VERSLAG METHODIEK;
ETHIEK
.nl
5
2 april 2019, Amsterdam
Ratiba el Kharrim
, Inleiding
De aanleiding voor dit verslag is het vak; Methodiek: ethiek. Ethiek staat voor “een gesprek over de
vraag wat het goede is” (Giltay Veth & Passavanti, 2008). In dit vak is er besproken hoe je ethisch
verantwoord kan handelen als beroepsprofessional. Hierbij zijn er verschillende onderdelen waar
rekening mee gehouden kan worden en die in de verschillende lessen besproken zijn zoals de
beroepscodes, de deugden ethiek, de gevolgen ethiek en de plichten ethiek en is er geoefend met het
voeren van een ethisch dialoog. Tijdens dit vak is er een casus geschreven vanuit een praktijk situatie
waarin er sprake was van een ethisch dilemma. Vanuit deze casus is er in groepsverband een ethisch
dialoog gevoerd.
In dit verslag wordt het ethisch dilemma uitgewerkt aan de hand van het stappenplan uit het boek
“Ethiek in sociaal werk” (Rothfusz, 2017). In dit stappenplan komen onder anderen de context, het
ethische dilemma, de handelingsalternatieven, de betrokkenen met hun belangen, normen en waarden,
beroepscodes en een keuze voor het handelingsalternatie aan bod. Vervolgens wordt er ook nog
gekeken naar de drie aspecten van professionaliteit.
Leeswijzer
In het eerste hoofdstuk treft u de context waarbinnen het ethische dilemma zich afspeelt met daarin
onder anderen een beschrijving van de doelgroep, de visie en de richtlijnen waarbinnen gewerkt wordt.
In het tweede hoofdstuk zijn de verschillende stappen uit het stappenplan uitgewerkt. Bij stap één
wordt de situatie beschreven. Bij stap twee leest u het ethische dilemma met daarbij in stap drie de
handelingsalternatieven bij het ethische dilemma. Bij stap vier is beschreven wie de betrokkenen zijn
en welke belangen, verantwoordelijkheden en bevoegdheden zij hebben. Bij stap vijf leest u waarden
en normen en drie beroepscodes die een sociaal-agogisch werker hanteert. Bij stap zes treft u voor en
tegen argumenten voor de handelingsalternatieven aan. Deze zijn opgesteld aan de hand van de
gevolgenethiek, de plichtenethiek en de deugdenethiek, ook treft u hier een definitiefe
handelingskeuze. In hoofdstuk drie is de definitieve handelingskeuze verbonden aan het technisch
instrumentele aspect van professionaliteit.
1
ETHIEK
.nl
5
2 april 2019, Amsterdam
Ratiba el Kharrim
, Inleiding
De aanleiding voor dit verslag is het vak; Methodiek: ethiek. Ethiek staat voor “een gesprek over de
vraag wat het goede is” (Giltay Veth & Passavanti, 2008). In dit vak is er besproken hoe je ethisch
verantwoord kan handelen als beroepsprofessional. Hierbij zijn er verschillende onderdelen waar
rekening mee gehouden kan worden en die in de verschillende lessen besproken zijn zoals de
beroepscodes, de deugden ethiek, de gevolgen ethiek en de plichten ethiek en is er geoefend met het
voeren van een ethisch dialoog. Tijdens dit vak is er een casus geschreven vanuit een praktijk situatie
waarin er sprake was van een ethisch dilemma. Vanuit deze casus is er in groepsverband een ethisch
dialoog gevoerd.
In dit verslag wordt het ethisch dilemma uitgewerkt aan de hand van het stappenplan uit het boek
“Ethiek in sociaal werk” (Rothfusz, 2017). In dit stappenplan komen onder anderen de context, het
ethische dilemma, de handelingsalternatieven, de betrokkenen met hun belangen, normen en waarden,
beroepscodes en een keuze voor het handelingsalternatie aan bod. Vervolgens wordt er ook nog
gekeken naar de drie aspecten van professionaliteit.
Leeswijzer
In het eerste hoofdstuk treft u de context waarbinnen het ethische dilemma zich afspeelt met daarin
onder anderen een beschrijving van de doelgroep, de visie en de richtlijnen waarbinnen gewerkt wordt.
In het tweede hoofdstuk zijn de verschillende stappen uit het stappenplan uitgewerkt. Bij stap één
wordt de situatie beschreven. Bij stap twee leest u het ethische dilemma met daarbij in stap drie de
handelingsalternatieven bij het ethische dilemma. Bij stap vier is beschreven wie de betrokkenen zijn
en welke belangen, verantwoordelijkheden en bevoegdheden zij hebben. Bij stap vijf leest u waarden
en normen en drie beroepscodes die een sociaal-agogisch werker hanteert. Bij stap zes treft u voor en
tegen argumenten voor de handelingsalternatieven aan. Deze zijn opgesteld aan de hand van de
gevolgenethiek, de plichtenethiek en de deugdenethiek, ook treft u hier een definitiefe
handelingskeuze. In hoofdstuk drie is de definitieve handelingskeuze verbonden aan het technisch
instrumentele aspect van professionaliteit.
1
