Begrippen
⁃ Prijszetting van een bijproduct = Een bijproduct is een product dat
onbedoeld ontstaat in een productieproces. Dit is meestal restafval waarmee
een ander bedrijf toch nog iets mee kan doen. Zo kan bv in de vleesindustrie
niet enkel het vlees gebruiken, maar ook de darmen, kop… De prijs die ze
daar nog voor kunnen krijgen is mooi meegenomen en is daarom eerder
vraaggeoriënteerd. Gebaseerd op de waarde van de klant of de perceived
value. Vraaggeoriënteerde prijszetting heeft 3 luiken, namelijk de
waardeprijszetting (prijs-kwaliteit), toegevoegde waardeprijszetting (extra
diensten = hogere prijs) en veilingen.
⁃ Interactieve consumptie = Communiceren van de producent met de
consument om dingen te verbeteren
⁃ Brand valuation = Het schatten van de totale waarde van een merk
⁃ Listbroker = een tussenpersoon die lijsten heeft van potentiële
klanten voor je bedrijf met hun e-mailadres of fysieke adres. Waardoor het
makkelijk is om via dit marketingbureau klanten te vinden om bij te
adverteren
⁃ Black box = de black box is een soort van gedrag van de consument
die niet te voorspellen valt. Men stelt hun bloot aan een prikkel en men kan
uiteindelijk zien of een product wordt gekocht of niet, maar de
karakteristieken en beslissingsmethode van een consument is niet makkelijk
te voorspellen
⁃ Taakstellende budgetteringsmethode = De hoogte van het
reclamebudget wordt afgesteld op de reclamedoelstelling, dit is de beste
methode binnen het marketingbudget.
⁃ Owned media = Controle over het kanaal, bv winkelpand website
personeel, kostenefficiënt lange termijn veelzijdigheid
⁃ CRM = customer relationship management (relatie met de klant,
eventueel feedback vragen en bepaalde punten verbeteren, bv. Betere
klachtenbehandeling)
⁃ Heterogeniteit van een dienst = De heterogeniteit van een dienst
geeft aan dat er veel verschillen kunnen voorkomen in de productie en
consumptie van diensten en ook de levering van diensten.
⁃ CLV = customer life-time value is een voorspelling van de nettowinst
die wordt toegeschreven aan de gehele toekomstige relatie met een klant.
⁃ Prijszetting van een bijproduct = Een bijproduct is een product dat
onbedoeld ontstaat in een productieproces. Dit is meestal restafval waarmee
een ander bedrijf toch nog iets mee kan doen. Zo kan bv in de vleesindustrie
niet enkel het vlees gebruiken, maar ook de darmen, kop… De prijs die ze
daar nog voor kunnen krijgen is mooi meegenomen en is daarom eerder
vraaggeoriënteerd. Gebaseerd op de waarde van de klant of de perceived
value. Vraaggeoriënteerde prijszetting heeft 3 luiken, namelijk de
waardeprijszetting (prijs-kwaliteit), toegevoegde waardeprijszetting (extra
diensten = hogere prijs) en veilingen.
⁃ Interactieve consumptie = Communiceren van de producent met de
consument om dingen te verbeteren
⁃ Brand valuation = Het schatten van de totale waarde van een merk
⁃ Listbroker = een tussenpersoon die lijsten heeft van potentiële
klanten voor je bedrijf met hun e-mailadres of fysieke adres. Waardoor het
makkelijk is om via dit marketingbureau klanten te vinden om bij te
adverteren
⁃ Black box = de black box is een soort van gedrag van de consument
die niet te voorspellen valt. Men stelt hun bloot aan een prikkel en men kan
uiteindelijk zien of een product wordt gekocht of niet, maar de
karakteristieken en beslissingsmethode van een consument is niet makkelijk
te voorspellen
⁃ Taakstellende budgetteringsmethode = De hoogte van het
reclamebudget wordt afgesteld op de reclamedoelstelling, dit is de beste
methode binnen het marketingbudget.
⁃ Owned media = Controle over het kanaal, bv winkelpand website
personeel, kostenefficiënt lange termijn veelzijdigheid
⁃ CRM = customer relationship management (relatie met de klant,
eventueel feedback vragen en bepaalde punten verbeteren, bv. Betere
klachtenbehandeling)
⁃ Heterogeniteit van een dienst = De heterogeniteit van een dienst
geeft aan dat er veel verschillen kunnen voorkomen in de productie en
consumptie van diensten en ook de levering van diensten.
⁃ CLV = customer life-time value is een voorspelling van de nettowinst
die wordt toegeschreven aan de gehele toekomstige relatie met een klant.
