Tentamen projectmanagement
Formuleblad projectmanagement
Earned Value Management, de indicatoren
SV = Schedule Variance (verschil in tijd, positief is goed) SV = EV- PV
CV = Cost Variance (verschil in kosten, positief is goed) CV = EV-AC
SPI = Schedule Performance Index (groter dan 1 is goed) SPI = EV/PV
CPI = Cost Performance Index (groter dan 1 is goed) CPI = EV/AC
CSI = Cost Schedule Index (verder van 1, lastig om te herstellen) 2021 CSI = CPI x SPI
BAC = Budget at Completion
AC = Actual Cost
EAC ($) = Estimate Cost at Completion (BAC / CPI)
EV = Earned Value - Earned Value (Percent complete x BAC) AC - Project 1
EAC (DUR = Estimate time at Completion
ETC = Estimate To Complete (EAC - AC)
VAC = Variance At Completion (BAC - EAC)
EVM – voorspelbaar karakter, vertraging in begin wordt niet ingehaald = inzicht in Tijd – Geld
– Kwaliteit (resultaat)
BAC ($) = Budget Cost at Completion
BAC (DUR) = Budget Time at Completion
EAC ($) = Estimate Cost at Completion
EAC (DUR) = Estimate time at Completion
EAC ($) - BAC ($) = VAC ($) = Budget verschil
EAC (DUR) - BAC (DUR) = VAC (DUR) = Tijd verschil
WC 1.1 – H1 t/m 3.7, 10 en 19.5
Doelstelling projectmanagement = bewuster worden en effectiever/efficienter kunnen
toepassen van diverse PM methodes en technieken
Projectmanagement methodes om te leren:
- Typische kenmerken van methodes
- Welke methode in welke omgeving vaak
gebruikt?
- Hoe invulling gegeven aan bepaalde
methode?
1
,Wanneer is iets een project:
- Wat en waarom? – 1-malig een maximale prestatie leveren binnen een bepaalde tijd
- Streven naar = effectiviteit
- Gericht op resultaat
- Hoe = in de loop van project kan de afnemer toetsen of de gewenste resultaten
behaald worden en hierop bijsturen wanneer nodig
- Houding = bestaande procedures en richtlijnen worden aangepast als ze geen nut
hebben
- Planning = gestructureerd van onzeker naar zeker
- Sturing en beheersing = output gestuurd naar prognose
- Effect = resultaat voldoet aan eisen
- Nadelen = heeft aparte organisatie nodig. Kan leiden tot onnodige organisatie
inspanningen
Ontstaan van een project
- Als er een probleem is, of een unieke kans in de wereld is
- Er is een persoon of organisatie die hiervoor schaarse middelen in wil zetten
- Alle partijen zijn bereid tot een eindresultaat te komen
- Iemand die als opdrachtgever durft en wil optreden
- Persoon die het project wil leiden
Wat is een project
- Activiteiten samen die in een tijdelijke organisatie, binnen gestelde condities een
reusltaat willen bereiken
- Condities = tijd, geld, risico, baten, kwaliteit
- Basisprincipes = eerst denken dan doen, van grof naar fijn en andersom, bewust
faseren en kiezen, procesmatig werken
Start project = goedgekeurd projectplan
Eind project = overgedragen project resultaat
Project succes
- Het behalen van het gewenste doel d.m.v. het projectresultaat
- Verantwoordelijkheid van de staande organisatie
Projectresultaat
- Opgeleverd als project klaar is
- Verantwoordelijkheid van de projectleider
GOKIT – rode draad in de lessen
- Geld – business case, beheersen kosten, oplevering binnen budget = hoe rendabel?
- Organisatie – inrichten van projectorganisatie. TBV = wie doet wat? En voor wie?
- Kwaliteit – opleveren van gevraagde kwaliteiteisen aan resultaat = wat is goed
genoeg?
- Informatie – communicatie met stakeholders, documentatie = op basis waarvan?
- Tijd – beheersen van tijdspad, tijdig beginnen en opleveren = wanneer moet wat
gebeuren?
2
, Vakgebieden die samenkomen bij PM:
- Bedrijfskunde, logistiek, proces management, bedrijfseconomie, human resources,
change management, ICT, etc.
Organisaties m.b.t. PM
- PMI – project management institute (1969) – PMBOK (body of knowledge)
- IPMA – international project management association (1965 as IMSA) – ICB 4,0 IPMA
competence baseline, ICB 4
- OGC – office of the government commerce (1989 – Prince) – Prince2, MSP, MoR,
MoP
- ISO – international organization for standiziation (2013) – ISO 21500
Elk project is uniek dus niet elke PM methode is overal toepasbaar
Elk bedrijf heeft eigen cultuur
Ieder project heeft typische aandachtsgebieden
Ieder mens heeft zijn eigen karakter
Wie in welke fase?
- Opdrachtfase
- Planningsfase
- Uitvoeringsfase
- Afrondings- en nazorgfase
Welke methode kiezen?
