Tentamenstof
Verandermanagement,
Leiderschap en HRM
Week 1 Introductie VEMA, LS en HRM
Wat is Human Resource Management?
Human resource management is een vorm van resource management dat focust op verschillende
culturele, structurele en personele procedures om een hoge betrokkenheid van medewerkers te
bereiken en daardoor betere operationele resultaten te halen.
- Alle managers hebben te maken met HRM (niet alleen HR-managers)
- HRM beïnvloedt de prestaties van medewerkers
- HRM beïnvloedt de prestaties van de totale organisatie
- HRM ondersteunt bij veranderingen
Volgens Ulrich zijn er 4 belangrijke rollen
van de HR-manager:
1. Strategische partner (S-HRM)
2. Change agent (verandermanager)
3. Employee champion
(personeelszorg)
4. Adminstratieve expert
Het HR-beleid is goed als op elk van deze 4
terreinen steeds vanuit een specifieke HR-
rol activiteiten moeten worden
ondernomen.
Wat is verandermanagement?
Verandermanagement is het vooraf bepalen van een strategie om van de huidige situatie (IST) naar
de gewenste situatie (SOLL) te gaan.
Bedrijven staan nooit stil, ze veranderen continu en daar zijn verschillende modellen voor gemaakt:
1. Niet-planmatige verandering (van Greiner)
2. De drie fasen van Lewin
3. Fluxmatige verandering
4. Incrementele verandering
, 5. Transformationele verandering
- Planmatige verandering: de drie fasen van Lewin (1951):
1. Ontdooien
2. Verschuiven
3. Bevriezen
- Strategische flux: continu patroon van veranderingen; duidelijke richting mist
- Incrementele strategische verandering: kleine stapsgewijze verandering
- Strategischte transformatie: revolutionaire verandering (grootse aanpak nodig)
De lerende organisatie
Bedrijven veranderen continu. Omdat hun omgeving verandert, omdat ze zelf willen veranderen. De
bedenkers van de lerende organisatie – o.a. Peter Senge 1990 – geven aan dat er nieuwe typen
bedrijven nodig zijn. Het begrip lerende organisatie is geïntroduceerd om organisaties aan te duiden
die goed met veranderingen om kunnen gaan.
Senge: ‘Medewerkers worden in staat gesteld om kennis, vaardigheden te ontwikkelen t.b.v. een
grotere effectiviteit van de organisatie.’
Een lerende organisatie is een organisatie waarin de managers verandering initiëren, bevoegdheden
zo laag mogelijk in het bedrijf leggen en hiërarchie zo veel mogelijk vermijden.
, Wat is leiderschap?
De leidinggevende (machtsbasis):
Bij het beïnvloeden van medewerkers door een leidinggevende kan er sprake zijn van het uitoefenen
van macht. Dit is het geval als de leidinggevende zijn beïnvloeding baseert op verschillen in de relatie,
verschillen die hem macht geven. Er zijn 6 verschillende machtsbronnen die iemand in staat stellen
anderen te beïnvloeden:
1. Legitieme macht: deze vorm van macht is gebaseerd op de formele positie die men inneemt.
2. Beloningsmacht: dit is macht die een leidinggevende bezit omdat hij medewerkers extra kan
belonen (financieel en niet-financieel)
3. Sanctionele macht: hierbij draait het erom dat je invloed kan aanwenden omdat je in de
positie bent anderen op de een of andere wijze te straffen.
4. Informationele macht: macht die je bezit op basis van de informatie die je door jouw functie
krijgt.
5. Referentiemacht: macht waarbij ondergeschikten tegen de leidinggevende opkijken omdat
hij een zekere aantrekkingskracht op hen uitoefent.
6. Deskundigheidsmacht: deze vorm van macht slaat op de invloed die een deskundige op
mensen kan uitoefenen omdat zij zijn expertise accepteren.
Warren Bennis (1995) geeft aan dat goede leiders 4 belangrijke eigenschappen hebben:
1. Het vermogen om anderen aandacht te geven
2. Het vermogen om betekenis te geven
3. Het vermogen om vertrouwen te geven
4. Het vermogen om zichzelf te managen (= persoonlijk leiderschap)
De leiderschapsstijl van iemand is de manier waarop deze zijn leidinggevende taak invult. Hierbij
staat de vraag centraal hoe de leider of leidinggevende denkt de ondergeschikten zo effectief
mogelijk positief te kunnen beïnvloedden, om samen met hem de organisatiedoelen te
verwezenlijken. De auteurs die over leiderschapsstijlen hebben geschreven, kiezen vaan 1 van de
volgende 3 criteria:
1. Autoritair versus democratisch leiderschap;
2. Resultaatgericht versus relatiegericht leiderschap;
3. Transformationeel versus transactioneel leiderschap.
Autoritair leiderschap
Het autoritaire leiderschap is een vorm van leidinggeven waarbij de leidinggevende alle beslissingen
zelf neemt en de werknemers vervolgens, zonder inspraak te dulden, zegt wat ze moeten doen, om
daarna te controleren of ze zijn bevel hebben opgevolgd.
De autoritaire leidinggevenden denkt volgens de Theorie X van McGregor (1970), wat erop
neerkomt dat hij denkt dat de werknemer geen verantwoordelijkheid kan en wil dragen en dat deze
gedirigeerd en later gecontroleerd moet worden.
De autoritaire leidinggevende gebruikt zijn sanctionele macht om te onderwerpen.
