Begrippenlijst (aanpassingsvermogen) afneemt
naarmate je ouder wordt.
Hoofdstuk 2, t/m 6
Attachment clear cut: levensfase Sensomotorische ervaringen:
waarin een baby een actief concept ervaringen door de combinatie van
van representatie ontwikkelt van een zintuiggebruik en motoriek
belangrijk persoon en waarbij Sensomotoriek: combinatie van
verlatingsangst kan ontstaan (8-16 zintuigen en motoriek, bijv iets zien
maanden) en daarna grijpen door een
Attachment in the making: schoolkind
levensfase waarin een baby Opponeren van de duim: duim
een voorkeur krijgt voor een of onafhankelijk van de andere vingers
enkele vertrouwde opvoeders laten opereren
(6-8 maanden) Extinction: uitdoving van
aangeleerde respons
Attunment: respectvolle en
invoelende manier waarop een
persoon reageert op de behoeften en
emoties van een ander
Symbiotische relatie: zeer innige
relatie (bijv. tussen moeder en baby)
Perinatale fase: Fase rond de Accommodatie: je aanpassen aan
geboorte een veranderde situatie
Prematuriteit: vroeggeboorte Adaptie: aanpassingen leren door
een combinatie van accommodatie
Encopresis: onzindelijk zijn wat en assimilatie
betreft ontlasting Assimilatie: herhalen en oefenen
binnen een bekend denkschema
Hersenen Binoculair zien: diepte zien, met
Orbitofrontale cortex: twee ogen
hersengebied net achter de Cochleair implantaat: apparaat
oogkassen dat dient om sociale en dat operatief wordt aangebracht in
emotionele feedback te kunnen het oor en dat geluid omzet in
geven elektrische pulsen die de
Amygdala: amandelvormige gehoorzenuw stimuleren.
structuur in de hersenen die
betrokken is bij het aansturen en Differentiatie: onderscheid maken
verwerken van verschillende tussen personen of elementen
emoties, maakt deel uit van het Equilibrium: evenwicht
limbisch systeem
Fysiognomie: emotioneel
waarnemen en denken Growing into deficit: een vroegere
Perceptie: waarneming beschadiging veroorzaakt op later
Somatiseren: lichamelijk maken leeftijd problemen, omdat de
hersenen niet zijn toegerust op de te
Kennard principle: principe dat de maken ontwikkelingsstappen
plasticiteit van het brein
, Head righting reflex: reflex om blijft ook al ziet deze er anders uit
steeds de middenpositie van het (water in een glas)
hoofd terug te vinden. Klasse-inductie: principe dat een
klasse in haar geheel meer
elementen kan bevatten dan een
Operant conditioneren: Aanleren deel van die klasse (bijv. meer bruine
van gedragingen door middel van dan houten kralen)
beloningen, (instrumenteel leren) Transductief denken: denken in
Klassiek conditioneren: iemand oorzaak-gevolg relaties
iets leren via het onbewuste/reflexen Longitudinaal onderzoek:
(theorie Pavlov) onderzoek waarbij de
onderzoeksobjecten gedurende
lange tijd worden gevolgd.
Rumineren: overgeven, langdurig Trial and error: gissen en missen
nadenken, herkauwen van gevoelens
en problemen. Funktionslust: Genieten van de
Reacties mogelijkheden van een nieuwe
Verinnerlijkte circulaire reacties: functie
handelingen waarbij het kind niet
alleen kijkt en waarneemt, maar zich
ook inwendige voorstellingen maakt
van het effect van de handelingen
Tertiair circulaire reacties:
handelingen waarbij doelbewust een
hulpmiddel wordt gebruikt om een Pygmalioneffect: het idee dat
effect te krijgen mensen die als talent aangemerkt
Primaire circulaire reacties: worden, zelfverzekerder worden, zich
neiging van een baby tot het meer betrokken voelen en beter
herhalen van bewegingen die iets presteren
opleveren.
Unipolaire depressie: depressie
zonder manische fase Hechtingsproblemen
Gemaskeerde depressie: vorm Reactieve hechtingsstoornis:
van depressie die zich uit in bravoure stoornis in het hechten aan
gedrag betekenisvolle anderen in veel
verschillende sociale situaties, die
zich voor het vijfde levensjaar
Stadia in het leren manifesteert
Animistisch denken: denkwijze Frozen watchfulness: bevroren,
waarbij levensloze dingen al oplettende houding waardoor
bezielde(levende) dingen worden iemand constant op zijn hoede is
beschouwd voor mogelijk gevaren.
Artificialisme: denkwijze dat alle Geen-bodem syndroom:
natuurlijke verschijnselen voor en Hechtingsprobleem waarbij kinderen
door mensen zijn gemaakt nooit genoeg aandacht lijken te
Conservatiebegrip: snappen dat kunnen krijgen
eenzelfde hoeveelheid stof of
eenzelfde aantal voorwerpen gelijk
naarmate je ouder wordt.
