100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Summary

Samenvatting Anatomie

Rating
-
Sold
-
Pages
107
Uploaded on
17-03-2022
Written in
2020/2021

Volledige samenvatting inclusief extra aantekeningen en verwijzingen naar het examen.

Institution
Course











Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Written for

Institution
Study
Course

Document information

Uploaded on
March 17, 2022
Number of pages
107
Written in
2020/2021
Type
Summary

Subjects

Content preview

Deel 1
Anatomie = ontleedkunde = dwz de kunst om de verschillende delen van een georganiseerd
lichaam van elkaar te scheiden waardoor de vorm en de inwendige samenstelling van het
organisme en van haal delen kunnen worden bestudeerd.

Fysiologie = de studie van de functie van de verschillende onderdelen van het lichaam

Passief bewegingsstelsel:
 Osteologie = beenderen
 Syndesmologie en arthrologie = beenverbindingen

Actief bewegingsstelsel:
 Myologie = spierstelsel
 Angiologie = bloedsomloop
 Neurologie = zenuwstelsel

Mediaanvlak = verticaal vlak dat de romp, kop en staart in 2 gelijke spiegelbeelden deelt,
maw loopt dit vlak volgens de wervelkolom

Transversaalvlak = vlak loodrecht op lengte-as van het lichaamsdeel

Frontaal vlak = horizontaal vlak dat een dier evenwijdig met rug-oppervlak doorsnijdt. Dus
een longitudinale – horizontale doorsnede door kop, romp of staart

Biologie, cytologie
Biologie = studie van de levende wezens en hun levensverrichtingen

Levende wezens bezitten 4 essentiële kenmerken die steeds samen moeten voorkomen:
 Stofwisseling
o Opname materiaal uit de omgeving en omzetting in lichaamseigen (organisch
materiaal)
o Kan weer afgebroken worden tot de elementaire elementen
o Noodzakelijk voor groei en vervanging van versleten cellen
 Prikkelbaarheid
o Vermogen om te reageren op prikkels
 Vermenigvuldiging en/of voortplanting
o Ongeslachtelijk vs geslachtelijk
 Vermogen om te evolueren
o Vorm van actieve aanpassing aan het milieu




1

,De cel




Meestal is leven gebonden aan een structuureenheid = de cel

Cel = het kleinste geheel dat zowel qua bouw als qua functie op zichzelf bestaat en zich
autonoom kan vermenigvuldigen (celdeling)

Cel = cytoplasma omgeven door celmembraan

Meestal 20-30 micrometer groot met sfeerachtige structuur met fundamentele
componenten:
 Celmembraan:
o Houdt het geheel samen ( houdt celinhoud vast)
o Actief transport (actieve filter)
o Passief transport (selectief doorlaatbare filter)
o Fagocytose (opname relatief grote partikels)
 Celkern of nucleus:
o Per volwassen cel 1 kern (uitz RBC, osteoclast, gestreepte spiercel)
o Omsloten door kenmembraan
o DNA in chromosomen
o Nucleoli = verantwoordelijk voor ribosomensynthese
 Celorganellen:
o Ribosomen: voor EW-synthese

2

, o Endoplasmatisch reticulum (2 types)
 Ruw ER: bekleed met ribosomen, transport EW tot buiten cel
 Glad ER: synthese vet en steroïden
o Golgi-apparaat:
 Inpak-afdeling van de cel
o Lysosomen:
 Splitst verbinding zodat ze benut kunnen worden
 Vertering opgenomen materiaal
 Vernietigen bepaalde organellen tot zelfs de cel toe
 Bevatten lysozymen
o Mitochondriën:
 = energiecentrale van de cel
 Slaan energie op ovv ATP ten voordele van de cel
o Cilia en flagellen
 Membraanuitstulpingen die een golvende beweging maken
 Cytoplasma:
o Bestaat voor 80% uit water
o Hierin zijn ionen en organische componenten opgelost
o 60 à 70% van LG = water
o Wordt opgedeeld in intracellulair en extracellulair vocht
o Intracellulair vocht:
 Beslaat +- 40% van het LG
 Terug te vinden in lichaamscellen en bloedcellen
o Extracellulair vocht
 Beslaat +- 20% van het LG
 5% plasma = medium voor transport van bloedcellen
 +- 1% transcellulair vocht (= CSV, verteringssappen en
lymfevocht)
 +- 15% interstitieel vocht: vloeistof (in plasma opgeloste
stoffen) wordt doorheen capillairwand gefiltreerd naar
omliggend weefsel. Zo kunnen cellen componenten opnemen
en afvalstoffen afgeven, welke via de capillairen en via de
lymfe worden afgevoerd

