Management en organisatie
Kennisclip week 1
7-S model strategie
- Strategie; plan om bij je doel te komen
- Structuur; welke afdelingen zijn er, welke taken, hiërarchie
- Systemen; processen en procedures, op welke manier worden de werkzaamheden
vormgegeven om uiteindelijk het gewenste product te leveren
- Sleutelvaardigheden + staf; vaardigheden die je echt moet hebben om in een bedrijf
te werken. Straf; hoe bouw ik mijn personeelsbestand op, welke mensen wil ik in huis
hebben.
- Stijl + samengedeelde waarden; stijl; leiderschap, wat is effectief. Samengedeelde
waarden; gaat over cultuur en de geschreven en ongeschreven regels. Hoe ga je met
elkaar om?
Harde S; strategie, structuur, systemen = schriftelijk geregeld, goed zichtbaar en erg
belangrijk
Zachte S; sleutelvaardig, staf, stijl, samengedeelde waarden = zaken die niet zo zwart-wit en
duidelijk zijn, maar wel belangrijk voor de bedrijfsvoering
Context strategie
Missie; waarom bestaan we?/wat is ons motto?/wat doen we?
het is een primaire opdracht van een organisatie, de missie van supermarkten kunnen
hetzelfde zijn. Ze kunnen wel een andere visie hebben, andere kernwaarden. De een wil het
goedkoop hebben en de ander wil dat niet.
Visie & ambitie; wat willen we zijn?/wat zijn onze principes?/ wat willen we bereiken?
Visie = missie + principes/kernwaarden+ ambitie/toekomstbeeld (waar je nog niet bent)
Wat is de beweging die je gaat maken en wat je over een aantal jaar wil
Strategie en strategische doelstellingen; hoe moet het eruit zien?/wat moeten we doen?
Implementatie; hoe gaan we het uitvoeren?/wat hebben we daarvoor nodig?
Strategisch management in fases
1. Huidige situatie;
Huidige missie, visie, ambities/toekomstbeeld, principes, strategie
2. Externe analyse kansen & bedreigingen
3. Interne analyse sterkten & zwakten
4. SWOT analyse, confrontatie analyse
5. Strategische opties, strategie kiezen
6. Strategie uitvoeren & evalueren
Praktijkvoorbeelden missie en visie;
Efteling
Missie;
- Betovering
- Onze gasten een dag vol betovering bezorgen
, Ambitie/visie
- Van regionaal attractiepark naar internationale speler
- Continuïteit voor onze medewerkers en gasten
Kernwaarden
- Betrouwbaar
- Energiek
- Trots
- Ondernemend
- Veilig
- Enthousiast
- Representatief
- Inlevend
- Naturel
- Gastvrij
Fase 1; huidige situatie
o Vaststellen huidige missie, visie, doelstellingen en strategie
o Beeldvormen van gewenste toekomst
o Hoe kijkt men (het management) naar de ontwikkelingen die op hen afkomen
Fase twee; externe analyse
Twee soorten omgevingen;
1. Directe omgeving; klanten, leveranciers, overheid
2. Algemene omgeving; economische ontwikkelingen
Algemene omgeving analyseren; DESTEP methode
Aspecten;
- Demografisch; omvang bevolking, samenstelling leeftijd en cultuur
- Economisch; de ontwikkeling van de inkomens en de koopkracht
- Sociaal/maatschappelijk; wat voor cultuur leven we? Wat zijn de waarden en normen
- Technologisch; welke kansen kan ik als bedrijf uit de snelle digitalisering halen.
- Ecologisch; denk aan duurzaamheid
- Politiek; welke beslissingen kan de politiek nemen die invloed hebben op mijn bedrijf.
Bijvoorbeeld een regel over drank, dit heeft invloed op de horeca en leveranciers van
drank.
Directe omgeving
Aspecten;
- Overheden/gemeenten
- Omwonenden
- Klanten; wat willen zij nou echt (klantenbehoefte)
- Leveranciers; met wie heb je te maken, wat is belangrijk voor hem. Hoe zorg je voor
goed contact
- Media; geeft een beeld van jou reputatie en imago
Er zal altijd sprake zijn van een wisselwerking tussen de organisatie en de omgeving. De
organisatie zal dan moeten bijstellen.
