoegde substraat
• Kolonies/bodem veranderen van kleur
• Bij conventionele VB: pH-gevoelige indicator
• Bij chromogene VB: chromogene substraten
- Chromogeen deel afgesplitst door enzym in doelwitorganisme
- Kleurverandering/Fluorescentie
- Verdere biochemische testen geëlimineerd
- Determineren verloopt sneller en goedkoper
- Bevestigende test aanbevolen
• Salmonella, E.coli, coliformen, L.monocytogenes …
2. IMMUNOLOGISCHE METHODEN
Antigenen = deeltjes van bacteriën waartegen antistoffen gevormd kunnen
worden
, H-antigenen: eiwitten van flagellen
O-antigenen: deeltjes van celwand
K-antigenen: deeltjes van slijmlaag
• Gebaseerd op specifieke binding tussen antilichamen en antigenen
• Vervangt stap 3 (isolatie)
• Stap 3: gebruik gemaakt van specificiteit antigen-antilichaam (sneller)
• Verschillende immunoassays: ELISA en Agglutinatie test
Enzyme Linked Immunosorbent Assays (ELISAs)
Immunoassay gecombineerd met enzym assay
Sandwich ELISA:
1. Specifieke AL gecoat op een cupje
2. Staal toevoegen + binden op AL
3. AL specifiek tegen AG toevoegen
4. Substraat toevoegen: omgezet door enzym op AL signaal
Signaal: maat voor hoeveelheid antigen aanwezig is
In de vorm van geautomatiseerde systemen
- Minder arbeidsintensief
- Verbeteren de reproduceerbaarheid en standaardisatie van elke stap
VIDAS: Salmonella, Listeria spp., L.monocytogenes, E.coli, Campylobacter
spp., Staphylococcus enterotoxines A tot E
Agglutinatie test
Gebaseerd op interactie antilichamen en antigenen
Vervangt stap 4 (bevestigende test)
S.aureus: m.o. heeft rol van antigen
Antigen aanwezig: AL reageert met AG door agglutinatie
- Door cross-linking tussen AG en AL
, Soms gevolgd door serologische test
- Antigenische kenmerken bepalen
- O- of H-antigenen aanwezig: agglutinatie in contact met AL
- Serotype bepalen van Salmonella en E.coli
Voorbeeld: Staphytect
3. MOLECULAIRE METHODEN
• Gebaseerd op genetisch materiaal van m.o. (DNA of RNA)
• Maken gebruik van mogelijkheid om 2 enkelstrengige DNA-moleculen in vitro te
hybridiseren
Hybridiseren = koppelen van 2 complementaire strengen DNA tot dubbelstrengig DNA
Polymerase Chain Reaction (PCR)
DNA kopiëren in testbuisje
Mogelijk om grote hoeveelheid van klein stukje DNA (=target) te maken
Enzym: DNA polymerase (kopieert DNA streng)
Primers: specificeert de regio/target dat gekopieerd moet worden
Primer = korte oligonucleotide waarvan sequentie complementair is met einde van
targetregio
3 stappen:
1. DNA gedenatureerd: verhitting van 95°C splitst 2 strengen
2. Temperatuur ↓ tot 65°C + primers toevoegen: 1 op begin en 1 op einde andere
streng
3. Temperatuur ↑ tot 72°C + enzym polymerase toevoegen met aantal nucleotiden:
complementaire streng geproduceerd, opnieuw dubbelstrengig DNA
Meerdere cyclussen: exponentiële verhogen kopieën
Resultaat: gevisualiseerd door agarose gel elektroferese en kleuring
Real-time PCR: variant (ook kwantificatie)
30-90 minuten
Stap 1 en 2 nog nodig
Toegankelijkheid verhoogd: standaardisatie, gebruiksvriendelijk en software
Positief resultaat: klassieke cultuurmethode ter bevestiging
Voor detectie van Salmonella, L.monocytogenes en E.coli O157
DETECTIEMETHODEN
1.1. ISO-METHODEN EN KLASSIEKE CULTUURMETHODE
ISO = International Standardisation for Organisation
Erkend als referentie methoden voor officiële controles
Gebaseerd op de klassieke cultuurmethode: selectieve media voor groeien, isoleren
en tellen
van doelwitorganisme
Ontwikkeld op basis van expertise
Open acces methoden: samenstelling van medium vrij beschikbaar, technieken
beschreven
1. KLASSIEKE CULTUURMETHODE (KWEEKMETHODE)
1) Vooraanrijking
- Op niet-selectief of half-selectief medium
- Herstel van gestresseerde m.o. teweegbrengen (groei alle bacteriën)
2) Aanrijking
- Op selectief medium
- Competitieve flora geïnhibeerd: groei van doelwitorganisme
- Zouten toevoegen
3) Isolatie
- Op selectief differentiërend medium
4) Bevestigende testen
Algemeen: De detectie van klassieke cultuurmethode berust op het vermogen van een
m.o. om zich onder geschikte omstandigheden te vermenigvuldigen tot aantallen die
waarneming mogelijk maken.