Homeostasis
Water of vocht is het medium waarbinnen in het lichaam alle biochemische reacties
plaatsvinden, welke essentieel zijn om het lichaam in evenwicht te houden

Het lichaam houdt steeds de ionenconcentratie, het vochtgehalte en andere parameters
binnen de normale limieten = homeostasis

Diffusie = beweging van moleculen ineen vloeistof/ gas van een hogere naar een lagere
concentratie.
 Proces gaat dor tot er een evenwicht gevonden is
 Kan enkel plaatsvinden waar er geen barrière voor vrije beweging van moleculen en
ionen bestaat
 Zeer belangrijk voor vrije beweging in- en uit cellen

3

,  Celmembranen bestaan vnl uit eiwitten en lipiden (vnl fosfolipiden)
 Vrij doorlaatbaar voor water
 Semi-permeabel voor sommige electrolyten, glucose en ureum
 Kan echter enkel indien het partikel niet te groot is
 Grotere moleculen  osmose

Osmose = beweging doorheen een semi-permeabele membraan (houdt bepaalde moleculen
tegen) van een oplossing met lagere naar een oplossing met hogere concentratie
 Beweging gaat door tot beide concentraties gelijk zijn
 Vorm van diffusie maar volgens concentratiegradiënt
 = diffusie van het oplosmiddel
 Aan elke oplossing wordt een osmotische druk toegekend
o = colloid osmotische waarde
 Bepaalt de mate waarin een oplosmiddel kan diffunderen
 In het ECV wordt deze vnl bepaald door natrium
 In het ICV wordt deze vnl bepaald door kalium
 Wijzigingen in deze ionenconcentraties spelen een dominante rol in
homeostasis

Isotone oplossing = heeft dezelfde osmotische druk als plasma
Hypotone oplossing = heeft een lagere osmotische druk dan plasma
Hypertone oplossing = heeft een hogere osmotische druk dan plasma

Osmoreceptoren:
 Zijn zeer belangrijke regelmechanismen voor de homeostasis
 Zijn gelegen in de hypothalamus (= belangrijk centrum van kernen in de
tussenhersenen)
 Detecteren wijziging in het evenwicht tussen osmotische druk van ECV en ICV

Diarree, braken of ernstig bloedverlies  daling circulerend bloedvolume 
hypovolemische shock

Plasmamembraan
 = lipoproteïnemembraan
 = dubbele laag vetachtige moleculen en eiwitmoleculen
 Lipidemoleculen: hydrofiel en hydrofoob deel
 Barrière voor H2O, maar niet voor vet
 Receptoren op membraan = EW met vermogen signalen te ontvangen

Rondom celorganellen eveneens membranen vb: Golgi-apparaat, celkern,…

Weefselleer of histologie
Cellen in een lichaam hebben dezelfde erfelijke informatie in hun kern
Toch gaan ze van elkaar verschillen in vorm en functie = differentiatie
 Gebeurt reeds op embryonaal niveau, op het moment dat er zich 3 kiembladen
vormen: ectoderm (huid en zenuwweefsel), endoderm (maag-darmkanaal) en
mesoderm (steun- en spierweefsel)

4
$7.78
Get access to the full document:

100% satisfaction guarantee
Immediately available after payment
Both online and in PDF
No strings attached

Get to know the seller
Seller avatar
Chayenne1212

Get to know the seller

Seller avatar
Chayenne1212 Thomas More Hogeschool
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
2
Member since
8 year
Number of followers
0
Documents
15
Last sold
9 months ago

0.0

0 reviews

5
0
4
0
3
0
2
0
1
0

Recently viewed by you

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their tests and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can instantly pick a different document that better fits what you're looking for.

Pay as you like, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions