Garantie de satisfaction à 100% Disponible immédiatement après paiement En ligne et en PDF Tu n'es attaché à rien 4.2 TrustPilot
logo-home
Resume

Samenvatting moleculaire identificatietechnieken

Note
-
Vendu
-
Pages
68
Publié le
24-03-2022
Écrit en
2021/2022

samenvatting slides en notities

Établissement
Cours











Oups ! Impossible de charger votre document. Réessayez ou contactez le support.

École, étude et sujet

Établissement
Cours
Cours

Infos sur le Document

Publié le
24 mars 2022
Nombre de pages
68
Écrit en
2021/2022
Type
Resume

Sujets

Aperçu du contenu

Module 1: basisterminologie

1. Inleiding

• Target: NZ(= nucleinezuren) = bevatten genetische info + bepalen genotype
• mRNA: aantonen tot expressie gekomen genen
• rDNA (ribosomaal --> m.o.): directe diagnostiek & fylogenetische analyse (hoe dichter bij elkaar op
stamboom, hoe verwanter)
• technieken:
- hybridisatietechnieken
- kleuring met fluorescente kleurstoffen in combi met electroforetische techn.
- Gecombineerd met voorafgaande NZ-amplificatiemethodes (PCR)
- Sequencingtechnieken

2. Erfelijk materiaal en genen
2.1 bouwstenen DNA
• DNA: desoxyribonucleïnezuur
• Polynucleotiden (condensatie mononucleotiden)
• Mononucleotide:
- Fosfaatgroep + suikergroep + N-houdende base
• Nucleoside: conjugatie base en suiker
- Ribose: op 2’: OH groep ipv H
- Basen:
o Purines: A en G
o Pryrimidines: C en T
o Heterocyclische baden
• Desoxyribonucleotiden onderling verbonden via 3’-5’- fosfaat diesterverbindingen , 5’ --> 3’: polariteit -->
richting
• DNA-kettingaangroei van 5’ naar 3’
• Eerst: dinucleotide
• Verdere aanhechting: ruggengraat met basen: zijgroepen
• Primaire structuur NZ : opeenvolging van mononucleotiden met bijhorende base = basensequentie DNA-
streng
• Volgorde nucleotiden: willekeurig + geen beperking op sequentie en lengte

2.2 dubbele helix
DNA besaat uit:
• 2 polynucleotiden
• N-basen aan binnenzijde
• H-bruggen
• Complementaire base: A-T en C-G
• Anti-parallelle ketens

!! A-T = 2 H-bruggen
G-C= 3 H-bruggen --> sterkere binding!


• Bijkomend niveau van organisatie
- Negatief (onderopgewonden) en positief (overopgewonden)
- Introductie supercoils
- Structurele rol
- Rol in replicatie, recombi, genexpressie en regulatie

, 2.3 DNA-structuur
• Veel virussen met ssDNA-genoom ( veel RNA --> veel minder stabiel --> onderzoek moeilijker)
- Ssgenomen met gebieden met complementariteit met zichzelf --> interne dubbele helix
haarspeldstructuren
• Veel genomen: circulaire DNA-moleculen
- Oa meeste bacteriele genomen, sommige virussen, verschillende bacteriofagen (virus --> gaat DNA
inspuiten) en plasmiden (= circulair dsDNA is naast gewoon DNA ook nog aanwezig --> geeft makkelijk
door aan andere organismen)
• Scheiden van circulair gesloten strengen: structuur rond zichzelf roteren voor opheffen spanning -->
supercoils
• Circulair DNA zonder superheliciteit= relaxed DNA
--> verschillende mobiliteit op gel: supercoil migreert sneller omwillen van compactere vorm



3. Genen en chromosomen
3.1 eukaryoot DNA
• DNA in chromosomen: lussen
• Chromatine: complex DNA opgerold rond histoneiwitten --> dikke draad; verder opvouwing
• DNA-lussen: gebonden op nucleaire matrix en verdere spiralisatie of condensatie is aanwezig in
metafasechromosomen
• Interfase: DNA in lussen opgevouwen met minder/meer gecondenseerde gebieden
• Metafasechromo.: DNA volledig opgevouwen
• Chromosoom:
- Centromeer
- P-arm (korte arm)
- Q-arm (langere arm)
- Aantal ARS
- Telomeren (uiteinden belangrijke rol in veroudering)
- Typisch uitzicht: metafase
• DNA verpakr in chromo. In kern, alle genetische info op chromo = genoom
• Menselijk genoom: normale cel 46 chromo, helft van vader, helft van moeder
• Gen: stuk DNA met info voor synthese functionele RNA-molecuke --> eiwit
• Plaats gen op chromo = locus
• Extra- of intergen-DNA:
- Zeer variabel van persoon tot persoon
- Geen functie
- DNA-seque die vaak herhaald voorkomen op verschillende chromo (‘repeats’)
- Minisatellet- of microsatelliet-DNA

• Uniek DNA:
- Coderend voor eiwitten
- < 5% DNA-hoeveelheid
• Intergen (junk, zelfzuchtig) DNA
- Herhaling DNA-seque op aantal chromo
- Functie: oprolling DNA-draad in chromatinestructuur
• Eukaryoten:
- Ook genen in mitochon en chloroplasten
- Extrachromosomale erfelijkheid:
o Mens: in mito: erfelijk materiaal enkel afkomstig van moeder --> genetisch onderzoek

,• Polymorfisme= stukje DNA dat herhaald voorkomt
- Vergelijk erfelijk materiaal 2 pers: om 200-300 nucleotiden: andere base in DNA-keten
- Sequentiepolymorfisme
- Lengtepolymorfisme (mini- of microsatel): verschillend aantal herhallingen bv 3x GAG vs 6x GAG
- Gebruik:
o Gerechtelijk onderzoek: herkomst biologisch staal
o Diagnostiek erfelijke ziekten --> koppelingsonderzoek

