Opgave 1
Een verwarmingselement heeft een weerstand van 14,0 Ω en is opgenomen in de schakeling van
figuur 1.
Figuur 1
De schuifweerstand is zó ingesteld dat de stroomsterkte 0,50 A is.
1 2p Bereken het vermogen dat in het verwarmingselement wordt omgezet.
Als de weerstand van de schuifweerstand afneemt, verandert het vermogen dat in het
verwarmingselement wordt omgezet.
2 3p Zal dit vermogen toenemen of afnemen? Licht je antwoord toe.
Opgave 2
Een gloeilamp (lamp 1) wordt in een schakeling opgenomen. In figuur 2 zie je de onderdelen van de
schakeling. De schakeldraden ontbreken. Met deze schakeling wordt het verband tussen de spanning
over de lamp en de stroomsterkte door de lamp bepaald. Het resultaat van dergelijke metingen wordt
weergegeven in een zogeheten (I,U)-karakteristiek. In figuur 3 zie je de (I,U)-karakteristiek van lamp 1.
Figuur 2 Figuur 3
3 4p Teken in figuur 2 de draden zodat je met de schakeling metingen kunt doen om het diagram in
figuur 3 te maken.