Hoofdstuk 2, t/m 6
Attachment clear cut: levensfase Sensomotorische ervaringen:
waarin een baby een actief concept ervaringen door de combinatie van
van representatie ontwikkelt van een zintuiggebruik en motoriek
belangrijk persoon en waarbij Sensomotoriek: combinatie van
verlatingsangst kan ontstaan (8-16 zintuigen en motoriek, bijv iets zien
maanden) en daarna grijpen door een
Attachment in the making: schoolkind
levensfase waarin een baby Opponeren van de duim: duim
een voorkeur krijgt voor een of onafhankelijk van de andere vingers
enkele vertrouwde opvoeders laten opereren
(6-8 maanden) Extinction: uitdoving van
aangeleerde respons
Attunment: respectvolle en
invoelende manier waarop een
persoon reageert op de behoeften en
emoties van een ander
Symbiotische relatie: zeer innige
relatie (bijv. tussen moeder en baby)
Perinatale fase: Fase rond de Accommodatie: je aanpassen aan
geboorte een veranderde situatie
Prematuriteit: vroeggeboorte Adaptie: aanpassingen leren door
een combinatie van accommodatie
Encopresis: onzindelijk zijn wat en assimilatie
betreft ontlasting Assimilatie: herhalen en oefenen
binnen een bekend denkschema
Hersenen Binoculair zien: diepte zien, met
Orbitofrontale cortex: twee ogen
hersengebied net achter de Cochleair implantaat: apparaat
oogkassen dat dient om sociale en dat operatief wordt aangebracht in
emotionele feedback te kunnen het oor en dat geluid omzet in
geven elektrische pulsen die de
Amygdala: amandelvormige gehoorzenuw stimuleren.
structuur in de hersenen die
betrokken is bij het aansturen en Differentiatie: onderscheid maken
verwerken van verschillende tussen personen of elementen
emoties, maakt deel uit van het Equilibrium: evenwicht
limbisch systeem
Fysiognomie: emotioneel
waarnemen en denken Growing into deficit: een vroegere
Perceptie: waarneming beschadiging veroorzaakt op later
Somatiseren: lichamelijk maken leeftijd problemen, omdat de
hersenen niet zijn toegerust op de te
Kennard principle: principe dat de maken ontwikkelingsstappen
plasticiteit van het brein
, Head righting reflex: reflex om blijft ook al ziet deze er anders uit
steeds de middenpositie van het (water in een glas)
hoofd terug te vinden. Klasse-inductie: principe dat een
klasse in haar geheel meer
elementen kan bevatten dan een
Operant conditioneren: Aanleren deel van die klasse (bijv. meer bruine
van gedragingen door middel van dan houten kralen)
beloningen, (instrumenteel leren) Transductief denken: denken in
Klassiek conditioneren: iemand oorzaak-gevolg relaties
iets leren via het onbewuste/reflexen Longitudinaal onderzoek:
(theorie Pavlov) onderzoek waarbij de
onderzoeksobjecten gedurende
lange tijd worden gevolgd.
Rumineren: overgeven, langdurig Trial and error: gissen en missen
nadenken, herkauwen van gevoelens
en problemen. Funktionslust: Genieten van de
Reacties mogelijkheden van een nieuwe
Verinnerlijkte circulaire reacties: functie
handelingen waarbij het kind niet
alleen kijkt en waarneemt, maar zich
ook inwendige voorstellingen maakt
van het effect van de handelingen
Tertiair circulaire reacties:
handelingen waarbij doelbewust een
hulpmiddel wordt gebruikt om een Pygmalioneffect: het idee dat
effect te krijgen mensen die als talent aangemerkt
Primaire circulaire reacties: worden, zelfverzekerder worden, zich
neiging van een baby tot het meer betrokken voelen en beter
herhalen van bewegingen die iets presteren
opleveren.
Unipolaire depressie: depressie
zonder manische fase Hechtingsproblemen
Gemaskeerde depressie: vorm Reactieve hechtingsstoornis:
van depressie die zich uit in bravoure stoornis in het hechten aan
gedrag betekenisvolle anderen in veel
verschillende sociale situaties, die
zich voor het vijfde levensjaar
Stadia in het leren manifesteert
Animistisch denken: denkwijze Frozen watchfulness: bevroren,
waarbij levensloze dingen al oplettende houding waardoor
bezielde(levende) dingen worden iemand constant op zijn hoede is
beschouwd voor mogelijk gevaren.
Artificialisme: denkwijze dat alle Geen-bodem syndroom:
natuurlijke verschijnselen voor en Hechtingsprobleem waarbij kinderen
door mensen zijn gemaakt nooit genoeg aandacht lijken te
Conservatiebegrip: snappen dat kunnen krijgen
eenzelfde hoeveelheid stof of
eenzelfde aantal voorwerpen gelijk
