100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

Summary Unit 2: Go down in history (of course, vwo 5)

Rating
-
Sold
-
Pages
8
Uploaded on
19-03-2022
Written in
2021/2022

Samenvatting van unit 2 van Engels of course: - Mixed tenses (all tenses) - Passive - Gerund - Plural and singular forms - prepositions - linking words

Level
Course









Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Written for

Institution
Secondary school
Level
Course
School year
5

Document information

Uploaded on
March 19, 2022
Number of pages
8
Written in
2021/2022
Type
Summary

Subjects

Content preview

Ilse Keuning

Engels unit 2
Of course vwo/gymnasium 5

Mixed tenses
1. Often watch TV. → altijd, nooit of regelmatig
2. He is watching TV. → nu bezig of aan de gang
3. We got home at 10. → een moment in het verleden
4. She was reading when I saw her. → toen aan de gang
5. They have lived here for six years. → toen tot en met nu
6. I have been waiting for an hour. → toen tot en met nu + nadruk
7. We had been waiting for an hour. → toen tot en met toen
8. We had lived there for five years by 2012. → toen tot en met toen + nadruk
9. We will/shall arrive there at 9:00 a.m. → toekomst
We are eating out this evening. → van plan zijn
We are going to eat out this evening. → van plan zijn
Our train leaves at 8:00 a.m. → toekomst

● Simple present
Vorm: 1 werkwoord (Hij/zij/het -> s erachter)
Wanneer gebruik je deze?
1. Als iets altijd, nooit of regelmatig gebeurt.
2. Als het een feit is (tijd speelt geen rol).
3. Bij werkwoorden die een zintuiglijke waarneming aangeven.
4. Bij werkwoorden die een geestelijke staat of voorkeur aangeven.
5. Als er sprake is van vaste tijden.
6. Na sommige woorden die naar de toekomst verwijzen.

● Present continuous
Vorm: To be + werkwoord + ing
Wanneer gebruik je deze?
1. Iets is nu bezig of aan de gang (en van korte duur)
2. Als de voorbereidingen als zijn getroffen voor iets wat je in de toekomst gaat doen.
3. Als je irritatie wilt aangeven (tip: woorden als always en constantly staan dan vaak in zin)

● Simple past
Vorm: werkwoord + ed of onregelmatig werkwoord
Wanneer gebruik je deze?
1. in bevestigende zinnen (gewone zinnen)
2. Used to/ would (Als een handeling in het verleden regelmatig werd gedaan, maar nu niet
meer)
a) als het om een situatie/toestand in het verleden gaat, mag alleen used to gebruikt
worden, niet would.
b) In ontkennende zinnen gebruikt je didn’t use to



Door: Ilse Keuning Blz: 1

, ● Past continuous
Vorm: Was/ were + werkwoord + ing
Wanneer gebruik je deze?
1. Iets was op een bepaald moment in het verleden aan de gang (en van korte duur)
2. Iets was aan de gang (past continuous) en werd door iets anders onderbroken (simple
past)

Belangrijk
Als 2 handelingen na elkaar plaatsvinden gebruik je 2 keer de simple past:
Als 2 handelingen tegelijkertijd plaatsvinden, gebruik je 2 keer de past continuous

● Present perfect
Vorm: To have + voltooid deelwoord
Wanneer gebruik je deze?
1. In het verleden begonnen en nog steed bezig.
a. Vaak in zinnen met “fyne jas” (for, yet, never, ever, just, already, always, since)
2. Als de nadruk van een handeling uit het verleden ligt op het resultaat nu

● Present perfect continuous
Vorm: Have + been + werkwoord + ing
Wanneer gebruik je deze?
1. Als iets in het verleden is begonnen en nog steeds voortduurt en de nadruk ligt op de
tijdsduur.
2. Als je wilt benadrukken dat een handeling enige tijd aan de gang was en net afgelopen is.

● Past perfect
Vorm: Had + voltooid deelwoord
Wanneer gebruik je deze?
1. Als het belangrijk is om aan te geven dat de ene handeling was afgelopen toen de andere
begon.
2. Als op een bepaald moment in het verleden een handeling of toestand al een tijd duurde.
3. Conditional sentences (if zinnen en bijzinnen die beginnen met if).
4. Indirect speech
a. Direct: “I didn’t see her”, he said
b. Indirect: “Het told me he hadn’t seen her

● Past perfect continuous
Vorm: Had + been + werkwoord + ing
Wanneer gebruik je deze?
1. Als de nadruk op de tijdsduur ligt en het een periode in het verleden betreft.


● Future
Om de toekomende tijd aan te geven heb je keuze tussen 4 vormen:
1. Will/ shall + werkwoord
2. De present continuous
3. Be + going to
4. De simple present


Door: Ilse Keuning Blz: 2

Get to know the seller

Seller avatar
Reputation scores are based on the amount of documents a seller has sold for a fee and the reviews they have received for those documents. There are three levels: Bronze, Silver and Gold. The better the reputation, the more your can rely on the quality of the sellers work.
ilsekeuning
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
47
Member since
5 year
Number of followers
33
Documents
37
Last sold
4 months ago
Ilse Keuning samenvattingen

Hoi, ik verkoop hier samenvattingen voor vwo 4, 5 en 6. De samenvattingen zijn overzichtelijk en helpen enorm bij het leren. Als er vragen zijn hoor ik het graag.

4.0

2 reviews

5
0
4
2
3
0
2
0
1
0

Recently viewed by you

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their tests and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can instantly pick a different document that better fits what you're looking for.

Pay as you like, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions