100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Psychodiagnostiek en assessment, ISBN: 9789001120368 Psychodiagnostiek En Assessment $3.91   Add to cart

Summary

Samenvatting Psychodiagnostiek en assessment, ISBN: 9789001120368 Psychodiagnostiek En Assessment

 13 views  1 purchase
  • Course
  • Institution
  • Book

Samenvatting tentamenstof voor Diagnostisch Onderzoek Deeltoets 1, inclusief bijlages van Luteijn + toetsmatrijs. Tentamen afgerond en behaald met een 9.

Last document update: 2 year ago

Preview 2 out of 13  pages

  • No
  • Hoofdstuk 1 t/m 8 + luteijn bijlages
  • March 22, 2022
  • March 22, 2022
  • 13
  • 2021/2022
  • Summary
avatar-seller
Samenvatting Diagnostiek & Assessment Leerjaar 1 Kwartiel 1


 Hoofdstuk 1

In elke voorspelling spelen twee variabelen een hoofdrol:

Het beoordelingsmoment nu (voorspelling)
Deze vormen samen: Test & Criterium
Het beoordelingsmoment later (toets moment)
De mate waarin deze twee overeenstemmen zegt iets over de kwaliteit van je voorspellingen en
beoordelingsvermogen.

De besliskunde matrix gebruikt 4 varianten en staan hieronder uitgelegd.


De False Negative De Valid Positive
(Afgekort met FN) (afgekort met VP)

De Valid Negative De False Positive
(Afgekort met VN) (afgekort met FP)

De FN betekend dat de voorspelling negatief is (iets gaat dus niet gebeuren), maar dit bleek niet te
kloppen (het gebeurt in de realiteit dus wel).
De VN betekend dat de voorspelling negatief is (iets gaat dus niet gebeuren), en dit klopt ook (het
voorspelde gebeurt ook niet).
De VP betekend dat de voorspelling positief is (iets gaat dus wel gebeuren), en dit klopt ook (het
voorspelde gebeurt).
De FP betekend dat de voorspelling positief is (iets gaat dus wel gebeuren) maar dit bleek niet te
kloppen (het voorspelde gebeurt niet).

Geheugensteuntjes hiervoor zijn:
 Bij een ‘Valid’ komt de voorspelling uit
 Een Positive is bevestigend en Negative is ontkennend.
(De stelling: ‘Het gaat niet regenen’ is volgens de besliskunde matrix dus negatief)

Een correlatiecoëfficiënt geeft de sterkte aan tussen twee variabelen en begeeft zich tussen de 0 en
de 1.00 of tussen de 0 en -1.00. Een sterkte kan dus zowel positief als negatief zijn. Hoe dichter de
correlatie bij de 1 of bij de -1 zit, hoe sterker de relatie tussen de coëfficiënten.
Bij 0,5 is er sprake van een behoorlijke relatie maar kunnen we pas schattingen maken van één
variabele als de andere bekend is.

Vervolgend maakt iedereen, elke mens op aarde fouten in besliskunde en beoordeling. Er zijn 6 grote
fouten die we hieronder uiteenzetten.
- Verstandige fouten: Deze helpen ons problemen te voorkomen
- Overschatting van specifieke kansen: De kans dat een bepaalde gebeurtenis zich voordoet of
dat iemand een bepaalde eigenschap heeft.
- Beschikbaarheidsheuristiek: Van dingen waarover wij veel informatie beschikken, denken dat
ze vaker voorkomen. Ook laten we opvallende (maar soms niet belangrijke) informatie zwaar
wegen in onze oordelen.
- Regressie naar het gemiddelde: Wanneer je of je best of op je slechtst bent, zal dit niet zo
blijven gezien het uitzonderingen zijn. Het zal terugschuiven naar je eigen gemiddelde.

, - Eerste en laatste indruk: Het begin en eind blijven het sterkte hangen in verband met
alertheid en hoe recent er iets gebeurt. Het middenstuk verdwijnt sneller uit het geheugen.
- Voorbarige reductie van dissonantie: Het overeenstemmen en goedpraten van je
overtuigingen en gedrag.

Er zijn gelukkig manieren om deze fouten tegen te gaan of te minimaliseren:
- Dit kan via ‘Contrary Evidence’: Het zoeken naar bewijs dat jouw mening tegenspreekt.
- Ook kun je ‘Falsificatie’ gebruiken: Dit is het bedenken van experimenten die een
wetenschappelijk idee onderuithalen.
- Als laatste kun je de ‘Multi-rater methode’ gebruiken: Hier schakel je meerdere personen in
om tot een eindoordeel te komen.



 Hoofdstuk 2

De drie diagnostische instrumenten, ook wel de gouden drie genoemd, zijn de psychologische test,
de gedragsobservatie en het interview.
Wat een test goed maakt hangt af van een aantal dingen:
- De test is geconstrueerd vanuit wetenschappelijke achtergrond.
- Schalen zijn homogeen en zuiver, ze delen dus een gemeenschappelijke factor.
- Er is onderzoek verricht naar betrouwbaarheid en validiteit (belangrijk verschil, word later
uitgelegd).
- Wijze van afname is omschreven en gestandaardiseerd.
- Testscores kunnen vergeleken worden met normgroepen.
- Maakt de test waar wat hij zegt, dit noemen we de meetpretenties van een test.
De COTAN is een kwaliteitskeurmerk voor psychologische testen, afgegeven door het NIP, Het
Nederlands Instituut voor Psychologen.

Betrouwbaarheid is een intern kenmerk van een test of meetmethode en is onder andere afhankelijk
van de afwezigheid van ruis. Dit zijn factoren die het meetproces verstoren, dit kan zowel intern zijn
als extern. Er zijn een viertal methoden om betrouwbaarheid te meten.
- Een correlatiematrix opmaken. Dit kan via de formule N (N-1):2
- De splitsingsmethode toepassen: Items worden in twee willekeurige groepen gedeeld en hun
correlatie wordt berekend.
- Test-her testmethode: Opnieuw testen en met gelijke uitkomsten is dit een teken van
betrouwbaarheid.
- Inter rater betrouwbaarheid/BARS methode: Een begrip moet gedefinieerd en
geoperationaliseerd zijn voordat de afname begint.
Een test met een lage betrouwbaarheid is vaak niet valide, andersom is het wel mogelijk (een
test met een lage validiteit die wel betrouwbaar is).

Validiteit is te omschrijven als de mate waarin een test aan zijn doel beantwoord. Er zijn drie
vormen van validiteit die we gebruiken
- Construct/Begripsvaliditeit: Meet de test wat hij zegt te meten
- Predicatieve/Criteriumvaliditeit: De mate waarin een test in staat is iets te voorspellen voor
de toekomst of iets kan duiden wat nu gebeurt maar nog onzichtbaar is.
- Face validiteit: De mate waarin de kandidaat/cliënt de gebruikte methode accepteert en
begrijpt.

 Hierboven staan 4 verschillende benamingen maar Construct en Begripsvaliditeit
betekenen hetzelfde, dit geld ook voor Predicatieve en Criteriumvaliditeit.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller SaxionDeventer20212022. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.91. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

85443 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.91  1x  sold
  • (0)
  Add to cart