Deel 2: vlakken, assen en
bewegingen
1 Terminologie: bewegingen in de
verschillende gewrichten
We gebruiken dit om de perfecte lokalisatie te hebben van bepaalde
lichaamsdelen of van bewegingen.
De anatomische houding is als volgt : Voeten 30 graden naar buiten gedraaid +
handpalmen naar voor
Vlakken en assen
Hoofdvlakken:
o Frontale vlak/ breedtevlak:
Verdeelt het lichaam in een frontaal en dorsaal gedeelte
o Sagittale vlak/ dieptevlak:
Verdeelt het lichaam in een linker- en rechterdeel. Verloopt dit precies in
het middellijn/ mediaanlijn van het lichaam? mediosagittale of
mediale vlak = even grote linker- en rechter helft
o Transversaal vlak:
Vlak loodrecht op de lengteas of een onderdeel van het lichaam
Assen:
Deze zijn nodig om de bewegingen beter te begrijpen.
o Latero - laterale as : beweging in het sagittale vlak
Bv salto
o Ventrodorsale as : bewegingen in het frontaal vlak
Bv ratslag
o Celocaudale as : bewegingen in het transversale vlak
, Bv pirouette
Een paar termen bij de anatomie
o Ventraal –dorsaal (voorkant, achterkant) = anterieur –posterieur
o Mediaal-lateraal (binnenkant – buitenkant)
o Craniaal –caudaal (hoofd – staart) = boven en onder
o Proximaal –distaal (dicht – weg van u ) t.o.v. centrale as
o Internus – externus (binnenkant- buitenkant)
o Endo (intern) – exo (extern) (naar binnen – naar buiten ) draaibeweging
o Superficialis – pfofundus (opervlakkig – diep)
Radiaal = lateraal
Bij de arm
Ulnair = mediaal
Ulnair wordt gebruikt voor aan de pinkzijde, radiaal voor de duimzijde.
Fibulair zal gebruikt worden voor alles aan de kant van de kleine teen, tibiaal
voor alles aan de kant van de grote teen.
, Een paar toepassingen:
We waarnemen deze vrouw in het sagittale vlak, en de
schouder beweegt rond de latero-laterale as.
We zien deze persoon in het frontale vlak.
2: benamingen van de verschillende
bewegingen
Soorten gewrichten + hoeveel assig dat ze zijn
bewegingen
1 Terminologie: bewegingen in de
verschillende gewrichten
We gebruiken dit om de perfecte lokalisatie te hebben van bepaalde
lichaamsdelen of van bewegingen.
De anatomische houding is als volgt : Voeten 30 graden naar buiten gedraaid +
handpalmen naar voor
Vlakken en assen
Hoofdvlakken:
o Frontale vlak/ breedtevlak:
Verdeelt het lichaam in een frontaal en dorsaal gedeelte
o Sagittale vlak/ dieptevlak:
Verdeelt het lichaam in een linker- en rechterdeel. Verloopt dit precies in
het middellijn/ mediaanlijn van het lichaam? mediosagittale of
mediale vlak = even grote linker- en rechter helft
o Transversaal vlak:
Vlak loodrecht op de lengteas of een onderdeel van het lichaam
Assen:
Deze zijn nodig om de bewegingen beter te begrijpen.
o Latero - laterale as : beweging in het sagittale vlak
Bv salto
o Ventrodorsale as : bewegingen in het frontaal vlak
Bv ratslag
o Celocaudale as : bewegingen in het transversale vlak
, Bv pirouette
Een paar termen bij de anatomie
o Ventraal –dorsaal (voorkant, achterkant) = anterieur –posterieur
o Mediaal-lateraal (binnenkant – buitenkant)
o Craniaal –caudaal (hoofd – staart) = boven en onder
o Proximaal –distaal (dicht – weg van u ) t.o.v. centrale as
o Internus – externus (binnenkant- buitenkant)
o Endo (intern) – exo (extern) (naar binnen – naar buiten ) draaibeweging
o Superficialis – pfofundus (opervlakkig – diep)
Radiaal = lateraal
Bij de arm
Ulnair = mediaal
Ulnair wordt gebruikt voor aan de pinkzijde, radiaal voor de duimzijde.
Fibulair zal gebruikt worden voor alles aan de kant van de kleine teen, tibiaal
voor alles aan de kant van de grote teen.
, Een paar toepassingen:
We waarnemen deze vrouw in het sagittale vlak, en de
schouder beweegt rond de latero-laterale as.
We zien deze persoon in het frontale vlak.
2: benamingen van de verschillende
bewegingen
Soorten gewrichten + hoeveel assig dat ze zijn