Commerciële accountability
Vlott ende acti va
Als bezittingen niet langer dan 1 jaar worden gebruikt en niet tijdens meerdere productieprocessen
worden gebruikt is er sprake van vlottende activa. Denk bijvoorbeeld aan boodschappen die je voor
deze week haalt: je hebt ze maar kort en je gebruikt ze (vaak) maar 1 keer.
- Bruto werkkapitaal: Alle vlottende activa samen.
- Netto werkkapitaal: het bruto werkkapitaal – kortlopende schulden.
o Het is voor bedrijven belangrijk om werkkapitaal te hebben omdat het noodzakelijk
is voor de dagelijkse gang van zaken.
o Ook moet het niet te hoog zijn omdat dit risico’s met zich mee kan brengen.
Denk bijvoorbeeld aan te hoge voorraden die niet verkocht worden of
debiteuren die oninbaar blijken.
o Werkkapitaal wordt vaak gefinancierd met vreemd vermogen.
Voorraden
Voorraden zijn goederen die binnen het bedrijf gebruikt worden zoals grondstoffen. Te weinig
voorraad zorgt voor gederfde inkomsten op de korte termijn omdat het bedrijf omzet misloopt. Op
de lange termijn kan het zorgen voor een lage leverbetrouwbaarheid.
Er is onderscheid te maken in:
- Technische voorraad: Alle goederen die fysiek aanwezig zijn binnen de onderneming.
- Economische voorraad: de gehele voorraad die economisch eigendom is van de
onderneming.
o Hieronder vallen de bestelde maar nog niet geleverde goederen en de niet-verkochte
voorraad.
- Veiligheidsvoorraad: De voorraad die wordt gehanteerd om onverwachtse stijgingen in de
vraag te kunnen voldoen.
- IJzeren voorraad: het minimale voorraadniveau.
o Hoort meer bij de vaste activa omdat dit in principe standaard binnen de
onderneming hoort te zijn.
Het aanhouden van voorraden brengt 3 risico’s met zich mee:
- Rentekosten
o Het inkopen kost geld, als de voorraad langer wordt aangehouden dan de
krediettermijn moet dit op een of andere manier gefinancierd worden, bijvoorbeeld
met een rekening courant krediet. Dit brengt rentekosten met zich mee.
- Ruimtekosten
o Ontstaan doordat de onderneming ruimte nodig heeft om de voorraad op te slaan.
- Risicokosten
o Artikelen kunnen snel bederven, de vraag ernaar kan afnemen, producten kunnen
verouderen, etc.
- Bestelkosten: kosten die zijn verbonden aan het plaatsen en afhandelen van een bestelling,
zoals de keuze van en het contact met de leverancier, administratie en aflevering.
, - Onderhandenkosten: personeelskosten, materiaalkosten, externe kosten. Komt vaak voor bij
bedrijfstakken waar sprake is van producten met meerdere productiefasen die een langere
doorlooptijd hebben.
- Goed Voorraadbeheer is noodzakelijk: het draai om het bestellen van de juiste
hoeveelheden op de juiste momenten in de juiste frequentie.
- Totale voorraadkosten: bestelkosten + opslagkosten.
- Optimale bestelhoeveelheid: De ordergrootte waarbij de totale voorraadkosten, zo laag
mogelijk zijn.
De optimale bestelhoeveelheid kan worden berekend met de Formule van Camp:
Hierbij geldt:
- Q = optimale ordergrootte
- D = verwachte afzet per periode
- F = bestelkosten per order
- C = variabele voorraadkosten per stuk per periode
De omvang van de bestelling is ook van belang, dit is het voorraadniveau waarbij een nieuwe
inkooporder moet worden geplaatst, dit bereken je met de volgende formule:
Met de Voorraadtermijn weet een bedrijf hoeveel dagen de gemiddelde voorraad in de
onderneming aanwezig is. Een lage voorraadtermijn betekent dat er doorgaans veel producten
worden verkocht, je berekend het als volgt:
Vlott ende acti va
Als bezittingen niet langer dan 1 jaar worden gebruikt en niet tijdens meerdere productieprocessen
worden gebruikt is er sprake van vlottende activa. Denk bijvoorbeeld aan boodschappen die je voor
deze week haalt: je hebt ze maar kort en je gebruikt ze (vaak) maar 1 keer.
