Basisboek Facility Management – Hoofdstuk 5
IFM samenvatting Hoofdstuk 5 – De meetbaarheid van Facility management
Vragen van dit hoofdstuk:
Waarom is het meten van prestaties belangrijk voor de facility manager?
Waar haalt de facility manager zijn managementinformatie vandaan?
Wat zijn de hoofddashboardmeters van een facility manager?
Hoe kan een facility manager indirect resultaat meetbaar maken?
5.1 - Inleiding
Zie: Figuur 5.1
Waarom meten we de facilitaire dienstverlening:
Om te kunnen bepalen of de voorgenomen beleidsdoelen behaald worden
Om te kunnen verantwoorden wat er met het facilitair budget is gedaan
Om de kwaliteit van de dienstverlening te kunnen beoordelen (en te kunnen verbeteren)
Om de toegevoegde waarde voor de organisatie aan te tonen richting de diverse
klantgroepen
Doelstellingen moeten ‘SMARTI’ geformuleerd worden:
Specifiek
Meetbaar
Acceptabel
Realistisch
Tijdgebonden
Inspirerend
5.2 - Voor meten is informatie nodig
Zie: Figuur 5.2
De bezettingsgraad van een gebouw kan bijv. worden uitgedrukt in een breuk (met een teller en
noemer). In de teller staat het aantal medewerkers dat aanwezig is. De noemer staat voor het aantal
werkplekken.
Op operationeel niveau is veel meer informatie nodig dan op strategisch niveau, omdat op
operationeel niveau de informatie veel gedetailleerder is.
Top-down = De vraag naar informatie komt altijd van bovenaf.
Bottom-up = De opbouw van informatie gebeurt echter van onderaf.
Aggregeren = De opbouw van informatie.
IFM samenvatting Hoofdstuk 5 – De meetbaarheid van Facility management
Vragen van dit hoofdstuk:
Waarom is het meten van prestaties belangrijk voor de facility manager?
Waar haalt de facility manager zijn managementinformatie vandaan?
Wat zijn de hoofddashboardmeters van een facility manager?
Hoe kan een facility manager indirect resultaat meetbaar maken?
5.1 - Inleiding
Zie: Figuur 5.1
Waarom meten we de facilitaire dienstverlening:
Om te kunnen bepalen of de voorgenomen beleidsdoelen behaald worden
Om te kunnen verantwoorden wat er met het facilitair budget is gedaan
Om de kwaliteit van de dienstverlening te kunnen beoordelen (en te kunnen verbeteren)
Om de toegevoegde waarde voor de organisatie aan te tonen richting de diverse
klantgroepen
Doelstellingen moeten ‘SMARTI’ geformuleerd worden:
Specifiek
Meetbaar
Acceptabel
Realistisch
Tijdgebonden
Inspirerend
5.2 - Voor meten is informatie nodig
Zie: Figuur 5.2
De bezettingsgraad van een gebouw kan bijv. worden uitgedrukt in een breuk (met een teller en
noemer). In de teller staat het aantal medewerkers dat aanwezig is. De noemer staat voor het aantal
werkplekken.
Op operationeel niveau is veel meer informatie nodig dan op strategisch niveau, omdat op
operationeel niveau de informatie veel gedetailleerder is.
Top-down = De vraag naar informatie komt altijd van bovenaf.
Bottom-up = De opbouw van informatie gebeurt echter van onderaf.
Aggregeren = De opbouw van informatie.