100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Hoofdlijnen Nederlands Recht H4 $3.44   Add to cart

Summary

Samenvatting Hoofdlijnen Nederlands Recht H4

 139 views  0 purchase
  • Course
  • Institution
  • Book

Een samenvatting van hoofdstuk vier uit het boek Hoofdlijnen Nederlands Recht. Dit hoofdstuk gaat over verbintenissenrecht - de onrechtmatige en rechtmatige daad.

Preview 2 out of 8  pages

  • No
  • Hoofdstuk 4
  • March 14, 2016
  • 8
  • 2015/2016
  • Summary
avatar-seller
Hoofdstuk 4 Verbintenissenrecht – de onrechtmatige en
rechtmatige daad

4.1 Rechtsgrond schadevergoeding
Kun je geen schadevergoeding vorderen op grond van wanprestatie, dan moet je
schadevergoeding vorderen omdat de ander een onrechtmatige daad heeft
begaan. Daarnaast is er nog een bijzondere categorie voor het vorderen van
schadevergoeding op grond van een
Rechtsgrond gepleegde rechtmatige daad. De eerste
schadevergoe categorie (de onrechtmatige daad) is voor
ding
de rechtspraktijk veel en veel belangrijker
dan de tweede. Gezamenlijk vormen zij
wat ook wel wordt genoemd
O.g.v. verbintenissen die uit de wet voortvloeien.
O.g.v de wet
overeenkomst Op grond waarvan kan schadevergoeding
worden gevraagd is weergegeven in de
figuur hiernaast.
Wanprestatie
Rechtmatige
(toerekenbare
daad 4.2 Wat te bewijzen?
tekortkoming)
In Art. 162 boek 6 BW staat aangegeven
wat er precies allemaal moet worden
bewezen wanneer iemand
Onrechtmatig
e daad schadevergoeding wil op basis van de
onrechtmatige daad. Er wordt ook
gesproken over vier voorwaarden:
1. Er moet allereerst sprake zijn van een daad die onrechtmatig is.
2. Deze onrechtmatigheid moet de dader kunnen worden toegerekend.
3. Er moet schade zijn geleden en
4. De schade moet het rechtstreekse gevolg zijn van de onrechtmatigheid
van de daad (er dient causaal verband tussen schade en daad te zijn).
Ook wel in het kort de onrechtmatigheid van de daad, toerekening, causaal
verband en schade genoemd. Het gaat om cumulatieve vereisten. Als dus aan
één van de voorwaarden niet is voldaan, zal de vordering tot schadevergoeding
stranden. Al deze vier voorwaarden komen aan bod in de volgende
subparagrafen.

4.2.1 Onrechtmatigheid van de daad
In Art. 162 lid 2 boek 6 staat dat als een onrechtmatige daad wordt
aangemerkt:
 Inbreuk op een recht: houdt een inbreuk in op een subjectief recht
(voorbeeld: anderen mensen die je huis betreden zonder toestemming,
verkrachting). Onder inbreuk op recht valt niet de schending van een recht
dat is ontstaan op grond van een gesloten overeenkomst.
 Doen of nalaten in strijd met een wettelijke plicht: handelt iemand in
strijd met een plicht door de wet opgelegd, dan levert dit ook een
onrechtmatige daad op (voorbeeld: iemand houdt zich niet aan de
auteursrecht).
 Doen of laten in strijd met hetgeen volgens ongeschreven recht in
het maatschappelijk verkeer betaamt: iemand kan ook een
onrechtmatige daad begaan zonder dat hij een geschreven rechtsregel

, heeft geschonden. Het gaat hierbij om fatsoensregels die niet in acht zijn
genomen, anders gezegd zorgvuldigheidsnormen. Het gaat hierbij echt
om het schenden van verwachtingen/normen in het maatschappelijk
verkeer. Vroeger werden gedragingen alleen maar dan als onrechtmatig
beschouwd als ze tevens onwetmatig waren. In 1919 kwam het
Lindenbaum/Cohen-arrest, een standaardarret waar het huidige recht
nog steeds op steunt. De definitie van de zorgvuldigheidsnorm is als volgt:
een handelen of nalaten dat óf indruist tegen de goede zeden óf tegen de
zorgvuldigheid die in het maatschappelijk verkeer betaamt ten aanzien van
een persoon of goed. Een belangrijk voorbeeld van schending is gelegen in
de gevaarzetting. Dit is wanneer iemand een zorgvuldigheidsnorm
schendt en derhalve een onrechtmatige daad pleegt wanneer een gevaar
in het leven wordt geroepen waarmee een normaal denkend en handelend
persoon geen rekening hoeft te houden.

4.2.2 Toerekening
Het is niet voldoende om de onrechtmatigheid van de daad aan te tonen, wil je
schadevergoeding krijgen. Ook zul je moeten bewijzen dat de daad aan de dader
kan worden toegerekend. In lid 3 van Art. 162 boek 6 BW wordt aangegeven wat
onder toerekening wordt verstaan: een onrechtmatige daad kan aan de dader
worden toegerekend, inzien zij te wijten is aan zijn schuld of aan een oorzaak
welke krachtens de wet of de in het verkeer geldende opvattingen voor zijn
rekening komt. De eider zal dus moeten aantonen dat: de dader schuld heeft,
hem een verwijt kan worden gemaakt, óf dat de gevolgen van een onrechtmatige
daad, ook al trof de dader geen schuld, gewoon voor zijn rekening komen en wel
volgens de wet of volgens verkeersopvattingen.

Het uitgangspunt van boek 6 BW is de schuldaansprakelijkheid. Een daad kan
iemand worden aangerekend omdat deze persoon op dit punt een verwijt kan
worden gemaakt. In boek 6 BW staan een aantal categorieën op grond waarvan
iemand aansprakelijk wordt gesteld omdat de gevolgen van een bepaalde
onrechtmatige daad hem gewoon worden toegerekend, zonder dat de
schuldvraag ook maar van enig belang is. We spreken dan van
risicoaansprakelijkheid. Er kan alvast gewezen worden op Art. 165 boek 6 BW.
Er wordt hierin gesteld dat een onrechtmatige daad ook kan worden toegerekend
aan een persoon (van 14 jaar of ouder) met een geestelijke of lichamelijke
tekortkoming. De wetgever meent op dit moment dat degene die schade lijdt
meer bescherming verdient dan de schadetoebrenger.

Ook bij een vordering op grond van wanprestatie speelt de toerekening een rol.
Alleen, de eiser hoeft deze toerekening niet aan te tonen. Voldoende is als hij
aangeeft dat de schuldenaar tekortgeschoten is in de nakoming van zijn
verbintenis. Baseert iemand zich op de onrechtmatige daad dan zal hij wel
moeten stellen en bewijzen dat gedaagde de daad kan worden toegerekend,
maar voldoende is dat hij aantoont dat er of sprake is van schuld of van
risicoaansprakelijkheid. Toerekening op grond van een rechtshandeling speelt bij
de onrechtmatige daad – anders dan bij de wanprestatie – geen rol. Begrijpelijk,
omdat in het kader van de onrechtmatige daad geen overeenkomsten zijn
gesloten.

4.2.3 Schade
Schade bestaat, aldus Art 95 boek 6 BW, uit vermogensschade en ander nadeel.
Vermogensschade omvat zowel geleden verlies als gederfde winst (Art. 96 lid 1
boek 6 BW). Voorbeeld hiervan is dat wanneer je door een auto-ongeval schade

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller kimberleybol. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.44. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

73091 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.44
  • (0)
  Add to cart