- Bruto werkkapitaal: Alle vlottende activa samen.
- Netto werkkapitaal: het bruto werkkapitaal – kortlopende schulden.
o Het is voor bedrijven belangrijk om werkkapitaal te hebben omdat het noodzakelijk
is voor de dagelijkse gang van zaken.
o Ook moet het niet te hoog zijn omdat dit risico’s met zich mee kan brengen.
Denk bijvoorbeeld aan te hoge voorraden die niet verkocht worden of
debiteuren die oninbaar blijken.
o Werkkapitaal wordt vaak gefinancierd met vreemd vermogen.
Voorraden
Voorraden zijn goederen die binnen het bedrijf gebruikt worden zoals grondstoffen. Te weinig
voorraad zorgt voor gederfde inkomsten op de korte termijn omdat het bedrijf omzet misloopt. Op
de lange termijn kan het zorgen voor een lage leverbetrouwbaarheid.
Er is onderscheid te maken in:
- Technische voorraad: Alle goederen die fysiek aanwezig zijn binnen de onderneming.
- Economische voorraad: de gehele voorraad die economisch eigendom is van de
onderneming.
o Hieronder vallen de bestelde maar nog niet geleverde goederen en de niet-verkochte
voorraad.
- Veiligheidsvoorraad: De voorraad die wordt gehanteerd om onverwachtse stijgingen in de
vraag te kunnen voldoen.
- IJzeren voorraad: het minimale voorraadniveau.
o Hoort meer bij de vaste activa omdat dit in principe standaard binnen de
onderneming hoort te zijn.
Het aanhouden van voorraden brengt 3 risico’s met zich mee:
- Rentekosten
o Het inkopen kost geld, als de voorraad langer wordt aangehouden dan de
krediettermijn moet dit op een of andere manier gefinancierd worden, bijvoorbeeld
met een rekening courant krediet. Dit brengt rentekosten met zich mee.
- Ruimtekosten
o Ontstaan doordat de onderneming ruimte nodig heeft om de voorraad op te slaan.
- Risicokosten
o Artikelen kunnen snel bederven, de vraag ernaar kan afnemen, producten kunnen
verouderen, etc.
- Bestelkosten: kosten die zijn verbonden aan het plaatsen en afhandelen van een bestelling,
zoals de keuze van en het contact met de leverancier, administratie en aflevering.
, - Onderhandenkosten: personeelskosten, materiaalkosten, externe kosten. Komt vaak voor bij
bedrijfstakken waar sprake is van producten met meerdere productiefasen die een langere
doorlooptijd hebben.
- Goed Voorraadbeheer is noodzakelijk: het draai om het bestellen van de juiste
hoeveelheden op de juiste momenten in de juiste frequentie.
- Totale voorraadkosten: bestelkosten + opslagkosten.
- Optimale bestelhoeveelheid: De ordergrootte waarbij de totale voorraadkosten, zo laag
mogelijk zijn.
De optimale bestelhoeveelheid kan worden berekend met de Formule van Camp:
Hierbij geldt:
- Q = optimale ordergrootte
- D = verwachte afzet per periode
- F = bestelkosten per order
- C = variabele voorraadkosten per stuk per periode
De omvang van de bestelling is ook van belang, dit is het voorraadniveau waarbij een nieuwe
inkooporder moet worden geplaatst, dit bereken je met de volgende formule:
Met de Voorraadtermijn weet een bedrijf hoeveel dagen de gemiddelde voorraad in de
onderneming aanwezig is. Een lage voorraadtermijn betekent dat er doorgaans veel producten
worden verkocht, je berekend het als volgt: