door Noor Vinoelst
periode 3 of 4
3 Sp .
, HOOFDSTUK / MKROSIOPISIHIMKROIIOPII :
II. DE IIIHTMKROSIOOP
3 onderdelen :
1 .
mechanisch gedeelte
> statief met voet
objecttafel beweegbaar holle
spiegels b
1 en is
lamplicht ,
vlakke
spiegels b zonlicht
tubus draagt de ocvlairs de
1 ~ &
objectieven
' revolver ~
draai -
inrichting onder tubus
waaraan objectieven z n bevestigd
1
grot -
& f n regelaar scherpstelling en
2 .
Belichting apparatuur
1
microscoop lamp spiegel en niet nodig
1
spiegel ~ licht naar condensor richten
licht hoeveelheid
1
diafragma
en
regelaar
1 condensor ~ concentreert de lichtbundel
3 .
optisch gedeelte
'
objectief n lichtbundel via condensor in
objectief en
lenzen stel met 4× ,
10x ,
40 ✗ & 100 ×
vergroting
1 Olie -
immers ie lens 100 × n
laagje immers ieolie om
het licht minder te laten
afbuigen of verstrooid n
beeld is helderder & meer lichtsterk
oculair
omgekeerde beeld wordt
omgezet in virtueel
~
,
beeld oculairen die
vergroot is 2 10x vergroten is
een gebruikt lenzensysteem is het oculair van
Huygens ( bestaat uit de front lens & veld lens en
plat bolle lenzen ) het licht
is door
verstrooiing van
beeld dat is
zien we Max 1000
vergroot
✗ ~
een .
de totale
vergroting =
vergroting objectief .
vergroting oculair
oplossend vermogen ( R) = het
vermogen om 2
punten afzonderl k te kunnen waarnemen is
uitgedrukt de afstand wordt bepaald door de het
in min tussen de punten golflengte van
. 2 ~
licht R
gebruikte is
oog =
0,1mm
1. 1. SPECIALE MICROSCOPISCHE TECHNIEKEN
III. DONKERVEIDMKROSIOPIE
lichtbundel wordt zodanig afgebogen zodat de lichtstralen het preparaat passeren zonder dat ze in het objectief worden
beelden op
opgevangen
en alleen de
afgebogen lichtval van het voorwerp komen in het objectief
en waardoor men
opgerichte
een donkere achtergrond ziet
groter oplossend vermogen dan normale microscoop
m .
y
ijij ij
,1. 1. 1. FASE CONTRAST MICROSCOPIE
doel is om kleine cellen ongekleurd & ongetixeerd te kunnen zien en
brekingsindex faseverschillen worden opgewekt die
met
optische hulpmiddelen worden omgezet in een waarneembaar contrast .
1. 1. 3. FLUORESCENTIE MICROSCOPIE
VV lichtbron ipv zichtbaar licht om kleinere microscopisch zichtbaar te maken
voorwerpen
-
↳ Nadeel = lenzen
gemaakt uit kwarts ( duur ) t
gevaarl k voor het netvlies dus beeld moet
fotografisch vastgelegd
worden op UV gevoelige film m dit
zorgt voor het optreden van fluorescentie
werking
=
UV -
licht wordt
gedeeltel k geabsorbeerd & licht met een
langere golflengte wordt uitgezonden door het
bestraalde fluorescerende worden fluoratomen die
voorwerp n kleurstoffen kunnen
gebruikt als extrinsieke
celwand
gaan binden bepaalde cdcomponenten auramine
geel )
(
aan : ~
fluorescentie (
groen ) antilichamen
~
}
rodamine ( roze ) ~ nucleïnezuren
awidine ( Oranje )
UV -
licht
gaat
eerst door een excitatiefilter & wordt daarna door de condensor geconcentreerd op het
voorwerp ( voorwerp bevindt zich op het brandpunt van de condensor )
het objectief oculair lens
Er zit een sperfilter tussen & het oculair zodat enkel zichtbaar licht invalt op de
& UV licht het niet bereikt
oog
-
zonder fluorescentie achtergrond niets
geen straling
& donkere bereikt het ziet men
een er
oog en
voorwerp glaasje UV doorlaatbaar geen eigen fluorescentie vertonen
y mogen
1 = -
.
niet UV doorlaatbaar
'
dekglaasje
-
=
2
ij ij
, 1. 3. KIEVRTEIHNIEKEN
III. PRINCIPE
cellen doorzichtig dus kleuring nodig is dode cellen nodig want levende cellen houden de kleurstof weg
hoe ?
is :
celmateriaal
objecttglaasje
op ,
dan lucht
gedoogt & dan door
verwarming gefixeerd
u achteraf kleurstofoplossing
op het preparaat & vervolgens af spoelen
1. 3. 1. KIEURINGSPROIES
kleuringsproces bestaat uit : 1 . een fysisch adsorptie proces waardoor de kleurstof uit de oplossing op de cellen wordt
vastgelegd
2 .
een
scheikundige reactie tussen bepaalde cdcomponenten & de kleurstof
kleurstoffen
2 soorten : 1 .
zure kleurstoffen = anion ( neg .
geladen ) verantwoordel k voor de kleur is binden zich met
pos .
geladen cel delen bv .
cytoplasma
delen
2 basische kleurstoffen kation ( pos
geladen ) verantwoordel k binden neg geladen
= .
~ aan .
.
bv . kern
factoren die Weteringsproces beïnvloeden :
temperatuur
concentratie van de kleurstoffen
in
werking van
ontkleuring middelen
aanwezigheid van
b l middelen
-
1 } } KIEURINGSTEIHNIEKEN
. . .
1. 3. II. ENKELVOUDIGE KLEURING
kleuren met zwakke kleurstof oplossing de delen met de grootste affiniteit de kleurstof
= een
waterige is voor
worden duidel ker gekleurd dan de rest
1.3.3.1 DIFFERENTIËLE KLEURING .
= kleur raster
Gram in 1884 ontdekt Hans Christian Gram / 1853 1938 ) met deze bacteriën
kleuring door kleuring kunnen in 2
- = - ~
verdeeld worden Gram positief paarse / blauwe kleur
groepen : 1 =
-
.
2 . Gram -
negatief =
rode kleur door saffranine of fvchsine kleurstof
stappenplan :
ongekleurd
Kristal violet
1 . 4 . saffranine kristal violet & jood
na .
spoelen met water 4 a. spoelen met water ✓
blauw
2 .
lugol 4 b.
drogen
za .
spoelen met water blauw
<
spoelen met water
'
ongekleurd
3 ethanol + aceton ( ontkennen )
Saffron , ne
. -
Saffron , ne
-
3. a. spoelen met water v
blauw
"
=
gram + rood =
gram + }
ij ij ij