Samenvatting Elementaire kennis
bedrijfsadministratie Hoofdstuk 1 t/m 13 (-
12)
Hoofdstuk 1
Administratie
Administratie is het systematisch verzamelen, vastleggen en verwerken van gegevens met als doel
daarmee informatie te verstrekken. Zoals je agenda, contactenlijst of adressenboek.
Boekhouding
Boekhouding is het systematisch verzamelen, vastleggen en verwerken van financiële gegevens
met als doel daarmee informatie te verstrekken. Dit wordt ook wel financiële administratie
genoemd.
Verstrekken van informatie
- Afleggen verantwoording
- Besturen van de organisatie
- Controle
Jaarrekening
De informatie uit de boekhouding belandt uiteindelijk in een interne en externe jaarrekening.
Een jaarrekening bestaat uit:
- Een balans
- Een winst-en-verliesrekening
- Een toelichting bij de balans en de winst-en-verliesrekening
Interest
Vergoeding die je betaal over geleend geld. Dus bijv. rente die je betaald voor je huur.
Crediteuren
Leveranciers aan wie een onderneming nog geld verschuldigd is, omdat deze goederen of
diensten op rekening hebben geleverd.
Activa
De activa is het totaal aan bezittingen dat een onderneming heeft. Deze staat aan de
debetzijde van de balans.
Passiva
De passiva zijn de schulden en het eigenvermogen samen. Deze staat aan de creditzijde van
de balans.
Rekening courant (RC)
Rekening courant is de bankrekening waar een onderneming ieder moment geld van kan
opnemen of geld op kan storten.
1
, Balans
Debet activa Credit Passiva
(bezittingen) (schulden)
Eigen vermogen
Vaste activa: Lang vreemd vermogen:
- gebouwen - lening langer dan een jaar
- bedrijfsauto - hypotheek
- machines - lening bij de bank
- Inventaris
Vlottende activa: Kort vreemd vermogen:
- voorraad - leningen korter dan een jaar
- debiteuren - rood staan
- kasgeld - crediteuren
- geld op bankrekening
Vaste activa
Vaste activa zijn dingen die je vaak meerdere jaren gebruikt in je onderneming.
Vlottende activa
Daarvan hoop je dat het binnen een jaar kan worden omgezet in geld, zoals mensen die ons
nog moeten betalen (debiteuren).
Liquide middelen
De liquide middelen zijn de bedragen op de rekeningen Kas en Bank samen.
Eigen vermogen
Door de eigenaar in de onderneming geïnvesteerd vermogen. Het eigen vermogen is gelijk
aan de bezittingen minus de schulden van een onderneming. (bezittingen – schulden)
Lang vreemd vermogen
Lang vreemd vermogen zijn alle leningen langer dan een jaar.
Kort vreemd vermogen
Kort vreemd vermogen zijn alle leningen korter dan een jaar, zoals mensen die wij nog
moeten betalen (crediteuren).
2
, Hoofdstuk 2 & 3
Financieel feit
Een financieel feit is een gebeurtenis die leidt tot veranderingen in de balans.
Boekingsdocumenten
Boekingsdocumenten zijn bewijsstukken die je gebruikt om de financiële administratie bij te
houden. Denk daarbij aan:
- Een rekening of een factuur die jij bij de aankoop van je goederen ontvangt.
- Een bankafschrift, hierop staan de betalingen en de ontvangsten via de bank.
- Een factuur die je naar een klant stuurt aan wie je goederen op rekening hebt verkocht.
Memoriaalstuk (memo)
Dat is een bewijsstuk van een financieel feit, waar geen bewijsstuk van is, je moet die dan
zelf voor de administratie maken. Dit wordt ook wel intern boekingsdocument genoemd.
Kwitantie
Dit bewijs ontvang je als je een rekening contant betaald hebt. Het linkerdeel van een
kwitantie heet souche, deze is bestemd als kasstuk voor de eigenboekhouding.
Afschrijvingskosten
Afschrijvingskosten kun je zien als gebruikskosten omdat bijv. je bedrijfsauto minder waard
wordt.
Winst- en-verliesrekening
Een winst-en-verliesrekening bevat een overzicht van opbrengsten en kosten gedurende een
bepaalde periode.
Aanmaning
Een betalingsherinnering die wordt verstuurd als een klant zich niet aan de betalingstermijn
houdt.
Grootboekrekening
Grootboekrekening is een rekening waarop de veranderingen in elke bezitting, schuld of
eigen vermogen op een overzichtelijke manier worden bijgehouden.
Grootboek
Alle rekeningen bij elkaar noem je het grootboek.
