13.1 Groene productie
Je weet of een product duurzaam is als het nu en in de toekomst niet schadelijk is
voor mensen, de aarde of de rest van het milieu. Duurzaamheid berust op drie
principes:
1. Niet belastend voor mensen (people)
2. Minder belasting van het milieu (planet)
3. Hogere opbrengst en winst (profit)
Dit worden ook wel de drie P's genoemd.
Om zo min mogelijk afval te krijgen worden producten ontwikkeld die hergebruikt
kunnen worden, zoals drinkflessen van kunststof of bierflessen. Deze kan je namelijk
inzamelen, spoelen en weer vullen.
Bij recyclen gebruik je niet het voorwerp, maar de stof waarvan het voorwerp
gemaakt is opnieuw. Bijvoorbeeld een plastic flesje of kartonnen doos die een
bekertje wordt. Je noemt dit de stofkringloop.
Om helemaal geen afval te krijgen bestaat het proces "cradle to cradle" waarbij
tijdens het ontwerpen van het product al wordt nagedacht over wat ermee gebeurt
zodra het voorwerp zijn doel heeft gediend.
Wanneer er rekening wordt gehouden met de drie P's en cradle to cradle heb je te
maken met groene chemie. De processen die gebaseerd zijn op de principes van
groene chemie zijn veiliger, gebruiken minder grondstoffen en energie, maken veel
gebruik van duurzame energie en grondstoffen en geven minder vervuiling.
Het doel is dus ten alle tijden om zo min mogelijk afval te verkrijgen. Om te kijken
hoeveel massa van de beginstoffen in het eindproduct zit gebruik je de
atoomeconomie: Mgewenst product/ Mbeginstoffen x 100%
(M is molecuulmassa)
Een reactie verloopt in de praktijk alleen bijna nooit voor 100%, dus spreken we ook
van rendement. Hoe groter het rendement, hoe efficiënter de reactie verloopt. Voor
rendement gebruik je de volgende formule:
Rendement = praktische opbrengst/ theoretische opbrengst x 100%
Je kan de zuiverheid van reactieproducten testen met dunnelaagchromatografie.
Hierbij heb je een glazen of metalen plaatje met een laagje van een stof waar andere
Je weet of een product duurzaam is als het nu en in de toekomst niet schadelijk is
voor mensen, de aarde of de rest van het milieu. Duurzaamheid berust op drie
principes:
1. Niet belastend voor mensen (people)
2. Minder belasting van het milieu (planet)
3. Hogere opbrengst en winst (profit)
Dit worden ook wel de drie P's genoemd.
Om zo min mogelijk afval te krijgen worden producten ontwikkeld die hergebruikt
kunnen worden, zoals drinkflessen van kunststof of bierflessen. Deze kan je namelijk
inzamelen, spoelen en weer vullen.
Bij recyclen gebruik je niet het voorwerp, maar de stof waarvan het voorwerp
gemaakt is opnieuw. Bijvoorbeeld een plastic flesje of kartonnen doos die een
bekertje wordt. Je noemt dit de stofkringloop.
Om helemaal geen afval te krijgen bestaat het proces "cradle to cradle" waarbij
tijdens het ontwerpen van het product al wordt nagedacht over wat ermee gebeurt
zodra het voorwerp zijn doel heeft gediend.
Wanneer er rekening wordt gehouden met de drie P's en cradle to cradle heb je te
maken met groene chemie. De processen die gebaseerd zijn op de principes van
groene chemie zijn veiliger, gebruiken minder grondstoffen en energie, maken veel
gebruik van duurzame energie en grondstoffen en geven minder vervuiling.
Het doel is dus ten alle tijden om zo min mogelijk afval te verkrijgen. Om te kijken
hoeveel massa van de beginstoffen in het eindproduct zit gebruik je de
atoomeconomie: Mgewenst product/ Mbeginstoffen x 100%
(M is molecuulmassa)
Een reactie verloopt in de praktijk alleen bijna nooit voor 100%, dus spreken we ook
van rendement. Hoe groter het rendement, hoe efficiënter de reactie verloopt. Voor
rendement gebruik je de volgende formule:
Rendement = praktische opbrengst/ theoretische opbrengst x 100%
Je kan de zuiverheid van reactieproducten testen met dunnelaagchromatografie.
Hierbij heb je een glazen of metalen plaatje met een laagje van een stof waar andere