100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached 4.2 TrustPilot
logo-home
Exam (elaborations)

Oefententamen Staats- en Bestuursrecht II

Rating
-
Sold
5
Pages
25
Grade
Échec
Uploaded on
20-10-2021
Written in
2021/2022

Oefententamen vragen en antwoorden

Institution
Course










Whoops! We can’t load your doc right now. Try again or contact support.

Connected book

Written for

Institution
Study
Course

Document information

Uploaded on
October 20, 2021
Number of pages
25
Written in
2021/2022
Type
Exam (elaborations)
Contains
Questions & answers

Subjects

Content preview

Oefententamen Vragen

1. Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente
Groningen is een bestuursorgaan, omdat …

A. het college een persoon of college is dat met enig openbaar gezag is bekleed.
B. het college als orgaan deel uitmaakt van de gemeente Groningen die op grond van de Grondwet
krachtens publiekrecht is ingesteld.
C. de gemeente een privaatrechtelijke rechtspersoon is die met openbaar gezag is bekleed.
D. het college deel uitmaakt van de privaatrechtelijke rechtspersoon ‘gemeente’.


2. Art. 4a lid 1 van de Wegenverkeerswet 1994 luidt: ‘Er is een Dienst
Wegverkeer, in het maatschappelijk verkeer aangeduid als RDW. De dienst
bezit rechtspersoonlijkheid en is gevestigd te Zoetermeer.’

De directie van de Dienst Wegverkeer (RDW) – zie de Wegenverkeerswet
1994 – is …
A. een a-orgaan (art. 1:1 lid 1 onder a Awb).
B. een b-orgaan (art. 1:1 lid 1 onder b Awb).
C. geen bestuursorgaan.
D. een rechtspersoon ingesteld krachtens privaatrecht.



3. Welke stelling over het begrip belanghebbende is niet juist?
A. Een bestuursorgaan kan een belanghebbende in de zin van art. 1:2 Awb zijn.
B. De aanduiding ‘rechtstreeks belang’ slaat op het causaal verband tussen een besluit en het
geschonden belang.
C. De aanduiding ‘persoonlijk belang’ wil zeggen dat een individu zich in voldoende mate moet
onderscheiden van andere burgers.
D. De aanduiding ‘eigen belang’ sluit de mogelijkheid van machtiging uit.


4. De Stichting Gemeenschapshuis Klarendal wil de oude basisschool van
Klarendal verbouwen tot een multifunctioneel centrum. De school is
eigendom van de gemeente Klarendal en wordt gehuurd door de stichting.
De school is al tien jaar in gebruik als multifunctioneel centrum, maar de
inrichting van het gebouw is – in afwachting van voldoende financiële
middelen – nog steeds niet aangepast. Door een aantal schenkingen en een
aantal sponsoracties heeft de stichting intussen voldoende geld om een
verbouwing te realiseren.

,Een architectenbureau maakt voor het nieuwe multifunctionele centrum een
ontwerp. Verder heeft de stichting al een overeenkomst gesloten met een
lokale aannemer voor de bouwwerkzaamheden. Omdat het een groot
project betreft, heeft de aannemer een aantal andere projecten laten
schieten. De omgevingsvergunning om te bouwen wordt echter geweigerd
aan de stichting. Verder zegt de gemeente vervolgens de
huurovereenkomst per 1 januari 2021 op.

Tegen de weigering van de vergunning wordt bezwaar ingesteld door:
- De plaatselijke harmonie die, net als de schutterij, het kerkkoor, de
bridgeclub, de linedance-club en een aantal andere verenigingen, wekelijks
gebruikmaakt van het gemeenschapshuis voor repetities en andere
activiteiten en daarvoor een vaste huurprijs betaalt. Zij komt nu op straat te
staan.
- Weduwnaar Jan Smeets die naast het oude schoolpand woont en vreest
voor overlast als het pand niet meer gebruikt wordt als multifunctioneel
centrum.
- Het architectenbureau, dat ervanuit gaat dat de stichting de rekening voor
het ontwerp niet zal betalen.
- De aannemer, die nu zijn opdracht niet ziet doorgaan en ook geen andere
opdrachten heeft voor de komende maanden.
- De Stichting Gemeenschapshuis Klarendal die vreest voor een totale
teloorgang van het lokale gemeenschapsleven.