Verandermanagement,
Leiderschap en HRM
Week 1 Introductie VEMA, LS en HRM
Wat is Human Resource Management?
Human resource management is een vorm van resource management dat focust op verschillende
culturele, structurele en personele procedures om een hoge betrokkenheid van medewerkers te
bereiken en daardoor betere operationele resultaten te halen.
- Alle managers hebben te maken met HRM (niet alleen HR-managers)
- HRM beïnvloedt de prestaties van medewerkers
- HRM beïnvloedt de prestaties van de totale organisatie
- HRM ondersteunt bij veranderingen
Volgens Ulrich zijn er 4 belangrijke rollen
van de HR-manager:
1. Strategische partner (S-HRM)
2. Change agent (verandermanager)
3. Employee champion
(personeelszorg)
4. Adminstratieve expert
Het HR-beleid is goed als op elk van deze 4
terreinen steeds vanuit een specifieke HR-
rol activiteiten moeten worden
ondernomen.
Wat is verandermanagement?
Verandermanagement is het vooraf bepalen van een strategie om van de huidige situatie (IST) naar
de gewenste situatie (SOLL) te gaan.
Bedrijven staan nooit stil, ze veranderen continu en daar zijn verschillende modellen voor gemaakt:
1. Niet-planmatige verandering (van Greiner)
2. De drie fasen van Lewin
3. Fluxmatige verandering
4. Incrementele verandering
, 5. Transformationele verandering
- Planmatige verandering: de drie fasen van Lewin (1951):
1. Ontdooien
2. Verschuiven
3. Bevriezen
- Strategische flux: continu patroon van veranderingen; duidelijke richting mist
- Incrementele strategische verandering: kleine stapsgewijze verandering
- Strategischte transformatie: revolutionaire verandering (grootse aanpak nodig)
De lerende organisatie
Bedrijven veranderen continu. Omdat hun omgeving verandert, omdat ze zelf willen veranderen. De
bedenkers van de lerende organisatie – o.a. Peter Senge 1990 – geven aan dat er nieuwe typen
bedrijven nodig zijn. Het begrip lerende organisatie is geïntroduceerd om organisaties aan te duiden
die goed met veranderingen om kunnen gaan.
Senge: ‘Medewerkers worden in staat gesteld om kennis, vaardigheden te ontwikkelen t.b.v. een
grotere effectiviteit van de organisatie.’
Een lerende organisatie is een organisatie waarin de managers verandering initiëren, bevoegdheden
zo laag mogelijk in het bedrijf leggen en hiërarchie zo veel mogelijk vermijden.
, Wat is leiderschap?
De leidinggevende (machtsbasis):
Bij het beïnvloeden van medewerkers door een leidinggevende kan er sprake zijn van het uitoefenen
van macht. Dit is het geval als de leidinggevende zijn beïnvloeding baseert op verschillen in de relatie,
verschillen die hem macht geven. Er zijn 6 verschillende machtsbronnen die iemand in staat stellen
anderen te beïnvloeden:
1. Legitieme macht: deze vorm van macht is gebaseerd op de formele positie die men inneemt.
2. Beloningsmacht: dit is macht die een leidinggevende bezit omdat hij medewerkers extra kan
belonen (financieel en niet-financieel)
3. Sanctionele macht: hierbij draait het erom dat je invloed kan aanwenden omdat je in de
positie bent anderen op de een of andere wijze te straffen.
4. Informationele macht: macht die je bezit op basis van de informatie die je door jouw functie
krijgt.
5. Referentiemacht: macht waarbij ondergeschikten tegen de leidinggevende opkijken omdat
hij een zekere aantrekkingskracht op hen uitoefent.
6. Deskundigheidsmacht: deze vorm van macht slaat op de invloed die een deskundige op
mensen kan uitoefenen omdat zij zijn expertise accepteren.
Warren Bennis (1995) geeft aan dat goede leiders 4 belangrijke eigenschappen hebben:
1. Het vermogen om anderen aandacht te geven
2. Het vermogen om betekenis te geven
3. Het vermogen om vertrouwen te geven
4. Het vermogen om zichzelf te managen (= persoonlijk leiderschap)
De leiderschapsstijl van iemand is de manier waarop deze zijn leidinggevende taak invult. Hierbij
staat de vraag centraal hoe de leider of leidinggevende denkt de ondergeschikten zo effectief
mogelijk positief te kunnen beïnvloedden, om samen met hem de organisatiedoelen te
verwezenlijken. De auteurs die over leiderschapsstijlen hebben geschreven, kiezen vaan 1 van de
volgende 3 criteria:
1. Autoritair versus democratisch leiderschap;
2. Resultaatgericht versus relatiegericht leiderschap;
3. Transformationeel versus transactioneel leiderschap.
Autoritair leiderschap
Het autoritaire leiderschap is een vorm van leidinggeven waarbij de leidinggevende alle beslissingen
zelf neemt en de werknemers vervolgens, zonder inspraak te dulden, zegt wat ze moeten doen, om
daarna te controleren of ze zijn bevel hebben opgevolgd.
De autoritaire leidinggevenden denkt volgens de Theorie X van McGregor (1970), wat erop
neerkomt dat hij denkt dat de werknemer geen verantwoordelijkheid kan en wil dragen en dat deze
gedirigeerd en later gecontroleerd moet worden.
De autoritaire leidinggevende gebruikt zijn sanctionele macht om te onderwerpen.