Projectmatig werken met de
waterval methode:
3
Formuleblad projectmanagement
Earned Value Management, de indicatoren
SV = Schedule Variance (verschil in tijd, positief is goed) SV = EV- PV
CV = Cost Variance (verschil in kosten, positief is goed) CV = EV-AC
SPI = Schedule Performance Index (groter dan 1 is goed) SPI = EV/PV
CPI = Cost Performance Index (groter dan 1 is goed) CPI = EV/AC
CSI = Cost Schedule Index (verder van 1, lastig om te herstellen) 2021 CSI = CPI x SPI
BAC = Budget at Completion
AC = Actual Cost
EAC ($) = Estimate Cost at Completion (BAC / CPI)
EV = Earned Value - Earned Value (Percent complete x BAC) AC - Project 1
EAC (DUR = Estimate time at Completion
ETC = Estimate To Complete (EAC - AC)
VAC = Variance At Completion (BAC - EAC)
EVM – voorspelbaar karakter, vertraging in begin wordt niet ingehaald = inzicht in Tijd – Geld
– Kwaliteit (resultaat)
BAC ($) = Budget Cost at Completion
BAC (DUR) = Budget Time at Completion
EAC ($) = Estimate Cost at Completion
EAC (DUR) = Estimate time at Completion
EAC ($) - BAC ($) = VAC ($) = Budget verschil
EAC (DUR) - BAC (DUR) = VAC (DUR) = Tijd verschil
WC 1.1 – H1 t/m 3.7, 10 en 19.5
Doelstelling projectmanagement = bewuster worden en effectiever/efficienter kunnen
toepassen van diverse PM methodes en technieken
Projectmanagement methodes om te leren:
- Typische kenmerken van methodes
- Welke methode in welke omgeving vaak
gebruikt?
- Hoe invulling gegeven aan bepaalde
methode?
1
,Wanneer is iets een project:
- Wat en waarom? – 1-malig een maximale prestatie leveren binnen een bepaalde tijd
- Streven naar = effectiviteit
- Gericht op resultaat
- Hoe = in de loop van project kan de afnemer toetsen of de gewenste resultaten
behaald worden en hierop bijsturen wanneer nodig
- Houding = bestaande procedures en richtlijnen worden aangepast als ze geen nut
hebben
- Planning = gestructureerd van onzeker naar zeker
- Sturing en beheersing = output gestuurd naar prognose
- Effect = resultaat voldoet aan eisen
- Nadelen = heeft aparte organisatie nodig. Kan leiden tot onnodige organisatie
inspanningen
Ontstaan van een project
- Als er een probleem is, of een unieke kans in de wereld is
- Er is een persoon of organisatie die hiervoor schaarse middelen in wil zetten
- Alle partijen zijn bereid tot een eindresultaat te komen
- Iemand die als opdrachtgever durft en wil optreden
- Persoon die het project wil leiden
Wat is een project
- Activiteiten samen die in een tijdelijke organisatie, binnen gestelde condities een
reusltaat willen bereiken
- Condities = tijd, geld, risico, baten, kwaliteit
- Basisprincipes = eerst denken dan doen, van grof naar fijn en andersom, bewust
faseren en kiezen, procesmatig werken
Start project = goedgekeurd projectplan
Eind project = overgedragen project resultaat
Project succes
- Het behalen van het gewenste doel d.m.v. het projectresultaat
- Verantwoordelijkheid van de staande organisatie
Projectresultaat
- Opgeleverd als project klaar is
- Verantwoordelijkheid van de projectleider
GOKIT – rode draad in de lessen
- Geld – business case, beheersen kosten, oplevering binnen budget = hoe rendabel?
- Organisatie – inrichten van projectorganisatie. TBV = wie doet wat? En voor wie?
- Kwaliteit – opleveren van gevraagde kwaliteiteisen aan resultaat = wat is goed
genoeg?
- Informatie – communicatie met stakeholders, documentatie = op basis waarvan?
- Tijd – beheersen van tijdspad, tijdig beginnen en opleveren = wanneer moet wat
gebeuren?
2
, Vakgebieden die samenkomen bij PM:
- Bedrijfskunde, logistiek, proces management, bedrijfseconomie, human resources,
change management, ICT, etc.
Organisaties m.b.t. PM
- PMI – project management institute (1969) – PMBOK (body of knowledge)
- IPMA – international project management association (1965 as IMSA) – ICB 4,0 IPMA
competence baseline, ICB 4
- OGC – office of the government commerce (1989 – Prince) – Prince2, MSP, MoR,
MoP
- ISO – international organization for standiziation (2013) – ISO 21500
Elk project is uniek dus niet elke PM methode is overal toepasbaar
Elk bedrijf heeft eigen cultuur
Ieder project heeft typische aandachtsgebieden
Ieder mens heeft zijn eigen karakter
Wie in welke fase?
- Opdrachtfase
- Planningsfase
- Uitvoeringsfase
- Afrondings- en nazorgfase
Welke methode kiezen?
Projectmatig werken met de
waterval methode:
3
