Hoofdstuk 8: Persoonlijkheid in de knoei
8.1 Risicofactoren
Erikson: lagereschooltijd: latentieperiode
Kinderen ontwikkelen zowel fysiek als psychologisch.
Tienertijd = kwetsbare groeiperiode:
→Psychische stoornissen zoals depressie, angststoornissen, verslaving mogelijk.
→Kan leiden tot zelfmoord.
Risicofactoren:
Temperament: hormonale verandering tijdens puberteit.
Karakter: stoornis die tot uiting komt in de persoonlijkheid.
Intelligentie: leren omgaan met hoogbegaafdheid.
Geslacht: worstelen met genderconflict.
8.2 Psychisch welzijn bij jongeren
A Puberteit en adolescentie
Adolescentie:
- Periode van 10 jaar tot 22 jaar.
- Door synaptogenese, pruning en myelinisatie komen verschillende aspecten van de
persoonlijkheid tot ontwikkeling.
→Synaptogenese: de aanmaak van nieuwe verbindingen tussen de zenuwcellen. Die hebben
niet meteen een functie. Dit kan leiden tot verwarring/concentratieverlies.
→Pruning: het tegenovergestelde van synaptogenese. De niet gebruikte verbindingen
worden weggesnoeid. Zo is er meer plaats voor nieuwe verbindingen + andere verbindingen
worden efficiënter.
→Myelinisatie: = witte, isolerende stof. Isolatie van verbindingen door die stof. Voordeel:
zorgt voor snelle verbindingen + informatiestroom + voorkomt kortsluiting.
, Puberteit:
- Seksuele volwassenwording tussen 10 en 15 jaar.
- Hormonale prikkels zorgen voor ‘verbouwingen’ in het brein.
Identiteit staat onder druk.
Vervreemd van zichzelf voelen.
- Biopsychosociale factoren zorgen ervoor dat tieners het moeilijker hebben.
Melatonie: slaap hormoon
Het wordt steeds later afgescheiden.
We gaan later slapen, dus in de ochtend meer moeite met opstaan en op school
zitten we nog in onze mid-sleep.
Vroeg gaan slapen is geen oplossing: slaapbehoefte wordt hormonaal geregeld.
Chronisch slaaptekort: risico depressie.
Dopamine: gelukshormoon
Risico’s nemen voor de kick:
- Gevoelig voor mogelijke beloningen.
- Minder gevoelig voor negatieve gevolgen.
Missen helicopterview: gevolgen van gedrag op lange termijn kunnen bekijken.
Cortisol: stresshormoon
Beïnvloedt hartslag, bloeddruk, immuunsysteem.
Hoge pieken bij stressmomenten:
- Concentratievermogen storen.
- Onderpresteren.
- Vermijdingsgedrag.
8.1 Risicofactoren
Erikson: lagereschooltijd: latentieperiode
Kinderen ontwikkelen zowel fysiek als psychologisch.
Tienertijd = kwetsbare groeiperiode:
→Psychische stoornissen zoals depressie, angststoornissen, verslaving mogelijk.
→Kan leiden tot zelfmoord.
Risicofactoren:
Temperament: hormonale verandering tijdens puberteit.
Karakter: stoornis die tot uiting komt in de persoonlijkheid.
Intelligentie: leren omgaan met hoogbegaafdheid.
Geslacht: worstelen met genderconflict.
8.2 Psychisch welzijn bij jongeren
A Puberteit en adolescentie
Adolescentie:
- Periode van 10 jaar tot 22 jaar.
- Door synaptogenese, pruning en myelinisatie komen verschillende aspecten van de
persoonlijkheid tot ontwikkeling.
→Synaptogenese: de aanmaak van nieuwe verbindingen tussen de zenuwcellen. Die hebben
niet meteen een functie. Dit kan leiden tot verwarring/concentratieverlies.
→Pruning: het tegenovergestelde van synaptogenese. De niet gebruikte verbindingen
worden weggesnoeid. Zo is er meer plaats voor nieuwe verbindingen + andere verbindingen
worden efficiënter.
→Myelinisatie: = witte, isolerende stof. Isolatie van verbindingen door die stof. Voordeel:
zorgt voor snelle verbindingen + informatiestroom + voorkomt kortsluiting.
, Puberteit:
- Seksuele volwassenwording tussen 10 en 15 jaar.
- Hormonale prikkels zorgen voor ‘verbouwingen’ in het brein.
Identiteit staat onder druk.
Vervreemd van zichzelf voelen.
- Biopsychosociale factoren zorgen ervoor dat tieners het moeilijker hebben.
Melatonie: slaap hormoon
Het wordt steeds later afgescheiden.
We gaan later slapen, dus in de ochtend meer moeite met opstaan en op school
zitten we nog in onze mid-sleep.
Vroeg gaan slapen is geen oplossing: slaapbehoefte wordt hormonaal geregeld.
Chronisch slaaptekort: risico depressie.
Dopamine: gelukshormoon
Risico’s nemen voor de kick:
- Gevoelig voor mogelijke beloningen.
- Minder gevoelig voor negatieve gevolgen.
Missen helicopterview: gevolgen van gedrag op lange termijn kunnen bekijken.
Cortisol: stresshormoon
Beïnvloedt hartslag, bloeddruk, immuunsysteem.
Hoge pieken bij stressmomenten:
- Concentratievermogen storen.
- Onderpresteren.
- Vermijdingsgedrag.