100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Het Goede Leven en de Vrije Markt - eindtermen $6.43   Add to cart

Summary

Samenvatting Het Goede Leven en de Vrije Markt - eindtermen

 3 views  0 purchase
  • Course
  • Level
  • Book

Het Goede Leven en de Vrije Markt - eindtermen 1 t/m 77 Elk leerdoel stap voor stap uitgelegd.

Preview 3 out of 29  pages

  • Yes
  • October 23, 2022
  • 29
  • 2021/2022
  • Summary
  • Secondary school
  • 6
avatar-seller
1 De kandidaten kunnen aan de hand van de vijf dimensies van het goede leven (relaties, instituties,
lichaam, natuur, zin) een beargumenteerd standpunt innemen over de vrije markt. Daarbij kunnen zij
de volgende aspecten betrekken, deze uitleggen en er voorbeelden bij geven: ‘verdikking’ van
marktrelaties (relaties), begrenzing van de neoliberale marktlogica (instituties), consumptieve en
digitale weerbaarheid (lichaam), ecologische transitie (natuur) en een holistisch vrijheidsbegrip (zin).

De vrije markt heeft zowel een positieve als negatieve invloed op onze samenleving.

Relaties: Je leert nieuwe mensen kennen om je heen dankzij de vrije markt. Dit kunnen bijvoorbeeld
mensen van werk of op de beurs zijn. Je ‘verdikt’ dan je marktrelaties. Ik zie dit als iets positiefs.

Instituties: Instituties zijn nodig om grenzen te trekken en regels op te stellen in onze samenleving,
anders wordt het chaos. De neoliberale marktlogica wordt zo begrensd, vrij wordt minder vrij. Dit is
denk ik nodig om de vrije markt staande te houden en is dus iets positiefs.

Lichaam: De vrije markt stelt onze consumptieve en digitale weerbaarheid zeer op de proef en de
mens wordt hier dan ook flink door aangetast. Bedrijven proberen overal te adverteren en weten zo
mensen te beïnvloeden. Dit is een negatief aspect van de vrije markt.

Natuur: In de vrije markt speelt produceren en consumeren een hele grote rol. Hierdoor wordt de
natuur uitgeput. Dit noemt men ecologische transitie. Dit is iets negatiefs, want we maken onze eigen
leefomgeving kapot.

Zin: Men kan doen en laten wat hij wil en de vrije markt voldoet dus ook aan het holistisch
vrijheidsbegrip. Je kan overal heen op vakantie en kopen wat je wil, zolang je hard werkt. Voor velen
is dit niet de zin van het leven, kijk naar het christendom. Het leven zou daarbij draaien om God en
niet om geld. De vrije markt belemmert hen er denk ik niet enorm in, christenen hebben de vrijheid om
zich op hun geloof te richten.

,2 De kandidaten kunnen een begripsanalyse maken van het goede leven, vrijheid, markt, arbeid,
institutie, lichaam, zin relatie en natuur. Daartoe kunnen zij:
- Verschillende definities opstellen;
- Vooronderstellingen bij deze definities aangeven;
- Implicaties van deze definities weergeven.

Het goede leven: Kan alleen worden verwezenlijkt als men alle vijf elementen als even beschouwd en
ook zo handelt. Men denkt bij ‘het goede leven’ al snel aan rijk zijn, zonder zorgen liggend op het
strand. Filosofen denken hier anders over. Aristoteles bijvoorbeeld zegt dat het eerder gaat om het
totale leven dat iemand leidt als persoon met anderen.

Vrijheid: Negatieve vrijheid houdt in dat je jezelf zo goed mogelijk kunt ontplooien zonder
belemmeringen (vrije markt). Bij positieve vrijheid kun je je ook ontplooien maar zijn er regels
(school). Volgens sommige is vrijheid de afwezigheid van beperkingen, zodat je kunt doen wat je wilt.
Echter, een junk zal men niet snel vrij noemen, terwijl hij aan de definitie voldoet.

Markt: De (vrije) markt dient als plek waar men goederen en diensten kan aanschaffen. Volgens veel
filosofen is dit een belemmering op onze vrijheid. Meer mensen zijn van mening dat de manier waarop
we ons uitleven op de vrije markt mateloos is en een bedreiging vormt voor het leven op aarde.

Arbeid: Bewuste creatieve gedachtewisseling van mensen met natuur en maatschappij. Cultuur staat
tegenover natuur. Alles wat men veranderd heeft aan natuur, is nu cultuur. Deze verandering vindt
plaats m.b.v. arbeid.

Institutie: Gemeenschapsvorm die ervoor zorgt dat men gezamenlijk iets mogelijk maakt dat het
individueel handelen overstijgt. Sommige instituties zijn tastbaar (school, staat) en vaak verbonden
met gebouwen en duidelijke gezagsverhoudingen. Andere zijn informeler, zoals omgangsvormen.

Lichaam: Voorafgaand aan welke keuze dan ook geldt dat mensen lichamelijke wezens zijn en dat hier
bepaalde behoeftes bij komen kijken: eten, drinken, ademen, wonen, rusten etc. Het lichamelijke
verbindt ons met het concrete leven.

