Materiaalkunde 1 - Aantekeningen/samenvatting colleges

Materiaalkunde 1
Boek: bouwproducten

Les 1 inleiding
Functies materialen
 Dragende functie
o Sterkte eigenschappen
o Stijfheidseigenschappen
 Afsluitende functie
 Verbindende functie, (cement)
 Scheidende functie, (lood om bv straling tegen te houden)
 Beschermende functie, (verf om het materiaal te beschermen)
Materiaal eigenschapen
Onder te verdelen in:
 Chemische eigenschappen
 Fysisch eigenschappen
o Wanneer wordt iets vloeibaar
o Stroperigheid / star
o Soortelijke massa
o Volumieke massa (geluid)
o Magnetisme
o Lineaire uitzettingscoëfficiënt
 Mechanische eigenschappen
o Krachten
 Productie - technisch / kenmerken (zintuigelijk)

Homogeniteit en isotropie
Homogeen: samenstelling in alle richtingen gelijk en gelijkmatig
Heterogeen: samenstelling is verschillend van aard
Isotroop: de eigenschappen van het materiaal zijn in alle richtingen gelijk en gelijkmatig
Anisotroop: De eigenschappen van het materiaal zijn niet in alle richtingen gelijk

Keuze materialen (waar moet je rekening mee houden)
Is het materiaal chemisch geschikt om te gebruiken.
Samenstelling van materialen
Lineaire uitzetting van materialen
1. Economische aspecten
2. Technische aspecten (weersomstandigheden)
3. Vormgeving
4. Toekomstige functiewijzigingen
5. Milieubelasting (LCA levens cyclus analyse)
6. Circulair bouwen
Brandbaarheid A1, A2 of B

, Normen, certificering en keuring
 Eenduidig vaststellen van de relevante eigenschappen door “genormaliseerde”
testmethoden
 Hiermee worden de eigenschappen en prestaties van materialen en producten onderling
vergelijkbaar (kwaliteit, maatvoering etc.)

Les 2 bindmiddelen, mortel en ter plaatse gestort beton
Wat zijn bindmiddelen
 Grondstoffen die in staat zijn toeslagmaterialen met of zonder toevoeging van water aan
elkaar te ‘kitten’
 Worden toegepast bij het maken van mortel en species etc.
 Zijn -vaak- poederachtige stoffen

Belangrijke bindmiddelen zijn:
 Gips
 Kalk
 Cement

Verharding van bindmiddelen
Natuurkundig (fysisch / reversibel)
 Klei door uitdroging
 Bitumen door afkoeling
Scheikundig (chemisch / niet reversibel)
 Beton door reactie met water -> verhard
 Tweecomponentenlijm door reactie stoffen (verhard)
 Verf door uittreding van oplosmiddel

Scheikundig verharding bij kalk, cement en gips
Onder te verdelen in:
 Hydraulische verharding
o Water zorgt voor de verharding ook onderwater
o Materiaal is onder normale omstandigheden tegen water bestand
 Niet-hydraulische verharding
o Geen water nodig voor verharding wel voor mengsel
o Verhardt door koolzuur
Cement:
 Anorganisch (poederachtige bindmiddel)
 Hydraulisch bindmiddel
 Lucht speelt geen rol bij verharding
 Eventuele toevoeging bindtijdregelaar
Cement ingedeeld in 2 groepen
 Op basis van portlandcementklinker
 Bevat geen portlandcementklinker
Soorten:
Portlandcement: klinker 95% en gips 5%
Grondstoffen: mergel en klei
Samengesteld portlandcement
Klinker 70% en vliegas 30%