HOOFDSTUK 8: VEROUDERING: INLEIDENDE BEGRIPPEN EN
THEORIEËN
Gerontologie = studiedomein waarin men tracht de verschillen in veroudering tussen mensen alsook de
onderliggende oorzaken en de factoren die dit proces beïnvloeden beter te begrijpen.
VEROUDERING: DEFINITIE EN KARAKTERISERING
Veroudering = een proces of groep van processen die met het voortschrijden van de tijd in levende
organismen plaatsgrijpt en die leiden tot een verlies van aanpassingsvermogen, functionele
verzwakking, met uiteindelijk de dood tot gevolg.
- Processen onderscheiden zich van tijdelijke gebeurtenissen
- Logische extensie van fysiologische processen van groei en ontwikkeling
- Aanvangen bij geboorte, eindigen met de dood
Graad van veroudering verwijst naar functieveranderingen in organen en systemen per tijdseenheid.
Ziekte en ongevallen kunnen graad van veroudering beïnvloeden
Levenslange plasticiteit → ook op hogere leeftijd is er sprake van plastische veranderingen in het
brein: reorganisatie + compensatie
Ouderdomscategorieën
JONGE OUDEREN OUDEREN OUDE OUDEREN OUDSTE OUDEREN
65-74 jaar 75-84 jaar 85-99 jaar > 99 jaar
Verschil tussen mannen en vrouwen
- Mannen:
» Verouderingsgraad meer monotoon
» Levensverwachting: 74 jaar
- Vrouwen:
» Lagere verouderingsgraad tussen 45-60 dan tussen 70-80
» Levensverwachting: 80 jaar
▪ Genetica
▪ Hormonale verschillen (oestrogeen)
▪ Sociale verklaring: rol in de maatschappij
Verouderen is verschillend van individu tot individu
- “typische” oude persoon bestaat niet
- Wel een aantal generaliseerbare karakteristieken: perifeer + centraal
- Fundamentele processen van verouderen proberen grijpen om oorzaken te vinden van
veroudering
- Interventies zoeken die de processen vertragen of stoppen
» Farmaceutische aanpak
» Fysieke activiteit
» Mentale activiteit
39
THEORIEËN
Gerontologie = studiedomein waarin men tracht de verschillen in veroudering tussen mensen alsook de
onderliggende oorzaken en de factoren die dit proces beïnvloeden beter te begrijpen.
VEROUDERING: DEFINITIE EN KARAKTERISERING
Veroudering = een proces of groep van processen die met het voortschrijden van de tijd in levende
organismen plaatsgrijpt en die leiden tot een verlies van aanpassingsvermogen, functionele
verzwakking, met uiteindelijk de dood tot gevolg.
- Processen onderscheiden zich van tijdelijke gebeurtenissen
- Logische extensie van fysiologische processen van groei en ontwikkeling
- Aanvangen bij geboorte, eindigen met de dood
Graad van veroudering verwijst naar functieveranderingen in organen en systemen per tijdseenheid.
Ziekte en ongevallen kunnen graad van veroudering beïnvloeden
Levenslange plasticiteit → ook op hogere leeftijd is er sprake van plastische veranderingen in het
brein: reorganisatie + compensatie
Ouderdomscategorieën
JONGE OUDEREN OUDEREN OUDE OUDEREN OUDSTE OUDEREN
65-74 jaar 75-84 jaar 85-99 jaar > 99 jaar
Verschil tussen mannen en vrouwen
- Mannen:
» Verouderingsgraad meer monotoon
» Levensverwachting: 74 jaar
- Vrouwen:
» Lagere verouderingsgraad tussen 45-60 dan tussen 70-80
» Levensverwachting: 80 jaar
▪ Genetica
▪ Hormonale verschillen (oestrogeen)
▪ Sociale verklaring: rol in de maatschappij
Verouderen is verschillend van individu tot individu
- “typische” oude persoon bestaat niet
- Wel een aantal generaliseerbare karakteristieken: perifeer + centraal
- Fundamentele processen van verouderen proberen grijpen om oorzaken te vinden van
veroudering
- Interventies zoeken die de processen vertragen of stoppen
» Farmaceutische aanpak
» Fysieke activiteit
» Mentale activiteit
39