Hoofdstuk 1
Vaste activa: bezittingen die langer dan één jaar meegaan.
Vlottende activa: bezittingen die korter dan één jaar meegaan.
Vaste activa: Vlottende activa:
-Gebouwen -vooruitbetaalde bedragen
-Bedrijfsauto -voorraad
-Inventaris -kas
Debiteuren: het bedrag dat een bedrijf nog tegoed heeft van zijn of
haar klanten.
Crediteuren: is een krediet dat leveranciers verlenen aan een
onderneming doordat een onderneming goederen ontvangt maar
nog niet betaalt.
Vreemd vermogen:
-lang vreemd vermogen: leningen met een looptijd langer dan één
jaar.
-kort vreemd vermogen: leningen met een looptijd korter dan één
jaar.
Lang vreemd vermogen kort vreemd vermogen
-hypothecaire lening -rekening-courantkrediet
-onderhandse lening -crediteuren
-afnemerskrediet
Balans:
De linkerkant is de debetzijde. Daar staan de bezittingen op.
De rechterkant is de creditzijde. Daar staan het eigen en vreemd
vermogen op.
, Debetzijde Creditzijde
-vaste activa -eigen vermogen
-vlottende activa -lang vreemd vermogen
-kort vreemd vermogen
Btw
Als je exclusief btw naar inclusief btw wil doe je x 1.21
Als je inclusief btw naar exclusief btw wil doe je : 1.21
Voorbeeldvraag: 100 euro exclusief btw, Bereken inclusief btw.
Uitwerking: 100 x 1.21= 121
Voorbeeldvraag: 121 euro inclusief btw, bereken exclusief btw.
Uitwerking: 121 : 1.21= 100
Te vorderen btw: als een ondernemer zelf klant is (bij een
leverancier) en spullen inkoop kan hij aan de fiscus (andere woord
voor belastingdienst) zijn geld terugvragen (vorderen) dit betekent
dat hij geld dat hij besteed aan inkoop terug mag krijgen aan de
fiscus. De ondernemer moet dit per kwartaal gaan aangeven bij de
fiscus. 'te vorderen btw' hoort tot het vlottende activa want het is
een bezit. Daarom zal te vorderen btw op de balanspost bij vlottende
activa behoren.
Te betalen btw: als een ondernemer goederen of diensten verkoopt
aan een klant moet de klant btw betalen aan de ondernemer. De
ondernemer moet de btw afdragen aan de fiscus. Dat gebeurt per
kwartaal. 'te betalen btw' hoort tot het kort vreemd vermogen.
Overige begrippen
Afnemerskrediet: de klant betaalt vooruit en krijgt de goederen pas
later geleverd. Denk aan op maat gemaakte spullen. Die worden pas
later geleverd maar je moet wel alvast betalen.