Gewijzigde scontrovorm
Het voordeel van de gewijzigde scontrovorm is dat je voor de debet-en creditzijde maar één
kolom nodig hebt voor:
- datum
- stuknummer
- omschrijving
Proefbalans
3
bedrijfsadministratie Hoofdstuk 1 t/m 13 (-
12)
Hoofdstuk 1
Administratie
Administratie is het systematisch verzamelen, vastleggen en verwerken van gegevens met als doel
daarmee informatie te verstrekken. Zoals je agenda, contactenlijst of adressenboek.
Boekhouding
Boekhouding is het systematisch verzamelen, vastleggen en verwerken van financiële gegevens
met als doel daarmee informatie te verstrekken. Dit wordt ook wel financiële administratie
genoemd.
Verstrekken van informatie
- Afleggen verantwoording
- Besturen van de organisatie
- Controle
Jaarrekening
De informatie uit de boekhouding belandt uiteindelijk in een interne en externe jaarrekening.
Een jaarrekening bestaat uit:
- Een balans
- Een winst-en-verliesrekening
- Een toelichting bij de balans en de winst-en-verliesrekening
Interest
Vergoeding die je betaal over geleend geld. Dus bijv. rente die je betaald voor je huur.
Crediteuren
Leveranciers aan wie een onderneming nog geld verschuldigd is, omdat deze goederen of
diensten op rekening hebben geleverd.
Activa
De activa is het totaal aan bezittingen dat een onderneming heeft. Deze staat aan de
debetzijde van de balans.
Passiva
De passiva zijn de schulden en het eigenvermogen samen. Deze staat aan de creditzijde van
de balans.
Rekening courant (RC)
Rekening courant is de bankrekening waar een onderneming ieder moment geld van kan
opnemen of geld op kan storten.
1
, Balans
Debet activa Credit Passiva
(bezittingen) (schulden)
Eigen vermogen
Vaste activa: Lang vreemd vermogen:
- gebouwen - lening langer dan een jaar
- bedrijfsauto - hypotheek
- machines - lening bij de bank
- Inventaris
Vlottende activa: Kort vreemd vermogen:
- voorraad - leningen korter dan een jaar
- debiteuren - rood staan
- kasgeld - crediteuren
- geld op bankrekening
Vaste activa
Vaste activa zijn dingen die je vaak meerdere jaren gebruikt in je onderneming.
Vlottende activa
Daarvan hoop je dat het binnen een jaar kan worden omgezet in geld, zoals mensen die ons
nog moeten betalen (debiteuren).
Liquide middelen
De liquide middelen zijn de bedragen op de rekeningen Kas en Bank samen.
Eigen vermogen
Door de eigenaar in de onderneming geïnvesteerd vermogen. Het eigen vermogen is gelijk
aan de bezittingen minus de schulden van een onderneming. (bezittingen – schulden)
Lang vreemd vermogen
Lang vreemd vermogen zijn alle leningen langer dan een jaar.
Kort vreemd vermogen
Kort vreemd vermogen zijn alle leningen korter dan een jaar, zoals mensen die wij nog
moeten betalen (crediteuren).
2
, Hoofdstuk 2 & 3
Financieel feit
Een financieel feit is een gebeurtenis die leidt tot veranderingen in de balans.
Boekingsdocumenten
Boekingsdocumenten zijn bewijsstukken die je gebruikt om de financiële administratie bij te
houden. Denk daarbij aan:
- Een rekening of een factuur die jij bij de aankoop van je goederen ontvangt.
- Een bankafschrift, hierop staan de betalingen en de ontvangsten via de bank.
- Een factuur die je naar een klant stuurt aan wie je goederen op rekening hebt verkocht.
Memoriaalstuk (memo)
Dat is een bewijsstuk van een financieel feit, waar geen bewijsstuk van is, je moet die dan
zelf voor de administratie maken. Dit wordt ook wel intern boekingsdocument genoemd.
Kwitantie
Dit bewijs ontvang je als je een rekening contant betaald hebt. Het linkerdeel van een
kwitantie heet souche, deze is bestemd als kasstuk voor de eigenboekhouding.
Afschrijvingskosten
Afschrijvingskosten kun je zien als gebruikskosten omdat bijv. je bedrijfsauto minder waard
wordt.
Winst- en-verliesrekening
Een winst-en-verliesrekening bevat een overzicht van opbrengsten en kosten gedurende een
bepaalde periode.
Aanmaning
Een betalingsherinnering die wordt verstuurd als een klant zich niet aan de betalingstermijn
houdt.
Grootboekrekening
Grootboekrekening is een rekening waarop de veranderingen in elke bezitting, schuld of
eigen vermogen op een overzichtelijke manier worden bijgehouden.
Grootboek
Alle rekeningen bij elkaar noem je het grootboek.
Gewijzigde scontrovorm
Het voordeel van de gewijzigde scontrovorm is dat je voor de debet-en creditzijde maar één
kolom nodig hebt voor:
- datum
- stuknummer
- omschrijving
Proefbalans
3