• Single nucleotide polymorfisme= SNP (‘snip’)
= variatie in DNA van 1 nucleotide lang, op 1 plaats in genoom bij verschillende mensen
ander nucleotiden
(microsatellieten= aantal nucleotiden met verschillend aantal)
- Meest waarschijnlijk onschuldig
- SNP’s ontstaan door kopieerfoutjes in DNA replicatie en kunnen uitbreiden omdat
geen nadeel opleveren voor organisme
- 90% van alle genetische variaties in menselijk genoom SNP’s
- Op elke 1300 nt in DNA SNP
- Niet regelmatig over genoom verdeeld
- 2/3: C vervangen door T
- Ontdekken nieuwe SNP’s door sequencen DNA-volgorde
- Gebruik:
o Genetische vingerafdrukken
o Bepalen bloedverwantschap
o Wetenschappelijk onderzoek: bijwerkingen medicijnen

3.2 bacteriële chromosoom

• cirkelvormige bacteriele genoom
• E.Coli: supercoiling en lusvorming, plasmiden (= extra chromosomaal)


3.3 virale nucleïnezuren
• variatie in:
- grootte en complexiteit genoom
- gastheerspecificiteit, replicatiestrategie
- coderend vermogen 3 tot meer dan 200 eiwitten
• genoomreplicatie: eigen DNA- of RNA-polymerase
• indeling obv genetisch materiaal

, 4. van gen naar eiwit
4.1 dogma van Crick
• ribonucleinezuren of RNA:
- ribose ipv 2-deoxyribose
- U binden met A
- Enkelstrengig
o tRNA: inwendige waterstofbrugvormingen
o RNA-virussen: dubbelstrengig RNA
o Enkelstrengige DNA-virussen
- Kleiner molecuulgewicht
- Minder stabiel
- Kortere levensduur
- RNA’s:
o mRNA (boodschapper eiwitaanmaak)
o tRNA( transportsysteem AZ tijdens eiwitsynthese)
o rRNA ( vorming ribosoom)

4.2.1 modificaties
• omzetting RNA in ds DNA-molecule= kopie DNA of cDNA (reverse transcriptase=
belangrijk voor PCR want werkt enkel bij dubbelstrengig --> RNA naar DNA) -->
doorlopen transcriptieproces van DNA naar RNA in omgekeerde volgorde
• splicing (exons en introns) uit mRNA
• modificaties polypeptideketen --> ontstaan functionele eiwitten
- samengestelde proteïne = proteide
- partiele proteolyse --> herschikken molecule en aannemen functionele vorm
• modificaties: bij eukaryote cellen, niet/minder bij prokar

4.2 genetische code
• info synthese eiwitten: DNA-structuur gecodeerde vorm
• opeenvolging 3 basen in DNA bepaalt specifieke aanbreng van 1 AZ in eiwit
• 3 opeenvolgende basen= triplet
• Triplet DNA en mRNA= codon
• Complementaire triplet tRNA= anticodon
• Ondubbelzinnig: 1 codon voor 1 AZ
• Degeneratie: aanbreng 1 AZ door meerdere codons
• Start- en stopcodons: AUG( start) en UAA/UAG/UGA (stop)
• Derde B is minst kritische
• Universele karakter:
- Triplet eenzelfde betekenis Tekening dia 45
- Genetische info eiwit, in eender welk organisme: op dezelfde wijze
gecodeerd en resultaat is hetzelfde proteine
- Aanpassen expressiesignalen, aangezien per organisme verschillend
- Codongebruik
• Niet overlappend
• Geen interne punctuatie: aansluitend overlopen
• Colineariteit: gekende opeenvolging B --> opeenvolging AZ
• Bij opsporen gen: aanduiden overeenkomstige niet-functionerende eiwit; niet omgekeerd --> bij gekende
AZ opeenvolging: bij benadering overeenkomstige gen --> meerder codons voor eenzelfde AZ
$6.59
Accéder à l'intégralité du document:

Garantie de satisfaction à 100%
Disponible immédiatement après paiement
En ligne et en PDF
Tu n'es attaché à rien

Faites connaissance avec le vendeur

Seller avatar
Les scores de réputation sont basés sur le nombre de documents qu'un vendeur a vendus contre paiement ainsi que sur les avis qu'il a reçu pour ces documents. Il y a trois niveaux: Bronze, Argent et Or. Plus la réputation est bonne, plus vous pouvez faire confiance sur la qualité du travail des vendeurs.
juliebeeldens Universiteit Gent
S'abonner Vous devez être connecté afin de pouvoir suivre les étudiants ou les formations
Vendu
8
Membre depuis
3 année
Nombre de followers
5
Documents
10
Dernière vente
11 mois de cela

4.0

3 revues

5
2
4
0
3
0
2
1
1
0

Récemment consulté par vous

Pourquoi les étudiants choisissent Stuvia

Créé par d'autres étudiants, vérifié par les avis

Une qualité sur laquelle compter : rédigé par des étudiants qui ont réussi et évalué par d'autres qui ont utilisé ce document.

Le document ne convient pas ? Choisis un autre document

Aucun souci ! Tu peux sélectionner directement un autre document qui correspond mieux à ce que tu cherches.

Paye comme tu veux, apprends aussitôt

Aucun abonnement, aucun engagement. Paye selon tes habitudes par carte de crédit et télécharge ton document PDF instantanément.

Student with book image

“Acheté, téléchargé et réussi. C'est aussi simple que ça.”

Alisha Student

Foire aux questions