Wie van de bovenstaande personen dan wel rechtspersonen moeten
worden aangemerkt als belanghebbenden bij het besluit tot weigering van
de omgevingsvergunning om te bouwen?

A. De architect, de aannemer en de Stichting Gemeenschapshuis Klarendal.
B. De Stichting Gemeenschapshuis Klarendal.
C. De harmonie en de Stichting Gemeenschapshuis Klarendal.
D. Jan Smeets en de Stichting Gemeenschapshuis Klarendal.

, 5. Wat zijn de twee hoofdtypen besluiten die worden onderscheiden in de
Awb?
A. Algemeen verbindende voorschriften en beschikkingen.
B. Beleidsregels en algemeen verbindende voorschriften.
C. Beschikkingen en besluiten van algemene strekking.
D. Algemeen verbindende voorschriften en besluiten van algemene strekking.


6. Welke van de volgende stellingen is/zijn juist?

I. Het bepaalde in art. 6:2 onder a Awb ziet niet op de weigering om een
aanvraag tot het verlenen van een standplaatsvergunning in behandeling te
nemen, maar wel op de inhoudelijke afwijzing van een verzoek tot het
nemen van een verkeersbesluit inhoudende de geslotenverklaring van een
straat voor vrachtwagens.

II. Art. 6:2 onder b Awb is van toepassing op de situatie waarin door het
bevoegde bestuursorgaan niet binnen de beslistermijn op een verzoek tot
het nemen van een verkeersbesluit inhoudende de geslotenverklaring van
een straat voor vrachtwagens wordt gereageerd.

A. Alleen stelling I is juist.
B. Alleen stelling II is juist.
C. Beide stellingen zijn juist.
D. Beide stellingen zijn onjuist.



7. Welke van de onderstaande stellingen is niet juist?
A. Algemeen verbindende voorschriften zijn niet onderworpen aan regels uit afdeling 3.6 en 3.7 Awb.
B. Beleidsregels behoren tot de categorie besluiten van algemene strekking.
C. Algemeen verbindende voorschriften hebben niet dezelfde werking als beleidsregels.
D. Wetten in formele zin zijn besluiten van algemene strekking in de zin van art. 1:3 lid 1 Awb.


8. Welke van de onderstaande stellingen over het verschil tussen bezwaar
en administratief beroep is juist?
A. Bezwaar moet worden gemaakt bij het bestuursorgaan dat het bestreden besluit heeft genomen,
administratief beroep moet worden ingesteld bij een ander bestuursorgaan dan het orgaan dat het
bestreden besluit heeft genomen.

Get to know the seller

Seller avatar
Reputation scores are based on the amount of documents a seller has sold for a fee and the reviews they have received for those documents. There are three levels: Bronze, Silver and Gold. The better the reputation, the more your can rely on the quality of the sellers work.
Nwll Open Universiteit
Follow You need to be logged in order to follow users or courses
Sold
31
Member since
7 year
Number of followers
24
Documents
8
Last sold
1 month ago

5.0

1 reviews

5
1
4
0
3
0
2
0
1
0

Recently viewed by you

Why students choose Stuvia

Created by fellow students, verified by reviews

Quality you can trust: written by students who passed their tests and reviewed by others who've used these notes.

Didn't get what you expected? Choose another document

No worries! You can instantly pick a different document that better fits what you're looking for.

Pay as you like, start learning right away

No subscription, no commitments. Pay the way you're used to via credit card and download your PDF document instantly.

Student with book image

“Bought, downloaded, and aced it. It really can be that simple.”

Alisha Student

Frequently asked questions