Impact Natuurkunde 3vwo - Hoofdstuk 5: energie en technologie - samenvatting

Natuurkunde
Energie en technologie
5.1 Energie in huis - begrijpen
Sleutelbegrippen
Energiebron
Alles wat energie oplevert (belangrijkste in huis zijn elektriciteit en aardgas).

Verbrandingswarmte
Energie die vrijkomt bij het verbranden van de stof (verbrandingswarmte hangt af van de soort stof).

Soortelijke warmte
De energie die nodig is om een kilogram van een stof met 1℃ te verwarmen

Rendement
Geeft aan hoeveel % energie wordt omgezet in de energievorm waarvoor het apparaat bedoeld is.

Eenheden voor energie
Er zijn twee eenheden voor energie:
● joule (J)
● kilowattuur (kWh); gebruik je alleen voor elektrische energie

Joule omrekenen:




Aardgas
Het verbruik van aardgas meet je in kubieke meter (m3). Voor aardgas geldt: 1m3 aardgas levert 32 MJ.

Energie om water te verwarmen
Om 1 kg water een graad te verwarmen is 4 180 J nodig (soortelijke warmte). Elke stof heeft een
andere soortelijke warmte.

Rendement
Apparaten met een hoog rendement verspillen weinig energie; apparaten met een laag rendement
gaan slordig met energie om. Bij een rendement van 100% wordt er geen energie verspild.

Samenvatting
● Belangrijkste energiebronnen in huis: elektriciteit en aardgas.
● De meeste energie wordt gebruikt voor verwarming.