Selectief = medium met optimale groeiomstandigheden voor een bepaalde bacterie
Differentiërend = indicatoren toevoegen om verwant te zien (vb pH)
1-4 dagen of 5-7 dagen
Modificaties mogelijk om sneller te gaan (differentiële media gebruiken)
Eenvoudige kits/minisystemen voor bevestiging (API)
,API strip:
- Gedroogd substraat in kleine cupjes
- Resultaat via applicatie ingeven en resultaat berekenen
- Identificatie/bevestiging op species niveau
- Voordeel: geen verschillende VB aanmaken, onmiddellijk 20 testen
- Strip incuberen na enten
1.2. ALTERNATIEVE METHODEN
• Voordeel klassiek: geen dure infrastructuur
• Nadeel klassiek: arbeidsintensief, grote volumes media en tijdrovend
• Snelle methode: kortere tijd tot detectie + automatisatie
• Alternatieve methode: analyse van meerdere stalen tegelijk (= automatisatie)
• 4 soorten:
- Chromogene VB
- Immunologische methode
- Moleculaire methode
- Massa spectrometrie (MS)
1. CHROMOGENE VOEDINGSBODEM
• Determineren bacteriën: aantonen van enzymatische activiteit nodig
• Op agarplaat: specifiek bacterieel enzym aangetoond door omzetting van
toegevoegde substraat
• Kolonies/bodem veranderen van kleur
• Bij conventionele VB: pH-gevoelige indicator
• Bij chromogene VB: chromogene substraten
- Chromogeen deel afgesplitst door enzym in doelwitorganisme
- Kleurverandering/Fluorescentie
- Verdere biochemische testen geëlimineerd
- Determineren verloopt sneller en goedkoper
- Bevestigende test aanbevolen
• Salmonella, E.coli, coliformen, L.monocytogenes …
2. IMMUNOLOGISCHE METHODEN
Antigenen = deeltjes van bacteriën waartegen antistoffen gevormd kunnen
worden
, H-antigenen: eiwitten van flagellen
O-antigenen: deeltjes van celwand
K-antigenen: deeltjes van slijmlaag
• Gebaseerd op specifieke binding tussen antilichamen en antigenen
• Vervangt stap 3 (isolatie)
• Stap 3: gebruik gemaakt van specificiteit antigen-antilichaam (sneller)
• Verschillende immunoassays: ELISA en Agglutinatie test
Enzyme Linked Immunosorbent Assays (ELISAs)
Immunoassay gecombineerd met enzym assay
Sandwich ELISA:
1. Specifieke AL gecoat op een cupje
2. Staal toevoegen + binden op AL
3. AL specifiek tegen AG toevoegen
4. Substraat toevoegen: omgezet door enzym op AL signaal
Signaal: maat voor hoeveelheid antigen aanwezig is
In de vorm van geautomatiseerde systemen
- Minder arbeidsintensief
- Verbeteren de reproduceerbaarheid en standaardisatie van elke stap
VIDAS: Salmonella, Listeria spp., L.monocytogenes, E.coli, Campylobacter
spp., Staphylococcus enterotoxines A tot E
Agglutinatie test
Gebaseerd op interactie antilichamen en antigenen
Vervangt stap 4 (bevestigende test)
S.aureus: m.o. heeft rol van antigen
Antigen aanwezig: AL reageert met AG door agglutinatie
- Door cross-linking tussen AG en AL
, Soms gevolgd door serologische test
- Antigenische kenmerken bepalen
- O- of H-antigenen aanwezig: agglutinatie in contact met AL
- Serotype bepalen van Salmonella en E.coli
Voorbeeld: Staphytect
3. MOLECULAIRE METHODEN
• Gebaseerd op genetisch materiaal van m.o. (DNA of RNA)
• Maken gebruik van mogelijkheid om 2 enkelstrengige DNA-moleculen in vitro te
hybridiseren
Hybridiseren = koppelen van 2 complementaire strengen DNA tot dubbelstrengig DNA
Polymerase Chain Reaction (PCR)
DNA kopiëren in testbuisje
Mogelijk om grote hoeveelheid van klein stukje DNA (=target) te maken
Enzym: DNA polymerase (kopieert DNA streng)
Primers: specificeert de regio/target dat gekopieerd moet worden
Primer = korte oligonucleotide waarvan sequentie complementair is met einde van
targetregio
3 stappen:
1. DNA gedenatureerd: verhitting van 95°C splitst 2 strengen
2. Temperatuur ↓ tot 65°C + primers toevoegen: 1 op begin en 1 op einde andere
streng
3. Temperatuur ↑ tot 72°C + enzym polymerase toevoegen met aantal nucleotiden:
complementaire streng geproduceerd, opnieuw dubbelstrengig DNA
Meerdere cyclussen: exponentiële verhogen kopieën
Resultaat: gevisualiseerd door agarose gel elektroferese en kleuring
Real-time PCR: variant (ook kwantificatie)
30-90 minuten
Stap 1 en 2 nog nodig
Toegankelijkheid verhoogd: standaardisatie, gebruiksvriendelijk en software
Positief resultaat: klassieke cultuurmethode ter bevestiging
Voor detectie van Salmonella, L.monocytogenes en E.coli O157