Kennisclip week 1
7-S model strategie
- Strategie; plan om bij je doel te komen
- Structuur; welke afdelingen zijn er, welke taken, hiërarchie
- Systemen; processen en procedures, op welke manier worden de werkzaamheden
vormgegeven om uiteindelijk het gewenste product te leveren
- Sleutelvaardigheden + staf; vaardigheden die je echt moet hebben om in een bedrijf
te werken. Straf; hoe bouw ik mijn personeelsbestand op, welke mensen wil ik in huis
hebben.
- Stijl + samengedeelde waarden; stijl; leiderschap, wat is effectief. Samengedeelde
waarden; gaat over cultuur en de geschreven en ongeschreven regels. Hoe ga je met
elkaar om?
Harde S; strategie, structuur, systemen = schriftelijk geregeld, goed zichtbaar en erg
belangrijk
Zachte S; sleutelvaardig, staf, stijl, samengedeelde waarden = zaken die niet zo zwart-wit en
duidelijk zijn, maar wel belangrijk voor de bedrijfsvoering
Context strategie
Missie; waarom bestaan we?/wat is ons motto?/wat doen we?
het is een primaire opdracht van een organisatie, de missie van supermarkten kunnen
hetzelfde zijn. Ze kunnen wel een andere visie hebben, andere kernwaarden. De een wil het
goedkoop hebben en de ander wil dat niet.
Visie & ambitie; wat willen we zijn?/wat zijn onze principes?/ wat willen we bereiken?
Visie = missie + principes/kernwaarden+ ambitie/toekomstbeeld (waar je nog niet bent)
Wat is de beweging die je gaat maken en wat je over een aantal jaar wil
Strategie en strategische doelstellingen; hoe moet het eruit zien?/wat moeten we doen?
Implementatie; hoe gaan we het uitvoeren?/wat hebben we daarvoor nodig?
Strategisch management in fases
1. Huidige situatie;
Huidige missie, visie, ambities/toekomstbeeld, principes, strategie
2. Externe analyse kansen & bedreigingen
3. Interne analyse sterkten & zwakten
4. SWOT analyse, confrontatie analyse
5. Strategische opties, strategie kiezen
6. Strategie uitvoeren & evalueren
Praktijkvoorbeelden missie en visie;
Efteling
Missie;
- Betovering
- Onze gasten een dag vol betovering bezorgen
, Ambitie/visie
- Van regionaal attractiepark naar internationale speler
- Continuïteit voor onze medewerkers en gasten
Kernwaarden
- Betrouwbaar
- Energiek
- Trots
- Ondernemend
- Veilig
- Enthousiast
- Representatief
- Inlevend
- Naturel
- Gastvrij
Fase 1; huidige situatie
o Vaststellen huidige missie, visie, doelstellingen en strategie
o Beeldvormen van gewenste toekomst
o Hoe kijkt men (het management) naar de ontwikkelingen die op hen afkomen
Fase twee; externe analyse
Twee soorten omgevingen;
1. Directe omgeving; klanten, leveranciers, overheid
2. Algemene omgeving; economische ontwikkelingen
Algemene omgeving analyseren; DESTEP methode
Aspecten;
- Demografisch; omvang bevolking, samenstelling leeftijd en cultuur
- Economisch; de ontwikkeling van de inkomens en de koopkracht
- Sociaal/maatschappelijk; wat voor cultuur leven we? Wat zijn de waarden en normen
- Technologisch; welke kansen kan ik als bedrijf uit de snelle digitalisering halen.
- Ecologisch; denk aan duurzaamheid
- Politiek; welke beslissingen kan de politiek nemen die invloed hebben op mijn bedrijf.
Bijvoorbeeld een regel over drank, dit heeft invloed op de horeca en leveranciers van
drank.
Directe omgeving
Aspecten;
- Overheden/gemeenten
- Omwonenden
- Klanten; wat willen zij nou echt (klantenbehoefte)
- Leveranciers; met wie heb je te maken, wat is belangrijk voor hem. Hoe zorg je voor
goed contact
- Media; geeft een beeld van jou reputatie en imago
Er zal altijd sprake zijn van een wisselwerking tussen de organisatie en de omgeving. De
organisatie zal dan moeten bijstellen.