Mol Biologie
DNA replicatie les 1:
-Chromosomen:
>Bestaan uit eiwitten en DNA
>DNA is het genetische materiaal
>Bevatten genetische informatie
>
-Bacteriofaag T2 = virus:
>Bacteriofaag bestaat uit DNA en eiwitten
>DNA wordt radioactief van medium dat P32 bevat omdat de bouwsteen fosfaat is
>Eiwit wordt radioactief van medium dat S35 bevat omdat S een bouwsteen van methionine
is en methionine is het begin van elk eiwit
>Injecteert de E.coli bacterie met DNA
-Fagen kweken in medium met gelabeld fosfaat 32p -> DNA
-Fagen kweken in medium met gelabeld zwavel 35p-> Eiwit
-
-DNA bestaat uit een pentose suiker, nitrogeen en een fosfaatgroep
-Deoxyribose bevat een H en Ribose bevat een OH links onder
-Backbone-> Fosfaat + suiker (pentose) (deoxiribose)
-Purine-> 2 koolstof nitrogeen groepen
-Pyrimidines-> 1 koolstof nitrogeen ring
>
Made by: Iris Gülcher
, -Diëster-> Fosfaat wordt aan iets anders (bijvoorbeeld suiker) gebonden
>
-Nucleoside-> pentose + suiker en base
-Nucleotide-> pentose + suiker + base + fosfaat groep
-James Watson & Francis Crick -> Nobelprijs
-Erwin Chargaff-> Hoeveelheid basen in DNA aanwezig (A=T G=C)
-Rosalind Franklin-> Werkte in het laboratorium maakte met röntgen fotos van DNA helixen (hoe het
zat met de afstand tussen de atomen in de helix
-Maurice Wilkins (nobel prijs 1962)
-Moleculaire structuur DNA:
>2 polynucleotide ketens die antiparallel lopen van elkaar
-DNA dubbele helix:
>Altijd purine – pyrimidine (X-Ray data)
>Purine= 1 ring A en G
>Pyrimidine= 2 ringen C en T/U
*Purine + purine: too wide
*Pyrimidine + pyrimidine: too narrow
*Purine + pyrimidine: with consistent with X-ray data
>Backbone-> Fosfaat + suiker (pentose) (deoxiribose)
>Fosfaat + deoxiribose + base = nucleotide = monomeer van DNA
>Waterstofbruggen tussen A-T (2 waterstofbruggen) en G-C (3 waterstofbruggen)
*Helpen om de helix te stabiliseren (bij elkaar te houden)
>AT en GC zijn basenparen
*Basenparen zijn hydrofoob (naar binnen gedraaid)
*Backbone is hydrofiel (zitten aan de buitenkant, vanwege pentose die OH groepen
bevat en de fosfaat groep)
>5’ (aan het 5e koolstof van pentose zit de fosfaat) en 3’ (aan de 3e koolstof zit het OH
groepje) eind (antiparrallere organisatie (tegengestelde richting):
Made by: Iris Gülcher
DNA replicatie les 1:
-Chromosomen:
>Bestaan uit eiwitten en DNA
>DNA is het genetische materiaal
>Bevatten genetische informatie
>
-Bacteriofaag T2 = virus:
>Bacteriofaag bestaat uit DNA en eiwitten
>DNA wordt radioactief van medium dat P32 bevat omdat de bouwsteen fosfaat is
>Eiwit wordt radioactief van medium dat S35 bevat omdat S een bouwsteen van methionine
is en methionine is het begin van elk eiwit
>Injecteert de E.coli bacterie met DNA
-Fagen kweken in medium met gelabeld fosfaat 32p -> DNA
-Fagen kweken in medium met gelabeld zwavel 35p-> Eiwit
-
-DNA bestaat uit een pentose suiker, nitrogeen en een fosfaatgroep
-Deoxyribose bevat een H en Ribose bevat een OH links onder
-Backbone-> Fosfaat + suiker (pentose) (deoxiribose)
-Purine-> 2 koolstof nitrogeen groepen
-Pyrimidines-> 1 koolstof nitrogeen ring
>
Made by: Iris Gülcher
, -Diëster-> Fosfaat wordt aan iets anders (bijvoorbeeld suiker) gebonden
>
-Nucleoside-> pentose + suiker en base
-Nucleotide-> pentose + suiker + base + fosfaat groep
-James Watson & Francis Crick -> Nobelprijs
-Erwin Chargaff-> Hoeveelheid basen in DNA aanwezig (A=T G=C)
-Rosalind Franklin-> Werkte in het laboratorium maakte met röntgen fotos van DNA helixen (hoe het
zat met de afstand tussen de atomen in de helix
-Maurice Wilkins (nobel prijs 1962)
-Moleculaire structuur DNA:
>2 polynucleotide ketens die antiparallel lopen van elkaar
-DNA dubbele helix:
>Altijd purine – pyrimidine (X-Ray data)
>Purine= 1 ring A en G
>Pyrimidine= 2 ringen C en T/U
*Purine + purine: too wide
*Pyrimidine + pyrimidine: too narrow
*Purine + pyrimidine: with consistent with X-ray data
>Backbone-> Fosfaat + suiker (pentose) (deoxiribose)
>Fosfaat + deoxiribose + base = nucleotide = monomeer van DNA
>Waterstofbruggen tussen A-T (2 waterstofbruggen) en G-C (3 waterstofbruggen)
*Helpen om de helix te stabiliseren (bij elkaar te houden)
>AT en GC zijn basenparen
*Basenparen zijn hydrofoob (naar binnen gedraaid)
*Backbone is hydrofiel (zitten aan de buitenkant, vanwege pentose die OH groepen
bevat en de fosfaat groep)
>5’ (aan het 5e koolstof van pentose zit de fosfaat) en 3’ (aan de 3e koolstof zit het OH
groepje) eind (antiparrallere organisatie (tegengestelde richting):
Made by: Iris Gülcher
