Gehooronderzoek
1C GEHOOR
Naam; Lotte Bodewes
Klas; GLO-1A2
Maart 2021
0
, Ongemaskeerde luchtgeleiding
Materiaal
- Audiometer
- NVA-formulier
- Hoofdtelefoon
Instructie cliënt (stimulus, respons)
- U krijgt zometeen een hoofdtelefoon op. Daarbij krijgt u tonen te horen, op verschillende
toonhoogtes en die tonen worden steeds zachter. Wanneer u de toon hoort, mag u op de
knop drukken. We gaan dit bij beide oren afnemen. Heeft u voordat we beginnen nog vragen?
Stappenplan
- Vraag of cliënt gehoorklachten heeft.
- Je begint bij het goede oor op 1000 Hz. Daarbij ga je 30 dB boven de verwachte
gehoordrempel zitten. Als je dus geen gehoorverlies verwacht (0 dB) begin je bij 30 dB. (Met
een gehoorverlies begin je dus hoger, bijvoorbeeld op 50 dB (20 dB verlies + de 30 dB boven
verwachting)
- Je biedt de toon aan en gaat 10 dB zachter als de cliënt de toon hoort. Wanneer de cliënt
het niet hoort, ga je 5 dB luider. Dit doe je totdat je de geluidsdrempel gevonden hebt (2
keer deze toon gehoord).
- Nu ga je dit intekenen in het toonaudiogram:
o Rechts = rondje.
o Links = kruisje.
- Vervolgens ga je naar de volgende frequentie.
- Als je alle frequenties gehad hebt, ga je naar het slechte oor en volg je de stappen vanaf het
begin.
Frequenties
1000 – 2000 – 4000 – 8000 - 1000 (herhaling) – 500 – 250 Hz
Notaties en Ernst
F.I. LG beste oor Ernstcategorie
-10 t/m 15 dB HL Normaal gehoor
16 t/m 40 dB HL Licht gehoorverlies
41 t/m 55 dB HL Matig gehoorverlies
56 t/m 70 dB HL Ernstig gehoorverlies
71 t/m 90 dB HL Zeer ernstig gehoorverlies
Meer dan 90 dB Doof
HL
Berekening
- Fletcher index; Toondrempel in dB HL (500+1000+2000) / 3 = dB HL
1