Zin: De mens verhoudt zich tot zichzelf-in-de-wereld. Men zoekt naar waarden om zijn leven richting
te geven en vraagt naar de zin en betekenis van leven en sterven. Behalve de gedachten dat je alleen
een lichaam hebt, denkt men graag na over waarom je nou eigenlijk bent geboren en wat je doel is in
je leven.

Relatie: Vanaf onze geboorte zijn we verbonden met anderen. Je ouders leren je bijvoorbeeld lopen,
dit is een sociale zorgrelatie. Naarmate je ouder wordt, ontmoet je anderen naast je familie. Je leert
nieuwe mensen kennen en bouwt een steeds wijdere kring op.

Natuur: Via ons lichaam zijn we verbonden met de natuur en de kosmos als geheel. Onze voeding en
de lucht die we ademen komt uit de natuur. Dieren, planten en al het leven behoort tot de natuur.

, 3 De kandidaten kunnen verschillende opvattingen over het goede leven, vrijheid, markt, arbeid,
instituties, lichaam, zin, relaties en natuur herkennen, uitleggen, vergelijken, toepassen en bekritiseren
aan de hand van voorbeelden of casussen en een beargumenteerd standpunt innemen over deze
opvattingen.

In dit boek wordt de veronderstelling gemaakt dat het goede leven niet bereikt kan worden als een van
de vijf dimensies verwaarloosd wordt. Wel kan de ene dimensie zwaarder meewegen dan de ander.

De vijf dimensies moeten het goede leven verwezenlijken, maar vormen ook een begrenzing. Men kan
fantaseren over leven op een andere planeet, maar heeft wel eten en zuurstof nodig. Men kan
wegdromen van familie, maar blijft onderdeel van dit sociale verband. Instituties zijn nodig om de
samenleving staande te houden. Men krijgt er last van als er een institutie is die niet goed werkt.

Met behulp van de dimensies kan onderscheid gemaakt worden tussen culturen. Bij jager-
verzamelaars werd de natuur gezien als de essentiële dimensie. In de moderne cultuur wordt het
lichaam gezien als de essentiële dimensie en is de natuur een hulpmiddel om haar te bevredigen.
Culturen als het boeddhisme zullen dit als materialistisch zien en zien waarschijnlijk de geestelijke en
immateriële dimensie (zin) als essentieel.

Het goede leven kan alleen worden bereikt met de juiste verhoudingen tussen de dimensies. Bill Gates
heeft hard gewerkt voor zijn vermogen en kan daardoor kopen wat hij wil op de vrije markt. Mensen
gaan hierom relaties met hem aan, dit zijn marktrelaties (relaties van nut). Op het gebied van geld
heeft hij vrijheid, maar in de media wordt hij constant gevolgd en is hij dus beperkt. We weten niet of
Bill Gates ‘het goede leven’ heeft bereikt. Zoals Thomas Nagel zei in zijn boek ‘How it is to be a bat’,
kun je je niet verplaatsen in een ander omdat je diegene niet bent.


4 De kandidaten kunnen de vraag naar het goede leven relateren aan de vraag wat het betekent dat de
mens ‘zich tot zichzelf-in-de-wereld verhoudt’. Hierover kunnen zij een beargumenteerd standpunt
innemen aan de hand van:
- Socrates’ opvatting dat het niet onderzochte leven niet de moeite van het leven waard is;
- het verschil tussen mensen en dieren volgens Cassirer;
- Nietzsches opvatting van de mens als ‘niet-vastgesteld dier’

Socrates zei in zijn ‘Apologie’ dat een leven dat zichzelf niet kritisch onderzoekt, niet waard is geleefd
te worden. Dat men bewust leeft en hier via symbolen uitdrukking aan geeft zorgt voor de nodige
twijfels: Is het door mij gekozen leven goed?

Een mens verhoudt zich tot zichzelf-in-de-wereld en is in staat om te reflecteren. Hij kan beslissingen
nemen, doelen stellen en evalueren. Dieren hebben primair een instinctmatig responsrepertoire om met
die omstandigheden om te gaan. Mensen voelen zich gelukkig of ongelukkig afhankelijk van de
omstandigheden. De mens verhoudt zich tot de totaliteit van het leven en kan de vraag stellen naar het
goede leven.

Onze ervaringen drukken we uit in taal, tekens of symbolen. Ernst Cassirer omschrijft de mens als een
‘animal symbolicum’, een symboliserend dier. Soms is het een last dat we onszelf eindeloos
evalueren. De mens heeft reflexiviteitsstress (keuzestress). In feite is de mens een dier dat zich
uitdrukt in tekens en zelf keuzes moet maken.

Symbolen hebben een collectieve functie, ze worden gedeeld met andere mensen. Friedrich Nietzsche
vond dat een gedeelde moraal iets is voor de grote massa. De Übermensch schept zijn eigen waarden,
voorbij alle traditionele ideeën over goed en kwaad. Nietzsche legt de nadruk op het individu. De
mens is een niet-vastgesteld dier, omdat hij alle keuzes mag maken en niets vaststaat.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller willemijnvandenbosch. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.43. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

72964 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$6.43
  • (0)
  Add to cart